APPENDIX
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Het optionele petraam gebruiken
Met het optionele petraam kunt u patronen borduren op petten en mutsen. Hieronder worden de procedures
voor het gebruik van het petraam beschreven.
Petraam en accessoires
U hebt de drijfas van het petraam en de montagemal nodig bij gebruik van het petraam.
Petraam
1 Borduurvlak:
60 mm (H) × 360 mm (B)
(2-3/8 inch (H) × 14 inch (B))
2 De markering geeft het midden
van het borduurvlak aan.
3 Snapslot
Montagemal
Gebruik deze als u een pet in het petraam spant.
1 Houders
Het petraam wordt vastgezet met de drie houders.
2 Bevestigingsbeugel
Draai de duimschroef aan om deze op het
bevestigingsoppervlak vast te zetten.
3 Schroeven
Pas het formaat van de montagemal aan naar gelang het
type pet dat u borduurt.
4 Hendel
Draai door aan de hendel te trekken het petraam naar een
plek waar u gemakkelijk de stof in het raam kunt spannen.
Inleg
• Gebruik deze om de ring van de petraamdrijfas en de hoogte van de L-vormige beugel aan te passen.
(Zie pagina 263.)
258
Petraamdrijfas en 4 duimschroeven
U bevestigt het petraam op de wagen door de borduurraamhouder te
verwijderen en vervolgens de petraamdrijfas te bevestigen aan de
wagen van de machine.
1 Plaats de duimschroeven in de gaten en draai deze aan om het
beweegbare deel vast te zetten. Gebruik deze gaten bij het
opbergen van de petraamdrijfas.
2 Opspanveer
Het petraam wordt vastgezet met twee opspanveren.
Inbussleutel (groot)
Inbussleutel (middelgroot)