OMKEERFUNCTIE
De omkeerfunctie wisselt afzonderlijke zend- en ontvangst-
frequenties om. Terwijl u een repeater gebruikt, kunt u de sterkte
van het signaal dat u rechtstreeks van het andere station
ontvangt handmatig controleren. Als het rechtstreekse signaal
van het andere station sterk genoeg is, dienen beide stations over
te schakelen op een simplexfrequentie en de repeater vrij te
houden voor andere gebruikers.
6
Zenden: 144,725 MHz
Zenden: 144,725 MHz
:
:
Ontvangen
145,325 MHz
Ontvangen
145,325 MHz
Wisselen van de zend- en ontvangstfrequenties:
Druk op [REV] om de Omkeerfunctie Aan (of Uit) te zetten.
• Als de Omkeerfunctie AAN staat, wordt "R" afgebeeld.
N-26
144,725 MHz
OMKEERFUNCTIE
AAN
Zenden: 144,725 MHz
Zenden: 145,325 MHz
:
: 1
Ontvangen
145,325 MHz
Ontvangen
44,725 MHz
Opmerkingen:
U kunt de Omkeerfunctie Aan zetten terwijl u de transceiver in de
◆
Simplexfunctie gebruikt. Hierdoor wordt de zend- en ontvangst-
frequenties echter niet omgewisseld.
Als door op [REV] te drukken e ontvangstfrequentie buiten het
◆
toegestane bereik valt, zal een fouttoon klinken en de functie niet
werken.
Als door op [REV] te drukken de zendfrequentie buiten het
◆
toegestane bereik valt, zal door op [PTT] op de microfoon te
drukken een fouttoon klinken en u niet kunnen zenden.
U kunt de Omkeerfunctie niet tijdens het zenden Aan of Uit zetten.
◆
AUTOMATISCHE SIMPLEXCONTROLE (ASC)
Terwijl u gebruikmaakt van een repeater, controleert de ASC-
functie regelmatig de sterkte van het signaal dat u rechtstreeks
van het andere station ontvangt. Als het signaal van het andere
station sterk genoeg is om rechtstreekse communicatie mogelijk
te maken zonder de repeater, knippert de " " indicator.
Druk op [REV] (1s) om de Omkeerfunctie Aan (of Uit) te zetten.
• Als de Automatische Simplex Controle Aan staat, wordt " "
afgebeeld.
• Als rechtstreekse communicatie mogelijk is, knippert " ".