Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Verklaring symbolen Veiligheidsaanwijzingen in de tekst Reparaties worden door middel van een grijs vlak en B Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door een gevaren driehoek aangeduid. een erkend vakman. B Schakel het toestel voor het begin van de werkzaam- Signaalwoorden geven de zwaarte aan van het gevaar heden uit met de hoofdschakelaar.
Bediening Bediening B Druk op toets De bediening van het tekstdisplay wordt beschreven in . De huidige instellin- de bedienings- en installatiehandleiding van het toestel. gen worden weergegeven. B Druk op toets wanneer u het menu wilt verla- ten. Servicefuncties instellen B Druk op een willekeurige toets om het hoofdmenu op te roepen.
Servicefuncties Servicefuncties terugzetten naar de fabrieksinstelling B Druk tegelijkertijd op de toetsen 2.5.1 Servicefuncties 0.0 tot 4.9 naar de en houd fabrieksinstelling terugzetten (reset 1) deze ingedrukt. B Schakel het toestel in en houd de toetsen B Schakel het toestel uit. ingedrukt tot het display r2 en vervolgens [ ] weer- B Druk op de toets en houd deze ingedrukt.
Pagina 7
Servicefuncties Bereik instelbaar Waarde bij Melding in tekstdisplay Weergavebereik van - tot reset Ionisatiestroom Geen Klein Middel Groot Pompmodus 0 – 3 (De reset- waarde is afhan- kelijk van de codeerstekker) Blokkeertijd verwarmingspomp 0 – 240 s in stappen van 15 s Softwareversienummer BF 11.XX Brug 8 –...
Pagina 8
Servicefuncties Bereik instelbaar Waarde bij Melding in tekstdisplay Weergavebereik van - tot reset Starttoerental Laag Laag Hoog Pomp nadraaitijd verwarmingsfunctie Compensatie vergelijk voorraadsysteem Pompstop warmwaterbereiding Antipendeltijd warmhouden 0 – 60 min 0 min Tijdsduur warmhouden 0 – 30 min 1 min Pompkarakteristiek 0 Pomptoerental vast 4 Prop.
Servicefuncties Verklaring van de servicefuncties 0.0 Laatste storingsmelding 2.0 Functie Voor servicedoeleinden kan ook bij een functionerend U kunt kiezen tussen drie functies. toestel de laatste storingsmelding worden opgeroepen. • Normale functie: het toestel verwarmt volgens de De getoonde storingen verwijderen: instelling van de regelaar.
Pagina 10
Servicefuncties 2.6 Schakeldifferentie NTC aanvoer • Pompmodus 2 (fabrieksinstelling): Wanneer een circulatiepomp en een boileraccumulatiepomp Bij gebruikmaking van een weersafhanke- aangesloten zijn. Bij ECO-functie en gelijktijdige lijke regelaar is geen instelling van het toe- warmtevraag van de circulatiepomp de boileraccu- stel nodig.
Pagina 11
Servicefuncties 4.1 Ruimtethermostaat via LSM (tweepunts) / „geblokkeerd” staat, wordt de ECO-functie met 4.1 Vrijgave LSM behoefte aanmelding uitgevoerd. Bij de leveringstoestand is in de LSM een brug LZ - L1 4.6 Interne regelaar aangebracht (warmtevraag). Wanneer de brug (door Het verwarmingstoestel beschikt over een intern anti- een aangesloten ruimtethermostaat) wordt geopend, is pendelprogramma.
Pagina 12
Servicefuncties 5.5 Min. warmtevermogen 6.8 Antipendeltijd warmhouden De min. warmtebelasting is in de fabriek ingesteld. Zie In de afleveringstoestand is de antipendeltijd voor het de technische gegevens. warmhouden ingesteld op 3 minuten. Het regelbereik kan naar boven worden aangepast, De antipendeltijd voor het warmhouden geeft aan hoe afhankelijk van de schoorsteen.
Pagina 13
Servicefuncties 7.3 Ontluchtingsfunctie 8.5 Sifonvulprogramma Wanneer u het toestel voor het eerst inschakelt, wordt Het sifonvulprogramma zorgt ervoor dat de condenswa- de ontluchtingsfunctie eenmalig uitgevoerd. De verwar- tersifon na de installatie of na langdurige stilstand van mingspomp wordt in intervallen in- en uitgeschakeld. Dit het toestel gevuld wordt, zodat geen rookgas naar de duurt ca.
Storing opheffen Storing opheffen Weergave van storingen 4.1.1 ... aan het verwarmingstoestel Storingen aan het verwarmingstoestel worden weerge- 4.1.2 ... aan de regelaar (toebehoren) geven met een lettercode. Deze helpt bij het snel en vei- Bij gebruik van een regelaar van een ander merk (aan- lig herkennen en opheffen van de storingsoorzaak.
Storing opheffen 4.2.4 Storingen die niet in een display worden weergegeven Toestelstoring Toestel geeft bij start P1, P2, Regelaarstoring P3 aan en begint dan weer opnieuw met P1.. De ingestelde ruimtetem- Te luide verbrandingsgeluiden peratuur wordt niet bereikt of bromgeluiden (TR…).
Storing opheffen Gebruik van de storingstabellen De werkwijze wordt beschreven aan de hand van • Wanneer de storing hersteld is, wordt het toestel het voorbeeld: normaal in bedrijf gesteld. Het opsporen van de sto- ring is afgesloten. • De tabellen van boven naar onder en van links naar rechts gebruiken.
Storing opheffen Fout A1 Storingsaanduiding in het display knippert. Dialoogpomp drooggelopen Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Installatievuldruk 1,2 bar? B Controleer het toestel en het systeem waterzijdig op lekkages en verhelp deze. B Vul water bij. B Schakel het toestel in. A1? ↓2.
Pagina 19
Storing opheffen Fout A5 knippert. Boiler NTC 2 defect Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie B Is de stekker van de NTC 2 voorraadsysteem weergeven. gecorrodeerd , beschadigd of vuil? Vervang de B Kies .4 NTC 2 voorraadsysteem. desbetreffende onderdelen. Temperatuur 0 tot 5 wordt weer- ↓2.
Pagina 20
Storing opheffen Fout A7 knippert. NTC sanitair water defect. Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie B Is de stekker van de NTC sanitair water gecorro- weergeven. deerd , beschadigd of vuil? Vervang de desbe- B Kies .2 NTC sanitair water. treffende onderdelen.
Pagina 21
Storing opheffen Fout A7 knippert. NTC sanitair water defect. Teststap Maatregel B 20 polige-stekker op de print los B Schakel het toestel uit. nemen en minstens 60 sec wach- B Onderbreek de netspanning naar het toestel. ten. B Vervang de kabelboom. De weergave verandert in 0.
Pagina 22
Storing opheffen Fout A8 knippert. CAN-communicatie onderbroken. Teststap Maatregel ↓10. OTM 1 aangesloten? ↓2. nee: ↓3. Regelaar geeft iets weer in het dis- play? ↓7. nee: ↓9. BM2 (productiedatum vanaf FD 087) in het toestel aanwezig? ↓4. nee: B Schakel het toestel uit. B Schakel het toestel in.
Pagina 23
Storing opheffen Fout A8 knippert. CAN-communicatie onderbroken. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Toevoerspanning aan BM1 in orde? B Aan BM1: B Breng de juiste bedrading tot stand zoals in de klem 1 - klem 4 > 16 VDC? installatiehandleiding beschreven.
Pagina 24
Storing opheffen Fout AC knippert. Module niet herkend. (Constante aanvoertemperatuur overeenkomstig de keuzeknop voor aanvoertemperatuur op het verwarmingstoestel.) Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie Geen module herkend. weergeven. B Schakel het toestel uit. B Kies 1.9 moduul herkenning. B Verbindingskabel tussen print en BM 1, BM 2, De fout bij moduul herkenning RAM II of OTM 1 losnemen.
