HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN CONTROLELAMPJES VAN DE MACHINE
Het diagnosescherm toont actieve en inactieve storingen van het
JLG-besturingssysteem op het scherm. Actieve storingen worden
aangegeven met een sterretje (*).
DIAGNOSTIC CODES
Figuur 3-7. Diagnosescherm
3-14
Het motordiagnosescherm geeft de volgende informatie: SPN
(Suspect Parameter Number [verdacht parameternummer]), FMI
(Failure Mode Identifier [identificatie storingstoestand]) en
Occurrence count (aantal voorvallen). De tekst van de motor-SPN
kan niet worden doorgebladerd. Als er meer dan één motorsto-
ringscode aanwezig is, moet de machinist het scherm voor
motorstoringen afsluiten om andere SPN- en FMI-informatie te
kunnen bekijken.
Figuur 3-8. Motordiagnosescherm
– JLG Hoogwerker –
3124868