4-4 Werken met de grondbediening
De
bediening
van
stabilisatiesteunen/giek worden onderdeel van de grondbediening beschouwd. De
grondbediening wordt doorgaans gemonteerd op panelen op de achterbumper van het
voertuig of onder de laadvloer wanneer er op het chassis is gemonteerd. Bij
bestelwagens worden de kleppen doorgaans gemonteerd op het steunstuk van de
montage. De locatie van de montage kan variëren en de installatiehandleiding bevat de
richtlijnen. Beschrijvingen en gebruiksprocedures voor deze bedieningen worden
hieronder gegeven.
GEBRUIK VAN DE STABILISATIESTEUNEN – De stabilisatiesteunen (indien
aanwezig) dienen voor een maximale stabiliteit van de hoogwerker altijd uitgetrokken te
zijn.
De
grondbediening
stabilisatiesteunkleppen, plus de middelen om deze te activeren. De selectiebediening,
indien aanwezig, is een solenoïde klep en de bediening van de stabilisatiesteunen is
een veergeladen hendel op handbediende kleppen of elektrisch bediende apparaten
voor de elektrisch gestarte regelkleppen. Als de regelkleppen van de stabilisatiesteunen
handbediend zijn, is een sleutelschakelaar nodig om de selectieklep te positioneren als
deze normaliter automatisch is voor de elektrisch gestarte regelkleppen van de
stabilisatiesteunen.
De sleutelschakelaar staat op bediening stabilisatiesteunen of bediening giek. In de
neutrale of gecentreerde positie keert olie terug naar het reservoir en werkt geen van
beide bedieningen. Een veergeladen regelklephendel of alternatieve elektrische
schakelaar laat elke stabilisatiesteun stijgen of zakken. De bediening keert terug naar
de neutrale of gecentreerde positie als deze losgelaten wordt. Elke regelklep van
stabilisatiesteunen bedient één stabilisatiesteun. De regelklep van de stabilisatiesteun
moet zich bevinden op een plaats waar de bestuurder de stabilisatiesteunen kan zien
stijgen en zakken wanneer de regelklep of schakelaar wordt geactiveerd.
VERGRENDELINGSSYSTEEM
vergrendelingssysteem van de stabilisatiesteun/giek voorkomt bedienen van de
hoogwerker
voordat
vergrendelingssysteem voorkomt verder dat de stabilisatiesteunen worden ingetrokken
voordat de gieken goed zijn ingeklapt. Deze functie is vooral handig om te voorkomen
dat onbevoegd personeel met de stabilisatiesteunen knoeit terwijl de bestuurder zich op
het platform bevindt.
ASVERGRENDELING – Bepaalde voertuigen zijn voorzien van een asvergrendeling
(doorgaans op de achterste as) als aanvulling op of ter vervanging van
stabilisatiesteunen. De locatie van de bediening van de asvergrendeling kan variëren,
net als bij de bediening van de stabilisatiesteunen. Als de asvergrendeling echter wordt
gestart vanuit de solenoïde kleppen, dan vindt dit automatisch tegelijkertijd plaats met
het
inschakelen
bedieningspaneel.
VERGRENDELINGSSYSTEEM
vergrendelingssysteem van de asvergrendeling/giek voorkomt bedienen van de
hoogwerker totdat de asvergrendeling is ingeschakeld. Het voorkomt ook het
uitschakelen van de asvergrendeling voordat de hoogwerker is ingetrokken.
de
stabilisatiesteunen
bestaat
de
stabilisatiesteunen
van
de
PTO
of
en
de
uit
een
STABILISATIESTEUN/GIEK
goed
door
regelapparatuur
STABILISATIESTEUN/GIEK
4-4-1
vergrendeling
bedieningsselectieklep
–
zijn
uitgestrekt.
op
het
–
van
de
en
Het
Het
bovenste
Het