Opmerking: De rubberen afdichting moet vlak
tegen de bodem van het luchtfilter en het deksel aan
liggen.
4. Monteer het luchtfilterdeksel en de knop (Figuur 44).
5. Klap de stoel terug en vergrendel deze.
Motoroliepeil controleren
De carterinhoud is 2,0 liter met filter.
Gebruik hoogwaardige motorolie die moet
beantwoorden aan de volgende specificaties:
• Vereiste onderhoudsclassificatie van API: SJ, JK, SL
of hoger.
• Aanbevolen olie: SAE 10W30 (boven -18° C)
• Alternatieve olie: SAE 5W30 (beneden 0° C)
Toro Toro Premium motorolie is verkrijgbaar bij uw
dealer met een viscositeit van 5W30 of 10W30. Zie de
Onderdelencatalogus voor de onderdeelnummers.
Motoroliepeil controleren.
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
Het carter van de motor is in de fabriek gevuld met olie.
Desondanks dient u het oliepeil te controleren voordat u
de motor voor de eerste keer start en daarna nog eens.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Verwijder de peilstok en veeg deze af met een schone
doek (Figuur 47). Steek de peilstok in de buis. Let
erop dat de peilstok er volledig in schuift. Haal de
peilstok eruit en controleer het oliepeil.
1. Peilstok
3. Als het oliepeil te laag is, moet u de vuldop losmaken
van het klepdeksel (Figuur 47) en voldoende olie
bijvullen totdat het peil de Vol-markering op
de peilstok bereikt. Vul de olie langzaam bij en
Figuur 47
2. Dop van vulbuis
controleer daarbij veelvuldig het peil. Niet te vol
vullen.
4. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
Motorolie verversen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 50 bedrijfsuren—De
motorolie verversen.
Om de 100 bedrijfsuren—Ververs de
motorolie, inclusief synthetische olie
(vaker wanneer de motor onder zware
belasting of bij hoge temperaturen
moet werken).
1. Start de motor en laat deze vijf minuten lopen.
Warme olie kan beter worden afgetapt.
2. Stel de parkeerrem in werking, schakel de pomp uit,
zet de motor af en verwijder het contactsleuteltje.
3. Maak de vergrendeling op de achterzijde van de
bestuurdersstoel los en klap deze naar voren.
De onderdelen onder de bestuurdersstoel zullen
heet zijn als de spuitmachine in gebruik is
geweest. U kunt zich verbranden als u hete
onderdelen aanraakt.
Laat de machine afkoelen voordat u
onderhoudswerkzaamheden uitvoert of
onderdelen onder de motorkap aanraakt.
4. Plaats een opvangbak onder de aftapplug.
5. Verwijder de aftapplug (Figuur 48).
1. Aftapplug carterolie
6. Als alle olie is afgetapt, plaatst u de aftapplug terug
en zet u deze vast met een torsie van 13,6 Nm.
7. Geef de oude olie af bij een erkend inzamelcentrum.
8. Giet ca. 80% van de gespecificeerde hoeveelheid olie
langzaam in de vulbuis (Figuur 47).
9. Controleer het oliepeil.
10. Giet langzaam extra olie bij totdat het oliepeil de
Vol-markering op de peilstok bereikt.
44
Figuur 48