Hoofdstuk
4
Opmerking: De installateur configureert de uitgangsvertragingstimer en de toegangscode indien dit
vereist is om het om het systeem in te schakelen.
4.1.2 De beveiliging van de het systeem in schakelen in de modus Aanwezig
De modus Aanwezig activeert het systeem gedeeltelijk door:
Alle perimetersensoren inschakelen.
l
Alle binnensensoren overbruggen.
l
Het systeem inschakelen in de modus Aanwezig
1.
Zorg ervoor dat alle deuren en ramen zijn gesloten en dat het indicatielampje Gereed aan is.
2.
Houd de toets Aanwezig 2 seconden ingedrukt en voer, indien nodig, uw toegangscode in of
presenteer een proximitytag. Verlaat het pand niet.
Als de zones zijn overbrugd, verschijnt een waarschuwing.
3.
Als het inschakelen is gestart, doet het systeem het volgende:
Het indicatielampje Ingeschakeld gaat branden.
l
Het indicatielampje Gereed blijft branden.
l
De timer toegangsvertraging begint terug te tellen.
l
4.
Als u de sequentie voor inschakelen wilt annuleren, voert u de toegangscode in of presenteert u een
proximitytag.
5.
Zodra de timer voor de uitgangsvertraging is verlopen, wordt het systeem ingeschakeldHet systeem
doet het volgende:
Het indicatielampje Gereed
l
Het indicatielampje Ingeschakeld
l
De overbruggings- of systeemindicator gaat aan.
l
4.2 Het inschakelen van het systeem met een draadloze 2-wegsleutel
Indien geconfigureerd kan het PowerSeries Pro-systeem worden ingeschakeld met de draadloze
sleutels die met uw alarmsysteem zijn meegeleverd. Als u het systeem wilt inschakelen met een
draadloze 2-wegsleutel, drukt u op de gewenste modustoets Inschakelen als het indicatielampje voor
Systeem Gereed brandt.
4.3 Het systeem inschakelen met een proximitytag
U kunt proximitytags gebruiken om het systeem in te schakelen/uit te schakelen of om een
geprogrammeerde functie uit te voeren (dit wordt bijvoorbeeld gebruikt in plaats van het invoeren van
een toegangscode of om de deur van een opslagruimte te ontgrendelen).
Het systeem inschakelen met een proximitytag
Presenteer uw proximitytag aan een toetsenpaneel met een proximitysensor als het
l
indicatielampje voor systeem Gereed brandt.
Voer uw toegangscode in, als die door uw installateur is geconfigureerd.
l
Opmerking: Wanneer u het systeem inschakelt met een proximitytag, wordt het systeem ingeschakeld in
de modus Afwezig wanneer u de locatie verlaat. Het systeem wordt ingeschakeld in de modus Aanwezig
als een bewegingssensor is geïnstalleerd en u de locatie niet verlaat.
4.4 De beveiliging van de het systeem in schakelen in de modus Aanwezig
De modus Aanwezig activeert het systeem gedeeltelijk door:
Alle perimetersensoren inschakelen.
l
Alle binnensensoren overbruggen.
l
Het systeem inschakelen in de modus Aanwezig
1.
Zorg ervoor dat alle deuren en ramen zijn gesloten en dat het indicatielampje Gereed aan is.
2.
Houd de toets Aanwezig
presenteer een proximitytag. Verlaat het pand niet.
3.
Als de zones zijn overbrugd, verschijnt een waarschuwing.
4.
Nadat de sequentie voor inschakelen is gestart, gebeurt het volgende:
Het indicatielampje Ingeschakeld
l
Het indicatielampje Gereed
l
De timer toegangsvertraging begint terug te tellen.
l
gaat uit.
blijft branden.
2 seconden ingedrukt en voer, indien nodig, uw toegangscode in of
gaat branden.
blijft branden.
-
-
10