Filters
Controleer volgende filters:
• op de voedingsleiding 1) • in de pomp 2) • aan de verstuiver 3),
reinig of vervang deze.
Zuig met een aparte pomp water en ander afgezet vuil van de
bodem van het reservoir als in de pomp roest of ander vuil
aanwezig is (Afb. 35).
Branderkop
Ga na of er geen delen van de branderkop beschadigd zijn,
vervormd door hoge temperaturen, of er zich geen vuil heeft
vastgezet en of alle delen nog op de juiste plaats zitten.
Verstuiver
Er wordt aanbevolen de verstuivers jaarlijks te vervangen,
tijdens het periodieke onderhoud.
Reinig de opening van de verstuivers niet.
Vlamsensor
Verwijder eventueel stof van het raampje. Trek de vlamsensor 1)
uit om deze te verwijderen (Afb. 36).
Vlamkijkvenster
Reinig het venster (Afb. 37).
Flexibele leidingen
Controleer of deze in goede staat verkeren.
Tank
Zuig om de 5 jaar, of indien dit nodig is, met een afzonderlijke
pomp het water en vuiltjes uit die zich op de bodem van de tank
vastgezet hebben.
Brander
Controleer of de schroeven goed geblokkeerd zijn.
Vlambewaking
Controleer het vlamdetectieniveau met de functie "Check mode"
van de vlamregelaar: de LED's 2 tot 6 geven de respectievelijk
vlamsignaalniveau's aan. "LED-indicator en speciale functie" op
pag. 32.
Check Mode
Met brandende vlam van de brander:
houd minimaal 3 seconden de knop voor het resetten van de
vlamregelaar ingedrukt;
de kleur van de knop verandert van groen naar geel;
alle LED's die de bedrijfstoestanden aangeven, worden
vergeleken met 20% van de maximale intensiteit;
druk de resetknop (<0,5sec) verder in om de signaal-LED's
weer normaal te laten werken.
Eventuele vervanging van de pomp en/of de koppelingen
Respecteer bij de montage de richtlijnen van figuur (Afb. 38).
20166445
Onderhoud
D1108
30
NL
D707
Afb. 35
D1232
Afb. 36
D709
Afb. 37
Afb. 38