de actuatorstang kijkt. Als de actuatorstang beweging
vertoont, moet u misschien de actuator ontluchten
(zie hieronder).
4. Doe hetzelfde met de andere spuitboom.
Als de actuatorstang een axiale beweging van meer dan
2,16–2,54 mm vertoont (in of uit de cilinder), moet u
lucht verwijderen uit de hydraulische vloeistof.
Raadpleeg de Onderhoudshandleiding voor instructies over
de wijze waarop u de actuators moet ontluchten, of
neem contact op met een erkende Toro Service Dealer.
Handbediening van de
actuators van de spuitbomen
voor noodsituaties
Opmerking: Bepaal vanuit de normale
bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de
machine.
Gebruik van de handmatig regelbare ontlastklep
kan de spuitboom plotseling in beweging
brengen en letsel veroorzaken bij de bestuurder
en andere personen.
• Wees voorzichtig en stel de ontlastklep
langzaam in.
• Controleer of er niets in de omgeving is en
niemand zich binnen het werkbereik van de
spuitboom bevindt.
Als de ontlastklep wordt ingesteld met behulp
van een elektrische voedingsbron, kan de
actuator onregelmatig gaan werken en u en
anderen letsel toebrengen.
Gebruik de ontlastklep nooit als de actuator is
aangesloten op een elektrische voedingsbron.
Als in een noodsituatie de spuitboom moet worden
bewogen en geen 12 DC voedingsbron beschikbaar is,
kan de ontlastklep worden gebruikt om de druk in de
actuator handmatig op te heffen en de spuitbomen met
de hand te bewegen.
Belangrijk: De ontlastklep mag niet meer dan
4 slagen worden losgedraaid. Als de klep meer dan
4 slagen wordt losgedraaid, bestaat de kans dat
deze helemaal loskomt, waardoor de hydraulische
vloeistof naar buiten kan stromen.
1. Ga naar de ontlastklep op de actuator van elke
spuitboom. De ontlastklep is de kleinste klep en
zit aan een kant van de behuizing van de actuator
(Figuur 70).
1. Actuator, rechter
spuitboom
Opmerking: Omdat de actuators ten opzichte van
elkaar tegengesteld zijn gericht, zit de ene ontlastklep
op de naar voren gerichte kant van de actuator van
de linker spuitboom en de andere ontlastklep op de
naar achteren gerichte kant van de actuator van de
rechter spuitboom.
2. Draai de ontlastklep met een zeskantssleutel niet
meer dan 2–3 slagen los. De cilinder moet nu met
de hand of door een externe druk gaan bewegen.
3. Als de actuator weer in zijn oorspronkelijke stand is,
draai u de ontlastklep dicht. Draai de moer vast met
een torsie van 1,5–2,9 Nm.
De nylon draaibussen
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
1. Parkeer de spuitmachine op een horizontaal
oppervlak, stel de parkeerrem in werking, schakel de
pomp uit, zet de motor af en verwijder het sleuteltje
uit het contact.
2. Klap de spuitbomen in de spuitstand en ondersteun
de spuitbomen met kriksteunen of hang deze met
banden aan een hefinrichting.
3. Als het gewicht van de spuitboom is ondersteund,
verwijdert u de bout en de moer waarmee de
57
Figuur 70
2. Handmatig regelbare
ontlastklep