Beschrijving
Item
1
Signaalkabel voor zonne-energieset
2
Gebruikersschermkabel
Kamerthermostaatkabel
3
4
Stuurkabel zonnepomp
5
Stuurkabel buitencirculatiepomp
6
Stuurkabel SWW-pomp
7
SV2: 3-weg klep stuurkabel
8
SV1: 3-weg klep stuurkabel
9
Booster-verwarmer stuurkabel
10
Voedingskabel voor binnenunit
(a) Minimum kabeldoorsnede AWG18 (0,75 mm
(b) De thermistorkabel wordt met de unit meegeleverd: als de stroom van de belasting groot is, is een wisselstroomschakelaar
vereist.
Gebruik H07RN-F voor de stroomdraad, alle kabels zijn verbonden met hoogspanning behalve de thermistorkabel
en de kabel voor het gebruikersscherm.
De apparatuur moet geaard zijn.
Alle externe belasting van de hoogspanning, als het metaal is of een geaarde poort, moet geaard zijn.
Alle externe belastingsstroom moet kleiner zijn dan 0,2 A, als de enkele belastingsstroom groter is dan 0,2 A, moet
de belasting via een wisselstroomschakelaar worden geregeld.
"AHS1" "AHS2", "A1" "A2", "R1" "R2" en "DFT1" "DFT2" bedradingsklemmen van de poorten leveren alleen het
schakelsignaal. Raadpleeg de afbeelding van 8.8.6. voor de positie van de poorten in de unit.
Platenwarmtewisselaar E-verwarmingslint en de debietschakelaar E-verwarmingslint delen een controlepoort.
Richtlijnen voor veldbedrading
De meeste veldbedrading op de eenheid moet worden uitgevoerd op het klemmenblok in de schakelkast. Om
toegang te krijgen tot het klemmenblok, moet de kap van de schakelkast worden verwijderd.
Schakel alle stroom uit, inclusief de stroomvoorziening van de unit en de backupverwarming en warmwatertank
(indien van toepassing), voordat u het schakelpaneel verwijdert.
Zet alle kabels vast met kabelbinders.
Een speciaal voedingscircuit is vereist voor de backupverwarming.
Installaties die zijn uitgerust met een tank voor warm water voor huishoudelijk gebruik (excl. levering) vereisen een
speciaal voedingscircuit voor de booster-verwarming. Raadpleeg de Installatie- en gebruiksaanwijzing van de tank voor
warm water voor huishoudelijk gebruik.
Leg de elektrische bedrading zo dat de voorkap niet omhoog komt tijdens de bedrading en bevestig de voorkap stevig.
Volg het elektrische bedradingsschema voor de elektrische bedrading (de elektrische bedradingsschema's bevinden
zich op de achterzijde van deur 2).
Installeer de draden en zet de kap stevig vast, zodat deze goed past.
8.8.3. Voorzorgsmaatregelen voor de bedrading van de stroomvoorziening
Gebruik een ronde kabelschoen voor aansluiting op het klemmenbord van de stroomvoorziening. Indien het om
onvermijdelijke redenen niet kan worden gebruikt, dient u de volgende instructies in acht te nemen.
-
Sluit geen draden van verschillende dikte aan op dezelfde klem (losse verbindingen kunnen oververhitting veroorzaken).
-
Draden van dezelfde dikte moeten worden aangesloten volgens de onderstaande figuur.
AC/DC
Vereist aantal geleiders
AC
2
AC
5
AC
2
2
AC
AC
2
AC
2
AC
3
AC
3
AC
2
60
100
160
2+GND
60 (3 kW-verwarming)
AC
100 (3 kW-verwarming)
160 (3 kW-verwarming)
60 (9 kW-verwarming)
4+GND
100 (9 kW-verwarming)
160 (9 kW-verwarming)
2
).
OPMERKING
WAARSCHUWING
32
Maximale bedrijfsstroom
200 mA
200 mA
200 mA (a)
200 mA (a)
200 mA (a)
200 mA (a)
200 mA (a)
200 mA (a)
200 mA (a)
0,4 A
0,4 A
0,4 A
13,5 A
13,5 A
13,5 A
13,3 A
13,3 A
13,3 A