(vervolg)
Statusbeschrijving/lampjespatroon
Het Aan/Uit-lampje brandt en het lampje Doorgaan knippert.
Het Aan/Uit-lampje en het lampje Doorgaan branden.
Het Aan/Uit-lampje en het lampje Doorgaan knipperen en een of
meer inktpatroonlampjes branden.
Betekenis van de lampjes van het bedieningspaneel
Uitleg en uit te
voeren handeling
De wagen van het
apparaat staat stil.
•
Open de bovenste
klep en verwijder
eventuele
obstakels (zoals
vastgelopen
afdrukmateriaal).
•
Druk op de knop
(Doorgaan) om
het afdrukken te
hervatten.
•
Als het probleem
aanhoudt, schakelt
u het apparaat uit
en dan weer aan.
Het papier is op.
Plaats papier en druk
op de knop
(Doorgaan).
Een van de kleppen is
niet goed gesloten.
Controleer of alle
kleppen zijn gesloten.
Het toegangspaneel
aan de achterkant of
de duplexeenheid
ontbreekt of is niet
goed geplaatst.
Zorg dat het achterste
toegangspaneel of de
duplex-eenheid
volledig in de
achterkant van het
apparaat zijn geplaatst.
(Deze functies zijn
beschikbaar bij
sommige modellen)
De
houdbaarheidsdatum
van een of meer
77