MENU VOOR HET PERSONALISEREN VAN DE AUTO-INSTELLINGEN
1
Deze functie zorgt, afhankelijk van de uitrus-
ting van de auto, voor het in-/uitschakelen
en de afstelling van sommige functies van
de auto.
Toegang tot het menu met
instellingen
Selecteer op het multimediascherm 1, met
stilstaande auto en draaiende motor, de
modus "Voertuig", kies het menu "Voertuig"
en daarna het tabblad "Buiten" om naar de
diverse instellingen te gaan.
1.108
Selectie van de instellingen
Selecteer een tabblad en vervolgens de
functie die moet worden gewijzigd (de weer-
gave hangt af van de uitrusting en het land
van de auto):
a) "Toegang":
– "Automatische deurslot tijdens het
rijden";
– "Handsfree vergrendelen/ontgrende-
len";
– "toegang en start via telefoon";
– ...
b) "Welkom":
– "Animatie buitenverlichting";
– "Intern sequentiegeluid";
– "Automatische uitklappen van de spie-
gels";
– "Binnenverlichtingsfunctie";
– ...
c) "Rijverlichting":
– "Adaptief zicht";
– "Selectie rijzijde";
– ...
(1/2)
d) "Afvegen":
– "Achterruitwisser aan bij achteruit";
– "Automatische voorruitwissers";
– ...
Afhankelijk van de functie, selecteer:
– "ON" of "OFF" om in of uit te schakelen;
of
– een periode om de tijd in te stellen waarin
de koplampen branden (bv. voor de Auto
follow-me-home-functie).
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het
multimediasysteem voor meer informatie.
Voer deze verstellingen uitslui-
tend uit als de auto stilstaat.