U kunt zich aan de hete kookplaat branden. Gebruik daarom altijd
ovenhandschoenen of pannenlappen als u met het hete apparaat
werkt. Gebruik alleen droge handschoenen of pannenlappen. Nat of
vochtig textiel geleidt de warmte beter en kan door stoom verbran-
dingen veroorzaken.
Als u een elektrisch apparaat (bijvoorbeeld een mixer) in de buurt
van de kookplaat gebruikt, mag de aansluitkabel niet in contact ko-
men met de hete kookplaat. De isolatie van de kabel zou beschadigd
kunnen raken.
Zout, suiker of zandkorrels (bijvoorbeeld van groente) kunnen
krassen veroorzaken als ze onder de pan komen. Zorg dat de kera-
mische glasplaat en de panbodem schoon zijn, voordat u het kook-
gerei op de kookplaat plaatst.
Laat geen voorwerpen op de keramische plaat vallen. Zelfs een
licht voorwerp zoals een zoutvaatje kan scheuren of barsten veroor-
zaken.
Hete voorwerpen op het display kunnen de elektronica eronder
beschadigen. Zet nooit hete pannen op het display.
Als suiker, suikerhoudend voedsel, kunststof of aluminiumfolie op
een hete kookzone terechtkomt en smelt, gaat u als volgt te werk:
Vermeng suikerhoudende stoffen onmiddellijk met water. Schakel
vervolgens de kookzone uit en verwijder de stoffen met een schra-
per, zolang de plaat nog heet is. Als u de stoffen eerst laat afkoelen,
kan de keramische plaat beschadigd raken. Draag tijdens de reini-
ging ovenhandschoenen. Reinig de kookplaat met een reinigings-
middel voor keramische platen, zodra de plaat is afgekoeld.
Door drooggekookte pannen kan de keramische plaat beschadigd
raken. Houd daarom altijd toezicht op de kookplaat!
Gebruik alleen pannen met een gladde bodem. Een ruwe bodem
kan krassen op de keramische plaat veroorzaken.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
11