FUNCTIES
4.2
Basisfuncties
⚠
GEVAAR
Levensgevaar door vallende last bij frontladers zonder parallelgeleiding!
Bij frontladers zonder parallelgeleiding helt het werktuig bij het tillen naar achteren. Daardoor kan de
last op de bestuurder vallen en levensgevaarlijke letsels veroorzaken.
Lading tijdens het optillen observeren. Ladingen niet optillen bij het achteruit rijden.
Bij frontladers zonder parallelgeleiding de hoektoename bij het optillen compenseren door storten
van het werktuig.
⚠
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsels en materiële schade door vallende last of dalende frontlader!
Bij lange of ver naar voren bewogen werktuigen kan het zwaartepunt van de machine verplaatsen en
het drukbegrenzingsklep van de frontlader zelfstandig openen. Daardoor stort of daalt de frontlader
ongecontroleerd, wat tot ernstige letsels of beschadigingen kan leiden.
Maximale last van de frontlader in acht nemen (zie 11 Technische gegevens).
Altijd voldoende tegengewicht gebruiken aan de achterkant van de tractor (zie 5.3.2 Toevoeging
van ballast).
Personen bij laadwerkzaamheden uit de werkzone wegsturen (zie 2.8 Gevarenzones).
De frontlader beschikt over 4 basisfuncties die nodig zijn om de arm en het werktuig te bewegen.
Optillen
De 2 cilinders voor het optillen worden
uitgeschoven en tillen zo de arm en het werktuig
op.
Zonder parallelgeleiding blijft de hoek tussen arm
en werktuig onveranderd, zodat de uitrichting van
het werktuig wordt veranderd.
Met parallelgeleiding verandert de hoek tussen
arm en werktuig, zodat het werktuig zijn
oorspronkelijke uitrichting behoudt.
Voor de beweging van het werktuig
zie 4.5 Parallelgeleiding (P).
B58SL1 0000000084 NL 009
2
2
3
3
Fig. 21
Optillen-functie
Legenda
1
Optillen-cilinder links en rechts
2
Arm
3
Werktuig
1
1
B01J
36