Hoofdstuk
3
3.0 Het PowerSeries Pro-beveiligingssysteem
Het PowerSeries Pro-systeem is ontworpen om u te voorzien van de grootst mogelijke flexibiliteit en het
grootst mogelijke gemak. Lees deze handleiding goed door en laat de installateur u uitleggen hoe u het
systeem moet gebruiken en welke functies er zijn ingeschakeld. Alle gebruikers van dit systeem moeten
allemaal op dezelfde manier onderricht worden over het gebruik.
Vul de sectie 'Systeeminformatie' in met zone-informatie en toegangscodes en bewaar deze handleiding
op een veilige plek voor toekomstige referentie.
Opmerking: Het PowerSeries Pro-beveiligingssysteem is voorzien van specifieke functionaliteit voor het
verminderen van valse alarmen en is geclassificeerd in overeenstemming met de ANSI/SIA CP-01-2014-
norm voor bedieningspanelen - Functionaliteit voor vermindering van valse alarmen. Raadpleeg de
installateur voor meer informatie met betrekking tot de functie voor het verminderen van valse alarmen
die is ingebouwd in het systeem, omdat niet alles wordt behandeld in deze handleiding.
3.1 Algemene systeembediening
Uw beveiligingssysteem bestaat uit een PowerSeries Pro-bedieningspaneel, een of meer
toetsenpanelen en verschillende sensoren en melders. De metalen kast bevat de systeemelektronica en
de reservebatterij. Het toetsenpaneel wordt gebruikt om opdrachten naar het systeem te sturen en de
huidige systeemstatus weer te geven. Het toetsenpaneel of de toetsenpanelen dienen op een
gemakkelijk te bereiken locatie binnenin het beveiligde pand te worden gemonteerd, in de buurt van toe-
/uitgangsdeur(en). Het beveiligingssysteem heeft verschillende beschermingszones, elk verbonden met
één of meer sensoren (bewegingsmelders, glasbreukmelders, deurcontacten, etc.).
Opmerking: Alleen de installateur of onderhoudspersoneel heeft toegang tot het bedieningspaneel.
3.2 Detectie koolmonoxide
Deze apparatuur is geschikt voor bewaking van koolmonoxidemelders en geeft een waarschuwing als
er koolmonoxide wordt gedetecteerd. Lees de richtlijnen voor het vluchtplan in deze handleiding en de
instructies die worden geleverd met de koolmonoxidemelder.
Opmerking: Dient door de installateur te worden ingeschakeld en geconfigureerd.
Opmerking: De apparatuur dient te worden geïnstalleerd in overeenstemming met NFPA 720.
3.3 Branddetectie
Deze apparatuur is geschikt voor de bewaking van brandmelders, zoals rookmelders, en geven een
waarschuwing als er brand wordt gedetecteerd. Goede branddetectie is afhankelijk van een voldoende
aantal melders, geplaatst op de juiste locaties. Deze apparatuur dient te worden geïnstalleerd conform
NFPA 72 (N.F.P.A., Batterymarch Park, Quincey MA 02269). Lees de richtlijnen voor het vluchtplan in
deze handleiding goed door.
Opmerking: Dient door de installateur te worden ingeschakeld en geconfigureerd.
3.4 Het systeem testen
Test alle leds en klankgevers van toetsenpanelen en bellen en/of sirenes van het systeem. Om te zorgen
dat het systeem blijft werken zoals bedoeld, moet u uw systeem wekelijks testen.
Voor UL-THUISZORG vermeldde toepassingen moet het systeem ook wekelijks worden
Belangrijk:
getest zonder wisselstroom. Om de regeleenheid van de stroom af te koppelen, verwijdert u de schroef
van het vergrendelingslipje van de stekker in de adapter en haalt u de adapter uit het stopcontact. Nadat
u de test van het apparaat hebt voltooid met alleen de back-upbron voor de batterij, sluit u de plug-
inadapter opnieuw aan en bevestigt u de schroef via het vergrendelingslipje zodat de adapter stevig op
het stopcontact is bevestigd.
Als het systeem niet goed werkt, neem dan onmiddellijk contact op met het installatiebedrijf.
Belangrijk:
Alle rookmelders moeten een keer per jaar worden getest door de installateur van de
Belangrijk:
rookmelder.
Het toetsenpaneel en de sirene testen
1.
Druk op [*][6] en voer de [Mastercode] in om naar de Gebruikersfuncties te gaan.
-
-
7