Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inbedrijfstelling, Ijking En Werking Van De Brander; Aantekeningen Over De Veiligheid Bij De Eerste Inbedrijfstelling; Ontsteking Van De Brander; Werking - Riello RL 70/M Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Stookoliebranders
Inhoudsopgave

Advertenties

7

Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander

7.1

Aantekeningen over de veiligheid bij de eerste inbedrijfstelling

De eerste inbedrijfstelling van de brander moet
uitgevoerd worden door bevoegd personeel
volgens de uitleg in deze handleiding en conform
de van kracht zijnde normen en wetsbepalingen.
LET OP
7.2

Ontsteking van de brander

Sluit de afstandsbedieningen en zet de schakelaar 1)(Afb. 27) in
de positie "MAN".
Na de ontsteking moet de brander volledig afgesteld worden.
Breng schakelaar 1)(Afb. 27) in stand "AAN".
Bij de eerste ontsteking, bij de overgang van 1° naar 2°
vlamgang, daalt de druk van de brandstof tijdelijk terwijl de leiding
van de 2° verstuiver met brandstof wordt gevuld. Deze drukdaling
kan de brander soms stil doen vallen, wat soms gepaard gaat
met onregelmatige stoten.
Zodra de regelingen die volgen uitgevoerd zijn, moet de brander
bij de ontsteking een geluid voortbrengen dat lijkt op dat van de
werking. Indien u echter onregelmatige stoten waarneemt of een
vertraagde
ontsteking
elektromagnetische ventiel, raadpleeg dan de tips op pag. 34.
7.3

Werking

Om een optimale afstelling van de brander te verkrijgen, moeten
de verbrandingsgassen geanalyseerd worden op de uitgang van
de ketel.
De reeds uitgevoerde regelingen die gewoonlijk niet moeten
gewijzigd worden, zijn de volgende:
 Branderkop
 Servomotor, nokken I - II - IV - V
De volgende regelingen moeten achtereenvolgens uitgevoerd
worden:
1
MAX vermogen brander;
2
MIN vermogen brander;
3
Tussenliggende vermogens.
1 - MAX Vermogen
Het maximum vermogen moet gekozen worden binnen het
werkingsveld dat wordt aangeduid op pag. 9.
In de voorafgaande beschrijving hebben we de brander
aangelaten, functionerend aan het MIN. vermogen. Druk op de
knop 2)(Afb. 27) "+" en houd deze ingedrukt tot de servomotor de
waarde 130° bereikt.
Regeling debiet verstuiver
Het debiet van de verstuiver varieert op basis van de druk van de
stookolie op de terugloop van de verstuiver zelf.
Het diagram (Afb. 28) duidt deze relatie aan voor verstuivers
Bergonzo type A3 en A4 met druk in toevoer pomp van 20 bar.
Diagram:
Horizontale as
: bar, druk terugloop verstuiver
Verticale as
: kg/u, debiet verstuiver
20166445
Inbedrijfstelling, ijking en werking van de brander
t.o.v.
de
opening
van
Controleer of de mechanismen voor regeling,
bediening en veiligheid correct functioneren.
LET OP
het
OPMERKING:
met een druk in de toevoer van de pomp van 20 bar mag de
druk op de terugloop van de verstuiver niet meer dan 17 bar
bedragen.
Het drukverschil tussen de toevoer van de pomp en de
terugloop van de verstuiver moet minstens 3 bar bedragen.
Met kleinere drukverschillen kan het zijn dat de druk op de
terugloop van de verstuiver instabiel is.
24
NL
1
2
D791
D1228
Druk terugloop
Afb. 27
Afb. 28

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave