Hoofdstuk
10
10.0 Aanvullende functies
10.1 Temperatuur voor alle zones weergeven
Met deze functie worden alle temperaturen voor elke ingeschakelde zone weergegeven.
De zonetemperatuur bekijken
1.
Druk op [*] in het hoofdmenu van elk gepartitioneerd toetsenpaneel.
2.
Druk op [*] om een temperatuur te selecteren. Druk op [*][*] voor snelle toegang (voorbeeldscherm
wordt weergegeven).
3.
Blader door het menu om de temperatuurcapabele zones weer te geven.
4.
Druk op [#] om af te sluiten.
Opmerking: Deze functie moet door de installateur worden ingeschakeld.
10.2 In-/uitschakelen van de bel
Als u de bel inschakelt, ontvangt u een hoorbare melding wanneer een ingang-/uitgangsensor wordt
geactiveerd.
De bel in-/uitschakelen
Druk op te toets Bel
l
toegangscode kan nodig zijn om deze instelling te wijzigen.
10.3 Audioverificatie
Hiermee kan het bewakingsstation een 2-richtings audiosessie (spreken/luisteren) of 1-richtings audio
(alleen luisteren) tot stand brengen wanneer er een alarm is ontvangen. Deze functie wordt gebruikt om
de aard van het alarm te verifiëren of vast stellen wat voor soort assistentie de bewoner nodig heeft.
Opmerking: Dit is een aanvullende functie die niet door UL/ULC is onderzocht.
Opmerking: Dient door de installateur te worden ingeschakeld en geconfigureerd.
10.4 Visuele verificatie
Hiermee kan het bewakingsstation videoclips gebruiken die door de bewegingscamera's van het
systeem zijn vastgelegd, om een alarm te verifiëren.
Opmerking: Dit is een aanvullende functie die niet door UL/ULC is onderzocht.
Opmerking: Dient door de installateur te worden ingeschakeld en geconfigureerd.
10.5 Commando-uitgangen
Ook al zijn ze nuttig voor veel toepassingen, commando-uitgangen worden meestal geconfigureerd om
onderdelen zoals garagedeuren of elektrische hekken te bedienen. Daarnaast kunnen commando-
uitgangen worden toegewezen om een schema te volgen dat door uw installateur is geconfigureerd.
Dit is een aanvullende functie die niet door UL/ULC is onderzocht.
Dient door de installateur te worden geconfigureerd.
Een commando-uitgang activeren
1.
Druk op [*][7] en voer indien vereist uw [toegangscode] in.
Of
Druk op [*] en gebruik de scrolltoetsen om naar Uitgangbeheer te navigeren.
2.
Druk het op het door de commando-uitgang geconfigureerde nummer
Of
Gebruik de scrolltoetsen om naar de gewenste commando-uitgang te navigeren en druk op [*].
Een commando-uitgang configureren om een schema te volgen
1.
Druk op [*][7] en gebruik de scrolltoetsen om te navigeren naar Schema volgen en druk op [*],
gevolgd door uw toegangscode.
Of
of [*][4] om de functie Bel in of uit te schakelen voor de huidige partitie. Een
-
-
31