Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Touchbediening - bora Classic 2.0 Bedieningshandleiding

Kookveldafzuiging en kookvelden
Verberg thumbnails Zie ook voor Classic 2.0:
Inhoudsopgave

Advertenties

NL
Bediening
i
Gebruik alleen kookgerei waarvan de diameter de
aanbevolen afmetingen (zie hoofdstuk Beschrijving
van het apparaat, „Geschikt kookgerei") niet onder- of
overschrijdt. Als de diameter te groot is, kunnen warme
uitlaatgassen en vlammen, die onder de bodem naar
buiten stromen, het werkblad of een niet-hittebestendige
wand, bijv. een paneelwand, en delen van het kookveld
en de kookveldafzuiging beschadigen. BORA is niet
aansprakelijk voor dergelijke schade.
i
Gebruik het gaskookveld nooit gedurende een langere
periode (> 5 min) zonder kookgerei en in combinatie met
de kookveldafzuiging. Hierdoor ontstaan er immers zeer
hoge temperaturen en kunnen het gaskookveld en de
luchtgeleidende componenten van de kookveldafzuiging
beschadigd raken.
i
De vlamtoppen moeten onder de bodem van de
kookpot blijven. Uitslaande vlamtoppen geven onnodige
warmte af aan de lucht, kunnen kookpothandgrepen
en luchtgeleidende componenten (kookveldafzuiging)
beschadigen en vergroten het risico op brandwonden.
Bovendien is het buitenste deel van de gasvlam veel heter
dan de kern van de vlam.
i
Bescherm uw handen met ovenwanten of pannenlappen
tijdens alle werkzaamheden aan het hete apparaat.
Gebruik alleen droge wanten of pannenlappen. Nat
of vochtig textiel geleidt de warmte beter en kan
verbranding door damp veroorzaken. Zorg ervoor dat het
textiel niet in de buurt van de vlammen komt. Gebruik
geen te grote lappen, vaatdoeken enz.
i
Vetspatten en andere brandbare (voedsel)resten op het
kookveld kunnen ontbranden. Verwijder deze zo snel
mogelijk.
Plaats geen kookgerei met een oneffen bodem op de
X
X
pannendrager.
Verhit nooit kookgerei zonder inhoud.
X
X
Zet het kookgerei altijd op de meegeleverde pannendrager.
X
X
Het kookgerei mag niet rechtstreeks op de brander worden
gezet.
Gebruik geen braadsleden, pannen of grillstenen die zo groot
X
X
zijn dat ze meerdere branders bedekken. De hitte die hierdoor
ontstaat, kan schade toebrengen aan het kookveld.
Zorg ervoor dat de branderonderdelen en pannendrager
X
X
correct zijn geplaatst.
Steek het gaskookveld enkel aan als alle branderonderdelen
X
X
correct zijn gemonteerd.
Zorg ervoor dat de brandervlam niet van onder de bodem van
X
X
het kookgerei uit komt en niet langs de buitenkant van het
kookgerei omhoogslaat.
Bewaar geen licht ontvlambare voorwerpen in de buurt van
X
X
het kookveld.
28
Voor een maximaal vermogen bij een minimaal gasverbruik
raden wij het volgende aan:
Gebruik kookgerei waarvan de bodem de vlam volledig afdekt
X
X
en waar de vlam niet onderuit komt.
Gebruik voor elke gasbrander geschikte kookpotten.
X
X
Plaats het kookgerei in het midden van het gaskookveld.
X
X
Zodra de inhoud van de kookpot kookt, zet u de gasbrander
X
X
op een lager vermogensniveau (kleine vlam).
Pas het afzuigvermogen van de kookveldafzuiging aan het
X
X
vermogensniveau van het gaskookveld aan.
Gebruik van het gaskookveld met kookveldafzuiging
Als het gaskookveld in combinatie met een kookveldafzuiging
wordt gebruikt, kan de trek de gasvlam beïnvloeden.
Stel het vermogensniveau van de kookveldafzuiging niet
X
X
te hoog in wanneer u voor het gaskookveld een laag
vermogensniveau hebt ingesteld.
Verminder zo nodig het vermogensniveau van de
X
X
kookveldafzuiging bij het ontsteken van het gaskookveld.
Gebruik alleen kookgerei op het gaskookveld. De gasvlam
X
X
wordt afgeschermd tegen de trek van de kookveldafzuiging
door de geometrie van de pannendrager en het kookgerei.
Verminder zo nodig het vermogensniveau van de
X
X
kookveldafzuiging voor een betere warmtetoevoer en
-verdeling.
i
Vlammen kunnen het vetfilter van de kookveldafzuiging
en de luchtgeleidende componenten in brand
steken of beschadigen. Flambeer nooit wanneer de
kookveldafzuiging in werking is.
i
De prestaties van het gaskookveld (bijv. opwarmtijden,
rendement enz.) worden beïnvloed door de
kookveldafzuiging.
De kookveldafzuiging beïnvloedt ook de warmtetoevoer
en -verdeling.
i
Bij gebruik met recirculatie beïnvloedt de teruggevoerde
recirculatielucht het gaskookveld.
Dooft de gasvlam, treedt er een grotere verschuiving
van de vlammen op en/of is het vlambeeld niet correct
(bijv. roetvorming, vlamterugslag enz.), dan moet de
terugstroomopening worden vergroot.
5.2

Touchbediening

i
Het systeem herkent 3 verschillende aanraakopdrachten.
Het maakt een onderscheid tussen korte aanrakingen
(Touch), langere aanrakingen (Long-Press) en verticale
schuifbewegingen met de vinger (Slide).
Aanraakopdracht
Touch (korte aanraking)
Long-Press (lange aanraking) Toetsen + slider
Slide (verticale beweging)
Tab. 5.1
Touchbediening
Als de aanraakopdrachten niet of niet betrouwbaar werken, moet
het volgende in acht worden genomen:
Van toepassing op Tijdsduur
(contact)
Toetsen + slider
0,065 – 0,95 s
1 – 8 s
Slider
0,15 – 8 s
www.bora.com

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave