Het invriezen en bewaren van levensmiddelen
Vóórdat u de verse levensmiddelen
in het apparaat legt
^ Wanneer u meer dan 2 kg verse le-
vensmiddelen heeft, schakel dan een
tijdje vóórdat u deze in het apparaat
legt de functie "Superfrost" in.
De producten die al zijn ingevroren krij-
gen zo een koudereserve.
Zie hoofdstuk: "De functie "Superfrost"".
Het inruimen
De levensmiddelen kunnen overal in de
diepvrieszone worden ingevroren.
Leg grotere hoeveelheden in de grote
diepvriesmand.
Hieronder volgt een tabel met de maxi-
male gewichten voor de diepvries-
manden:
diepvries-
KF 1801 Vi,
KF 1811 Vi
KF 1901 Vi,
KF 1911 Vi
^ Leg de in te vriezen producten over
de hele breedte op de bodem van de
diepvriesmanden, zodat ze zo snel
mogelijk tot in de kern worden inge-
vroren.
^ Zorg ervoor dat het materiaal waarin
de in te vriezen producten zijn ver-
pakt droog is, zodat de producten
niet aan elkaar of aan de bodem van
de diepvriesmanden vastvriezen.
Kleine
Grote
diepvries-
mand
mand
14 kg
33 kg
19 kg
43 kg
Leg in te vriezen levensmiddelen
niet tegen reeds ingevroren levens-
middelen om te voorkomen dat de
laatste gaan ontdooien.
Het ontdooien van ingevroren
producten
Dat kunt u doen
– in de magnetron;
– in de oven bij het verwarmingssys-
teem "Hetelucht" of "Ontdooien";
– bij kamertemperatuur;
– in de koelkast (de koude die daarbij
vrijkomt kan voor het koelen van de
andere levensmiddelen worden ge-
bruikt);
– in de stoomoven.
Platte stukken vlees en vis kunnen
gedeeltelijk ontdooid in een hete braad-
pan worden gelegd.
Fruit kan bij kamertemperatuur zowel in
de verpakking als ook in een afgedekte
schaal ontdooien.
Groente kan in het algemeen in bevro-
ren toestand aan kokend water worden
toegevoegd of in heet vet worden ge-
stoofd. De kooktijd is iets korter dan bij
verse groente.
Vries geheel of gedeeltelijk ontdooi-
de levensmiddelen niet opnieuw in.
Pas nadat u deze levensmiddelen
hebt gekookt of gebraden kunt u ze
opnieuw invriezen.
39