Aanpassing aan het soort gas
7.1.2
Instelmethode volgens branderdruk
Branderdruk bij maximale verwarmingscapaciteit
B Toets
indrukken en ingedrukt houden tot op de
display - - verschijnt.
Toets
brandt.
6 720 610 332-32.1O
Afb. 66
B Draai de temperatuurregelaar
2.0 wordt weergegeven.
Na korte tijd wordt de ingestelde functie weergege-
ven (0. = normale functie).
6 720 610 332-60.1O
Afb. 67
B Draai de temperatuurregelaar
(= maximale warmtecapaciteit) wordt weergegeven.
De display en de toets
6 720 610 332-61.1O
Afb. 68
B Draai de afdichtschroef (3) los en sluit de manometer
aan.
B Verwijder de verzegelde afscherming (zie afbeelding
van het gasarmatuur) van de beide gasinstelschroe-
ven.
B Zoek de met „max" aangegeven branderdruk (mbar)
in de tabel op pagina 43. Stel de branderdruk in met
de instelmoer (63). Bij rechtsom draaien meer gas,
bij linksom draaien minder gas.
36
tot in de display
tot in de display 2.
knipperen.
Branderdruk bij minimale verwarmingscapaciteit
B Draai de temperatuurregelaar
display 1. (= minimale warmtecapaciteit) wordt weer-
gegeven.
De display en de toets
6 720 610 332-63.1O
Afb. 69
B Zoek de met „min" aangegeven branderdruk (mbar)
in de tabel op pagina 43. Stel de branderdruk in met
de instelschroef (64).
B Controleer de ingestelde minimum- en maximum-
waarden en corrigeer deze indien nodig.
Aansluitvoordruk (dynamisch)
B Schakel de gaswandketel uit en sluit de gaskraan,
verwijder de manometer en draai de afdichtschroef
(3) vast.
B Draai de afdichtschroef (7) los en sluit de manometer
aan op de meetaansluiting.
B Open de gaskraan en schakel de gaswandketel in.
B Toets
indrukken en ingedrukt houden tot op de
display - - verschijnt.
Toets
brandt.
6 720 610 332-32.1O
Afb. 70
B Draai de temperatuurregelaar
2.0 wordt weergegeven.
Na korte tijd wordt de ingestelde functie weergege-
ven (0. = normale functie).
6 720 610 332-60.1O
Afb. 71
naar links tot in de
knipperen.
tot in de display
6 720 610 822 NL (02.07)