Inhoud Inhoud Voor uw veiligheid Individuele instelling Mechanische instellingen Instellen van de Bosch Heatronic Verklaring symbolen Aanpassing aan het soort gas Toestelbeschrijving algemeen Gasinstellingen EG-conformiteitsverklaring Ombouw op propaan Typenoverzicht Leveringsomvang Toestelbeschrijving Onderhoud Toebehoren (zie prijslijst) Regelmatige onderhoudswerkzaamheden Afmetingen Rookgasmeting Toestelopbouw/functieschema...
Voor uw veiligheid Voor uw veiligheid Verklaring symbolen Veiligheidsaanwijzingen in de tekst Bij gaslucht: worden door middel van een grijs vlak B Sluit de gaskraan, blz. 26, pos. 172. en een gevaren driehoek aangeduid. B Ramen openen. B Geen elektriciteitsschakelaars gebruiken. Signaalwoorden geven de zwaarte aan van het gevaar B Open vuur doven.
• NEN 2757 Toevoer verbrandingslucht en afvoer van rookgassen van verbranding toestellen. • AVWI NEN 1006 • Gaskeur CW 1, toepassingsklasse 3 (25 VRC) en 4 (29 VRC) Toestellen voldoen aan bovenstaande toepassings- klasse wanneer: – Tapwatertemperatuur is ingesteld op 60 °C.
Installatie Installatie Opstellingsplaats kiezen Gevaar: explosie! Bij de plaatsbepaling voor de Bosch VRC dient als B Sluit de gaskraan altijd voor werkzaam- zwaarst wegend argument, een zo kort mogelijke heden aan gasvoerende delen. afstand tot het meest gebruikte warmwatertappunt. Een belangrijk gegeven is dat er voor de opstellings-...
Installatie Montageaansluitplaat monteren Bepaal de opstellingsplaats van het toestel en houd daarbij rekening met de volgende voorwaarden: • Maximale afstand tot alle oneffenheden van het oppervlak, zoals slangen, buizen, uitstekende delen van muren etc. • Mogelijkheid tot toegang voor alle onderhoudswerk- zaamheden (houd bij voorkeur een minimumafstand van 100 mm rondom het toestel aan).
Installatie Leidingen installeren 3.4.4 Gasaansluiting In iedere montageplaat is de gasaansluitnippel gemon- 3.4.1 Sanitairwater teerd. In de gasaansluiting voor het toestel een GIVEG Bij toepassing van kunststofleiding dient bij de toestel- goed gekeurde gaskraan monteren. Let op het maxi- aansluitting zowel koud- als warmwterzijdig een metalen maal toegestane drukverlies in de gasaansluiting vol- leiding van tenminste 1,5 m lengte te worden aange- gens GAVO NEN 1078.
Installatie Toestel monteren Toestel bevestigen B Toestel op de voorbereide pijpaansluitingen zetten Voorzichtig: Door vervuiling in het lei- en met de bijverpakte ringen en moeren op de wand dingnet kan het toestel beschadigen. monteren. B Installatiespoelen om vuil te verwijderen. B Wartels op de pijpaansluitingen vast draaien.
Installatie Overzicht van rookgastoebehoren Dakuitmonding dubbel-pijpsdoorvoer vertikaal (plat dak) C Rookgastoebehoren voor apparaten min = 200 Dakuitmonding kombidoorvoer-vertikaal (schuin dak) C max = 1275 mm 6 720 610 822-06.1O Afb. 14 Dakuitmonding dubbelpijpsdoorvoer, vertikaal (bouwkundige schoorsteen of schuin dak) C 6 720 610 338-12.1O Afb.
Pagina 15
Installatie Prefabschoorsteen (minimale konstruktie eisen) Dakuitmonding prefabschoorsteen C Alleen als kap door GASTEC is beoordeeld 6 720 610 822 - 11.1O Afb. 16 Opening rookgasafvoer min. 150 cm per toestel Opening luchttoevoer min. 150 cm per toestel 6 720 610 822 - 10.1O Afb.
Pagina 16
Installatie Minimale doortocht van het gemeenschappelijke Dakuitmonding C.L.V.-systeem C afvoersysteem parallel concentrisch Aantal Minimale doortocht A toestellen Steenachtig Metalen afvoersysteem afvoersysteem 1000 1050 1100 1150 1025 1200 1085 1250 1140 6 720 610 822 -12.1O Tabel 5 Afb. 18 Minimale doortocht van het gemeenschappelijke kondensafvoer afvoersysteem Uitvoering...
Pagina 17
Installatie Concentrische muurdoorvoer met broekstuk Concentrische muurdoorvoer horizontaal C naar parallel 2 x 80 mm C max = 1500 min = 356 max = 4000 6 720 610 822-09.1O 6 720 610 822-13.1O Afb. 19 Afb. 22 Balkondoorvoer C max = 1500 6 720 610 822-14.1O Afb.
Pagina 18
Installatie Dakuitmonding met luchttoever vanuit de gevel C 6 720 610 822 - 27.1O Afb. 24 Opening rookgasafvoer min. 150 cm per toestel 6 720 610 822 - 15.1O Afb. 23 6 720 610 822 NL (02.07)
Pagina 20
Installatie Rookgastoebehoren aansluiten Montage van concentrisch systeem Raadpleeg de installatiehandleiding van het rookgastoebehoren voor meer infor- matie over de installatie. B Kies de juiste diafragma volgens de documentatie van het toebehoren. B Schakel het toestel uit. B Verwijder de mantel. B Schroef het deksel van de verbrandingskamer.
Pagina 21
Installatie Rem- Vertikaal Stuwplaat plaat (7) Rookgas- ...2000 ...2300 ...3000 ...4000 afvoerlengte in mm Toesteltype 25 VRC – Ø 52 Ø 52 Ø 52 Nr.1 29 VRC – – Ø 52 Ø 52 Nr.2 226.3 Tabel 7 Stuwplaat onder ventilator en rem-...
Installatie Aansluitingen controleren Wateraansluiting B Open de koudwaterstopkraan en vul het warmwater- circuit (testdruk: max. 10 bar). B Servicekranen van aanvoer en retourverwarming indien aanwezig openen en installatie vullen. B Ontlucht het toestel met de ingebouwde ontluchter. B Alle overige onderdelen op lekkage controleren. Installatie ontluchten Bij de pomp is een automatische ontluchter 27.2 gemonteerd.
Elektrische aansluiting Elektrische aansluiting Schakelkast openen Gevaar: Door stroom schok! B Afdekking onder los halen en wegnemen. B Bij het aansluiten en werken aan elektri- sche delen altijd toestel spanningsvrij maken: stekker uit wandcontactdoos verwijderen. De regel-, besturings- en veiligheidsinrichtingen zijn door de fabrikant van bedrading voorzien en gekeurd.
Elektrische aansluiting B Bevestig de kabel van de spanningsvoorziening door Verwarmingsregelaars, afstands- de trekontlasting aan te draaien. bedieningen of schakelklokken De massa-ader moet nog los zijn wanneer de andere aansluiten reeds vast gezet zijn. Weersafhankelijke inbouwregelaar TA 211 E B Sluit de regelaar volgens de bijbehorende installatie- N N L L handleiding op het toestel aan.
Inbedrijfname Inbedrijfname Afb. 40 Manometer Voor het in bedrijf nemen Sifon 15.1 Uitlooppijp Waarschuwing: wanneer het toestel Ontstoringsknop zonder water in gebruik wordt genomen, Hoofdschakelaar Temperatuurregelaar voor verwarming wordt het onherstelbaar beschadigd! Servicekranen in aanvoer en retour* B Gebruik het toestel niet zonder water. Warmwater Gasstopkran (gesloten) B Open de gaskraan nooit voordat de...
Inbedrijfname B Radiatoren ontluchten. Verwarming inschakelen B Open de automatische ontluchter bij de pomp (27.1) B Temperatuurregelaar verwarming draaien, om de voor het verwarmingscircuit en sluit deze na het ont- aanvoertemperatuur van de verwarmingsinstallatie luchten weer. aan te passen: B Vul de verwarmingsinstallatie opnieuw tot 1 - 2 bar. –...
Inbedrijfname Warmwatertemperatuur Met ruimtetemperatuurregelaar B De temperatuurregelaar op het toestel geheel De warmwatertemperatuur kan met de temperatuurre- naar links omdraaien. gelaar tussen ca. 40 °C en 60 °C worden ingesteld. De verwarming is uitgeschakeld. De warmwatervoor- De ingestelde temperatuur wordt in de display niet ziening, de verzorging van de spanning voor de ver- weergegeven.
Individuele instelling Individuele instelling Mechanische instellingen 6.1.2 Karakteristiek van de verwarmingspomp wijzigen 6.1.1 Instellen van de aanvoertemperatuur Wanneer meerdere verwarmingspompen De aanvoertemperatuur is tussen 45 °C en ca. 87 °C in serie (achter elkaar) geschakeld zijn, is instelbaar. een hydraulische scheiding nodig. Lage temperatuurbegrenzing B Verander het toerental van de verwarmingspomp op De temperatuurregelaar...
B Deel 1: Druk op de toets en houd deze vast tot in Een uitvoerige beschrijving vindt u in het Bosch de display [ ] wordt weergegeven. servicevademecum. B Deel 2: Druk tegelijkertijd op de toetsen in de display [ ] wordt weergegeven.
Pagina 31
Individuele instelling B Temperatuurregelaar verwarming B Toets draaien tot 2.2 indrukken en ingedrukt houden tot op de verschijnt. display - - verschijnt. Na een korte tijd verschijnt de ingestelde pompscha- Toets brandt. keling op de display. 6 720 610 332-32.1O 6 720 610 332-33.1O Afb.
Pagina 32
Individuele instelling 6.2.4 Max. aanvoertemperatuur instellen 6.2.5 Inschakelen van de schakeldifferentie (∆t) (servicefunctie 2.5) (servicefunctie 2.6) De maximale aanvoertemperatuur kan tussen 45°C en Bij aansluiting van een weersafhankelijke ca. 87 °C (fabriekszijdige instelling) begrenst worden. regelaar wordt het schakelverschil door de regelaar overgenomen.
Pagina 33
Individuele instelling B Draai de temperatuurregelaars B Toetsen op de oor- indrukken en ingedrukt houden tot spronkelijke waarden. op de display [ ] verschijnt. Op de display verschijnt de aanvoertemperatuur. Het verwarmingsvermogen is vastgelegd. 6.2.6 Verwarmingsvermogen instellen (servicefunctie 5.0) Het is mogelijk om het toestel verwarmingszijdig op de juiste transmissieberekening in te stellen.
Pagina 34
Individuele instelling 6.2.7 Waarde uitlezen van de Bosch Heatronic In het geval van een reparatie vereenvoudigt dit de instelling aanzienlijk. B Uitlezen van de ingestelde waarde in de display (zie tabel 14) en in het inbedrijfname protokol invullen. Na het uitlezen:...
Aanpassing aan het soort gas Aanpassing aan het soort gas Gasinstellingen Vooral na een ombouw op een ander soort gas moet de instelling van de gashoeveelheid voor minimale en maxi- male verwarmingscapaciteit worden gecontroleerd of opnieuw ingesteld. • Aardgas: Aardgastoestellen zijn in de fabriek inge- steld op een Wobbe-index van 12,2 kWh/m en een voordruk van 25 mbar en verzegeld.
Aanpassing aan het soort gas 7.1.2 Instelmethode volgens branderdruk Branderdruk bij minimale verwarmingscapaciteit B Draai de temperatuurregelaar naar links tot in de Branderdruk bij maximale verwarmingscapaciteit display 1. (= minimale warmtecapaciteit) wordt weer- B Toets indrukken en ingedrukt houden tot op de gegeven.
Pagina 37
Aanpassing aan het soort gas B Draai de temperatuurregelaar tot in de display 2. 7.1.3 Volumetrische instelmethode (= maximale warmtecapaciteit) wordt weergegeven. Controleer bij de toevoer van mengsels van vloeibaar De display en de toets knipperen. gas en lucht in piekbehoeftetijden de instelling met de instelmethode volgens de branderdruk.
Pagina 38
Aanpassing aan het soort gas B Zoek de met „max.“ aangegeven doorstroomhoeveel- B Draai de temperatuurregelaar tot in de display 2. heid (l/min) in de tabel op pagina 43. Stel de gas- (= maximale warmtecapaciteit) wordt weergegeven. doorstroomhoeveelheid in via de gasmeter en en de De display en de toets knipperen.
Aanpassing aan het soort gas Ombouw op propaan Na de ombouw op ander soort gas: B Neem het toestel in gebruik en stel het gas in volgens Voor het ombouwen op propaan kan een propaanom- het hoofdstuk „Gasinstellingen“. bouwset besteld worden. Neem de bijbehorende ombouwvoorschriften in acht.
Onderhoud Onderhoud Gevaar: Door stroom schok! Gevaar: Uitstromend gas! B Bij het aansluiten en werken aan elektri- B Vervang de branderdichting altijd nadat sche delen altijd toestel spanningsvrij de brander is gedemonteerd! maken: stekker uit wandcontactdoos verwijderen. Warmwater Wanneer de aangegeven uitstroomtemperatuur niet B Laat het toestel uitsluitend door een gespecialiseerd meer wordt bereikt: en erkend bedrijf onderhouden (zie onderhoud).
Onderhoud B Duw de voelersonde 35 mm diep in de meetaanslui- Verwarmingssysteem aftappen ting en dicht de meetplaats af. Verwarming aftappen: B Meet de verbrandingsluchttemperatuur. B Slang aansluiten op vul/aftapkraan en vul/aftapkraan B Sluit de meetaansluiting af. openen evt. hoogste ontluchter openen, installatie Wanneer de vereiste rookgaswaarden niet worden leeg laten lopen.
Aanhangsel Aanhangsel Foutcode Display Foutoorzaak Foutoplossing Warmwatervoeler heeft onderbreking of kortslui- Controleer warmwatervoeler en aansluitkabel op ting. onderbreking of kortsluiting. Geen elektrische verbinding tussen inschuifmo- Controleer de verbindingskabel tussen inschuif- dule en Heatronic module en Heatronic. Codeerstekker. Steek de codeerstekker goed vast, meet deze en vervang indien nodig.
• indien door Bosch Thermotechnik Service is beslo- • Bewaar altijd de door u, of uw gemachtigde, voor ten dat het produkt voor garantie in aanmerking komt akkoord getekende reparatienota’s.