Pagina 25
Storing opheffen Fout AC knippert. Module niet herkend. (Constante aanvoertemperatuur overeenkomstig de keuzeknop voor aanvoertemperatuur op het verwarmingstoestel.) Teststap Maatregel B Gewijzigde servicewaarde noteren (zie tabel 1, Printplaat defect. blz. 6). B Schakel het toestel uit. B Onderbreek de netspanning naar het toestel. B Vervang de printplaat.
Pagina 26
Storing opheffen Fout Ad knippert. Boiler NTC 1 wordt niet herkend. Teststap Maatregel ↓2. Kabel van de boiler NTC 1 goed geïnstalleerd, dat wil zeggen niet B Installeer de kabel van de temperatuurvoeler nee: door de trekontlasting? voorraadsysteem zoals beschreven in de installa- tiehandleiding van het toestel.
Pagina 27
Storing opheffen Fout Ad knippert. Boiler NTC 1 wordt niet herkend. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Temperatuurwaarde 95 tot 100 wordt weergegeven. B Vervang de NTC 1 boiler/voorraadsysteem. B Trek de stekker los. B Schakel het toestel in. De weergave verandert in 0.
Pagina 28
Storing opheffen Fout b1 knippert. Codeerstekker wordt niet herkend. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. In het tekstdisplay is er geen sto- ringsmelding of storingsmelding FC? B Breng de codeerstekker (correct) aan en let op het juiste codenummer (zie aanhangsel). B Schakel het toestel in.
Pagina 29
Storing opheffen Fout C1 knippert. Ventilatortoerental te laag Teststap Maatregel ↓2. Stekker van de ventilatorkabel goed vastgestoken? B Schakel het toestel uit. nee: B Steek de stekker vast. B Schakel het toestel in. C1? ↓2. B Schakel het toestel uit. Ventilatorkabel defect? B Weerstand tussen de beide einde B Vervang de ventilatorkabel.
Pagina 30
Storing opheffen Fout CC knippert. Buitentemperatuur NTC niet herkend. (Verwarmingstoestel verwarmt overeenkomstig buitentemperatuur van -20°C) Teststap Maatregel ↓4. BM1 of BM2 aanwezig? ↓2. nee: ↓3. Is de buitenvoeler AF2 aangesloten op de klemmen A en F van het tekst- B Schakel het toestel uit. nee: display? B Sluit de buitenvoeler aan op de klemmen A en F...
Pagina 31
Storing opheffen Fout CC knippert. Buitentemperatuur NTC niet herkend. (Verwarmingstoestel verwarmt overeenkomstig buitentemperatuur van -20°C) Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Is de verbindingskabel tussen Hea- tronic en BM1 defect of niet goed B Steek de kabel vast of vervang deze. vastgestoken? B Schakel het toestel in.
Pagina 32
Storing opheffen Fout d1 knippert. LSM vergrendeld Teststap Maatregel ↓2. Is de begrenzer voor de vloerverwar- ming aangesloten op de LSM? ↓3. nee: B Zoek de reden voor de activering en hef deze op. Is de begrenzer van de vloerverwar- ming geactiveerd? B Maak de begrenzer los.
Pagina 33
Storing opheffen Fout d3 knippert. De brug 8 – 9 wordt niet herkend. Teststap Maatregel ↓2. B Meet de spanning tussen klem 4 en klem 8 op de 24 V klemlijst. ↓8. nee: Spanning ≅ 24 V DC? B Schakel het toestel uit. Is de boilerthermostaat aangesloten tussen klemmen 7, 8 en 9? B Controleer brug 8 –...
Pagina 34
Storing opheffen Fout d3 knippert. De brug 8 – 9 wordt niet herkend. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Klemlijst defect. B Onderbreek de netspanning naar het toestel. B Vervang de klemlijst. B Schakel de netspanning in. B Schakel het toestel in. d3? ↓9.
Pagina 35
Storing opheffen Fout E2 knippert. NTC aanvoertemperatuur defect. Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie Aanvoer NTC heeft kortsluiting: weergeven. B Schakel het toestel uit. B Kies .1 NTC aanvoer. B Vervang de aanvoer NTC en let daarbij op de Temperatuur 0 tot 5 wordt weer- montagevoorschriften van de NTC.
Pagina 36
Storing opheffen Fout E9 knipperen. Veiligheidstemperatuurbegrenzer is geactiveerd. Teststap Maatregel ↓2. Installatievuldruk 1 – 2 bar B Vul water bij. nee: B Ontlucht. B Druk op . Het toestel start opnieuw. E9?↓2. B De circulatiepomp los maken. Zit de circulatiepomp vast? Indien geen succes: B Schakel het toestel uit.
Pagina 37
Storing opheffen Fout E9 knipperen. Veiligheidstemperatuurbegrenzer is geactiveerd. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Is de kabel van de temperatuurbe- grenzer op aanvoer losgetrokken? B Steek de kabel op de temperatuurbegrenzer vast. B Schakel het toestel in. B Druk op .
Pagina 38
Storing opheffen Fout EA knipperen. Gebruik: Vlam wordt niet herkend (geen ionisatie). Teststap Maatregel ↓6. Is een brandervlam zichtbaar? ↓2. nee: ↓3. Is de gaskraan geopend? B Open de gaskraan. nee: B Druk op . Het toestel start opnieuw. EA? ↓3. B Ontlucht de gasleiding.
Pagina 39
Storing opheffen Fout EA knipperen. Gebruik: Vlam wordt niet herkend (geen ionisatie). Teststap Maatregel ↓7. Is de aardleiding correct aangesloten? B Breng de juiste bedrading tot stand zoals in de nee: installatiehandleiding beschreven. B Druk op . Het toestel start opnieuw. EA? ↓7.
Pagina 40
Storing opheffen Fout EA knipperen. Gebruik: Vlam wordt niet herkend (geen ionisatie). Teststap Maatregel B Steek de stekker van het gasarmatuur vast. Is het gasarmatuur in orde? B Schakel het toestel in. B Schakel het toestel uit. B Trek de stekker van het gasarma- B Druk op .
Pagina 41
Storing opheffen Fout EA knipperen. Gebruik: Vlam wordt niet herkend (geen ionisatie). Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie B Druk toets om nee te kiezen. weergeven. ↓14. B Kies 5.1 Continu-ontsteking (zonder gas). nee: B Druk toets om nee te kiezen. Is de continu-ontsteking in orde? ↓17.
Pagina 42
Storing opheffen Fout EA knipperen. Gebruik: Vlam wordt niet herkend (geen ionisatie). Teststap Maatregel B Vervang de elektrodenset. Elektrodenset defect? B Schakel het toestel uit. B Schakel het toestel in. B Demonteer de elektrodenset. B Druk op . Het toestel start opnieuw. Elektrodenset versleten? EA? ↓19.
Pagina 43
Storing opheffen Fout F0 (en misschien ) knippert. Interne fout Teststap Maatregel B Kies het menu Servicefunctie B Vul de weergegeven waarde in het klanten- weergeven. servicerapport in. B Kies 9.3 Fout branderauto- ↓2. maat Asic. Er wordt een melding weergege- ven.
Pagina 44
Storing opheffen Fout F7 knipperen. Hoewel het toestel uitgeschakeld is: de vlam wordt herkend. Teststap Maatregel B Vervang de elektrodenset. Elektrode of elektroden vuil of defect? B Schakel het toestel in. B Schakel het toestel uit. B Druk op . Het toestel start opnieuw. B Elektrodenset demonteren en con- F7? ↓2.
Pagina 45
Storing opheffen Fout FA knipperen. Na gasuitschakeling: de vlam wordt herkend. Teststap Maatregel B Vervang de elektrodenset. Elektroden niet in orde. B Schakel het toestel in. B Schakel het toestel uit. B Elektrodenset demonteren. B Druk op . Het toestel start opnieuw. Elektrodenset versleten? Rookgasafvoer niet in orde? B Controleer de rookgasafvoer en repareer of ver-...
Pagina 46
Storing opheffen Fout FC knippert. Tekstdisplay wordt niet herkend. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. In het tekstdisplay is er geen sto- ringsmelding of storingsmelding FC? B Breng de codeerstekker (correct) aan en let op het juiste codenummer (zie aanhangsel). B Schakel het toestel in.
Storing opheffen Storingen die worden weergegeven in de indicatie van de voor CAN geschikte regelaars CAN-fout 1 Communicatie tussen de deelnemers is onderbroken. Teststap Maatregel B Zet de draaischakelaar van de B Schakel het toestel uit. regelaar op Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b.
Pagina 48
Storing opheffen CAN-fout 2 Leidingen zijn verkeerd bedraad. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Zijn de kabels 2 en 6 aan BM1 ver- wisseld? B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Sluit BM1 aan zoals in de installatiehandleiding beschreven.
Pagina 49
Storing opheffen CAN-fout 2 Leidingen zijn verkeerd bedraad. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Zijn de kabels 2 en 6 aan HSM ver- wisseld? B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Sluit HSM aan zoals in de installatiehandleiding beschreven.
Pagina 50
Storing opheffen CAN-fout 2 Leidingen zijn verkeerd bedraad. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Is BM1 defect? B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Vervang BM1. B Schakel de netspanning van alle Bus-deelnemers B Schakel het toestel in.
Pagina 51
Storing opheffen CAN-fout 2 Leidingen zijn verkeerd bedraad. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Is TF 20 defect? B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Vervang TF 20. B Schakel de netspanning van alle Bus-deelnemers B Schakel het toestel in.
Pagina 52
Storing opheffen CAN-fout 4 Geen BM1 herkend. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Is BM1 defect? B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Vervang BM1. B Schakel de netspanning van alle Bus-deelnemers B Schakel het toestel in.
Pagina 53
Storing opheffen Geen CAN-communicatie Teststap Maatregel B Kies op de regelaar het menu i B Schakel het toestel uit. Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). den weergegeven? B Controleer de module(s) op juiste montage, aan- sluiting en codering en corrigeer indien nodig.
Pagina 54
Storing opheffen Busmodule Y ontbreekt Teststap Maatregel B Kies op de regelaar het menu i B Schakel het toestel uit. Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). den weergegeven? B Controleer de module(s) op juiste montage, aan- sluiting en codering en corrigeer indien nodig.
Pagina 55
Storing opheffen HSM ... ontbreekt Teststap Maatregel B Kies op de regelaar het menu i B Schakel het toestel uit. Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). den weergegeven? B Controleer de module(s) op juiste montage, aan- sluiting en codering en corrigeer indien nodig.
Pagina 56
Storing opheffen HMM ... ontbreekt Teststap Maatregel B Kies op de regelaar het menu i B Schakel het toestel uit. Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). den weergegeven? B Controleer de module(s) op juiste montage, aan- sluiting en codering en corrigeer indien nodig.
Pagina 57
Storing opheffen TF 20 ... ontbreekt Teststap Maatregel B Kies op de regelaar het menu i B Schakel het toestel uit. Info. B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Uitgevallen module(s) wordt/wor- mers (b. v. ketels, HSM en HMM). den weergegeven? B Controleer de module(s) op juiste montage, aan- sluiting en codering en corrigeer indien nodig.
Storing opheffen Storingen die aan HMM of HSM worden weergegeven Tijdens normaal bedrijf (zonder storing) brandt de LED continu. LED knippert 1 keer Interne fout. Teststap Maatregel B Schakel de spanningstoevoer naar B Schakel het toestel uit. alle busdeelnemers uit (dat wil B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- zeggen spanningstoevoer naar mers (b.
Pagina 59
Storing opheffen LED knippert 3 keer Verkeerde aansluiting. De noodfunctie is mogelijk. Teststap Maatregel B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- De kabels zijn verkeerd aangesloten of defect. mers (b. v. ketels, HSM en HMM). B Sluit HMM of HSM aan zoals in de installatie- handleiding beschreven.
Pagina 60
Storing opheffen HSM: LED knippert 5 keer Onderbreking aan de voeler. Teststap Maatregel B Onderbreek de netspanning van alle Bus-deelne- Onderbreking aan de voeler boiler (SF) of onderbreking aan de voeler mers (b. v. ketels, HSM en HMM). aanvoertemperatuur (VF). B Meet de weerstand van de aangesloten voelers.
Storing opheffen Storingen die niet worden weergegeven 4.7.1 Toestelstoringen Toestel geeft bij start P1, P2, P3 aan en begint dan weer opnieuw met P1.. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Zekering T 1,6 A (312) defect. B Onderbreek de netspanning naar het toestel. B Vervang de zekering.
Pagina 62
Storing opheffen Te luide verbrandingsgeluiden of bromgeluiden Teststap Maatregel ↓2. Komt het aangesloten soort gas overeen met de gegevens op het B Bouw het toestel om voor het juiste soort gas nee: typeplaatje? zoals beschreven in de installatiehandleiding. Verbrandingsgeluid? ↓2. ↓...
Pagina 63
Storing opheffen Rookgaswaarden niet in orde, de CO-waarde is te hoog Teststap Maatregel ↓2. Komt het aangesloten soort gas overeen met de gegevens op het B Bouw het toestel om voor het juiste soort gas nee: typeplaatje? zoals beschreven in de installatiehandleiding. Rookgaswaarde niet in orde? ↓2.
Pagina 64
Storing opheffen De ontsteking is te hard of slecht Teststap Maatregel ↓6. B Kies het menu Servicefunctie weergeven. ↓2. nee: B Kies 5.1 Continu-ontsteking (zonder gas). Is de continu-ontsteking in orde? ↓3. Ontstekingskabel op ontstekings- elektrode gestoken? B Steek de kabel op de ontstekingselektrode. nee: B Druk op Ontsteking slecht? ↓3.
Pagina 65
Storing opheffen De ontsteking is te hard of slecht Teststap Maatregel B Controleer de rookgasafvoer en repareer of ver- Rookgasafvoer niet in orde? vang deze indien nodig. B Meet de CO -waarde in de ver- brandingslucht. Ontsteking slecht? ↓9. > 0,2 % CO ↓9.
Pagina 66
Storing opheffen Het warmewater ruikt of heeft een donkere kleur Teststap Maatregel Dit is in de regel een beeld van zwavelwaterstof terug te voeren op sulfaat reduserende bacterien. Deze komen in zuurstof arm water voor en krijgen hun voedsel uit de door de anode geproduceerde waterstof. B Boiler reinigen.
Pagina 67
Storing opheffen Condensaat in de gasleiding Teststap Maatregel ↓2. Nr. 950 ingebouwd? ↓3. nee: B Membraan volgens voorschrift monteren. Is membraanklep in mengkamer goed ingebouwd (zie installatie voor- B Mengkamer monteren. schrift)? B Mengkamer (29) openen. B Membraan op funktie, richting, ver- vuiling en scheurtjes controleren.
Storing opheffen 4.7.2 Regelaarstoringen De ingestelde ruimtetemperatuur wordt niet bereikt (TR…). Teststap Maatregel B Stel de thermostaatkraan of de kranen hoger in. Is een thermostaatkraan of zijn ther- mostaatkranen te laag ingesteld? ↓2. ↓2. nee: B Stel de keuzeknop voor de aanvoertemperatuur Is de keuzeknop voor de aanvoertem- peratuur op het verwarmingstoestel hoger in.
Pagina 69
Storing opheffen Gewenste ruimtetemperatuur wordt niet bereikt (intrigeerde textdisplay, TA 250/270/300). Teststap Maatregel B Zet het eindpunt van de verwarmingscurve van Kan de temperatuur van de boiler niet worden bereikt (is de aanvoertempe- terug (druk op de regelaar bij de instelling ratuur te laag ingesteld)? HK_eindpunt de knop Verwijderen kort in).
Pagina 70
Storing opheffen Het verwarmen duurt te lang (intrigeerde textdisplay, TA 250/270/300). Teststap Maatregel B Schakel de snelopwarming in. Snelopwarming is uitgeschakeld. ↓2. ↓2. nee: B Stel de waarden hoger in. Duur of verhoging van de snelopwar- ming te laag. Te grote ruimtetemperatuurschommelingen (intrigeerde textdisplay, TA 250/270/300). Teststap Maatregel B Schakel de ruimteafschakeling in.
Pagina 71
Storing opheffen Verkeerde regeling of geen regeling. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit. Verkeerde bedrading van de regelaar B Controleer de bedrading volgens het aansluit- schema en corrigeer indien nodig. B Schakel het toestel in. Geen regelaaraanduiding of regelaaraanduiding reageert niet. Teststap Maatregel B Schakel het toestel uit.
Demontage van de belangrijkste functiegroepen Demontage van de belangrijkste functiegroepen B Klap de schakelkast omlaag. Gevaar: door stroomschok! B Schroef de aardleiding los. B Voor het werken aan de elektrische de- B Schroef de vier bevestigingsschroeven van de afdek- len altijd toestel spanningsvrij maken plaat.
Demontage van de belangrijkste functiegroepen Ventilator Brander B Schakel het toestel uit. B Schakel het toestel uit. B Onderste pijpaansluiting van gaspijp losdraaien. B De bevestigingspennen van de twee voorste beves- tiging sets van de deksel eruit nemen. B Ventilatorkabel (met aarde) los nemen. B De twee voorste bevestigingsbouten eruit nemen.
Demontage van de belangrijkste functiegroepen Pomp Condenswatersifon reinigen B Schakel het toestel uit. Om morsen van het condenswater te vermijden is het aan te bevelen de complete sifon los te nemen. B Onderbreek de netspanning naar het toestel. B Servicekranen sluiten. B Condenswatersifon losschroeven en in een van te voren ondergebrachte opvang bak opvangen.
Demontage van de belangrijkste functiegroepen Motor omschakelventiel (afb. 10) Platenwisselaar B Schakel het toestel uit. B Schakel het toestel uit. B Stekker van omschakelventiel los nemen. B Servicekranen sluiten. B Bevestigingsveer van motor los nemen. B Toestel aftappen. B Motor afnemen. B Pijpverbindingen los nemen.
Magneetklep 2 „ECO” druktoets Gasarmatuur CE 427 Klemmenlijst voor boileropwarmpomp of driewegklep Ontstoringsknop (reset) Tekstdisplay Motor (Bosch 16 HRS, Bosch 35 HRC) Klemmen voor afstandsbediening TW 2 Microschakelaar, waterschakelaar (Bosch 35 HRC) Klemmen voor buitentemperatuurvoeler Hoofdschakelaar Temperatuurregelaar voor verwarming Zekering T 2,5 A, AC 230 V...
Aanhangsel Vrijgegeven anticorrosie en anti- Samenvatting van het vries middelen voor het verwar- informatieblad voor de mingwater bepaling van corrosie door CFK's Door halogeenkoolwaterstoffen in de verbrandingslucht Corrosie beschermingsmiddel ontstaat bij de desbetreffende metalen corrosieaanslag Navolgende corrosie beschermingsmiddelen zijn op het oppervlak. Vooral hierdoor getroffen worden de toegestaan: verbrandingsruimte en de verwarmingsoppervlakken (ook roestvrij staal) van het toestel en metalen delen in...
Pagina 80
Robert Bosch B. V. Divisie Thermotechnik, Postbus 502 2130 Am Hoofddorp Telefoon: 0 23 - 5 65 67 00 Fax: 0 23 - 5 65 67 11 www.bosch-thermotechnik.nl...