Menu-Item H; Het Afzuigsysteem Configureren; Menu-Item J: Ft Y Ss P; Filtertype Selecteren (Alleen Bij Recirculatie) - bora Classic 2.0 Bedieningshandleiding
Kookveldafzuiging en kookvelden
Verberg thumbnails
Zie ook voor Classic 2.0:
- Bedieningshandleiding (56 pagina's) ,
- Montagehandleiding (36 pagina's) ,
- Montagehandleiding (36 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
NL
Uitgebreid menu
i
Op de website van BORA vindt u een videohandleiding
aangaande de basisconfiguratie.
Scan de QR-code of ga naar deze link:
www.bora.com/service/configuration-classic-2-0
Basisconfiguratie starten
Druk op het rood knipperende motorsymbool
X
X
Het menu wordt opgeroepen en het eerste menu-item van de
O
X
basisconfiguratie wordt weergegeven (menu-item H).
Leg de instellingen vast.
X
X
7.1.5 Menu-item H:
het afzuigsysteem configureren
i
De bedrijfsmodus van het afzuigsysteem moet worden
ingesteld.
U kunt kiezen uit twee bedrijfsmodi:
Luchtafvoersysteem (
C
O
X
Recirculatiesysteem (
0 t
O
X
Afb. 7.6
Configuratie displays luchtafvoersysteem
Selecteer de juiste bedrijfsmodus (raak het overeenkomstige
X
X
slidersegment aan
).
Bevestig en sla de instelling.
X
X
7.1.6 Menu-item J:
filtertype selecteren (alleen bij
recirculatie)
i
Menu-item J zal alleen verschijnen als u tijdens de
configuratie van het afzuigsysteem de bedrijfsmodus
„Recirculatiesysteem" hebt gekozen.
Het geïnstalleerde filtertype moet worden gedefinieerd.
U heeft de keuze uit twee verschillende filters:
Filtertype 1 (
)= BORA luchtreinigingsbox ULBF (of
F 1
O
X
producten van derden met een standtijd van 300 uur)
Filtertype 2 (
) = BORA luchtreinigingsbox ULB3X (of
F 3
O
X
producten van derden met een standtijd van 600 uur)
46
A
)
c
)
F t Y ß p
Afb. 7.7
Display filtertype selecteren
Selecteer het geïnstalleerde filtertype (raak het
X
X
overeenkomstige slidersegment aan
Bevestig en sla de instelling.
X
X
7.1.7 Menu-item L:
F An
motorconfiguratie
i
Bij de motorconfiguratie worden het geïnstalleerde
motortype en het aantal motoren automatisch door
het systeem gedetecteerd en wordt de configuratie
dienovereenkomstig uitgevoerd. Bij de eerste
ingebruikneming moet de monteur controleren of de
motordetectie correct is uitgevoerd.
Motorconfiguratie starten
Afb. 7.8
Display motorconfiguratie starten
Raak de schuifregelaar aan
X
X
De motorconfiguratie wordt gestart.
O
X
Tijdens de motorconfiguratie worden de schuifregelaar en het
O
X
motorsymbool knipperend weergegeven.
i
Zodra de motorconfiguratie is voltooid, stopt het display
met knipperen.
).
www.bora.com
Advertenties
Inhoudsopgave
