7.1 Veiligheidsinstructies
7.2 Elementen van de elektrische installatie
41
7. Elektrische installaties
De elektrische installatie in Hobby-caravans is uitgevoerd over-
eenkomstig de geldende voorschriften en normen.
Let op het volgende
• Zorg ervoor dat de veiligheidsinstructies resp. risico-
waarschuwingen in de vorm van aanwijsbordjes op
elektrische onderdelen niet worden verwijderd.
• De installatieruimten in de buurt van elektrische
inbouwapparaten als zekeringverdeelkasten, stroom-
voorzieningen enz. mogen niet worden gebruikt als
extra bergruimte.
• Roken en open vuur zijn verboden tijdens de controle
van elektrische installaties.
• Ondeskundige ingrepen in de elektrische installatie
van het voertuig kunnen een gevaar vormen voor het
eigen leven en voor dat van anderen.
• De caravan is niet uitgerust voor een stroomvoorzie-
ning d.m.v. accu (Autark). Gebruik voor de aansluiting
op het externe 230V-net uitsluitend een weerbesten-
dig, drieaderig verlengsnoer met een CEE-stekker en
een koppeling.
• Voor een veilig gebruik van de 12V-apparaten tijdens
het rijden (bijv. koelbox etc.) moet er voor worden
gezorgd dat het trekkende voertuig voldoende span-
ning levert. Bij sommige trekkende voertuigen kan
het gebeuren dat het accubeheer van het voertuig
apparaten uitschakelt om de accu te beschermen.
Vraag hierover zo nodig meer informatie aan de
fabrikant van het trekkende voertuig.
Adviezen en controle
Belangrijk
• De elektrische installatie van de caravan moet bij voorkeur mini-
maal eens per drie jaar – en als de caravan vaak wordt gebruikt elk
jaar – worden nagekeken en gecontroleerd door een elektrotech-
nicus. Dit zou een rapport moeten uitbrengen over de staat.
• Eventuele veranderingen aan de elektrische installatie mogen uits-
luitend worden uitgevoerd door deskundig personeel.
• Koppel zo nodig de accu los en schakel de 230V stroomvoorzie-
ning uit voordat u onderhoudswerkzaamheden gaat uitvoeren.
230V-veiligheidsschakelaar met aardlekschakelaar
De 230V-hoofdschakelaar voorziet de 230V-apparaten van
stroom en zekert ze.
• Zet de 230V-veiligheidsschakelaar op '0' (OFF) om de 230V-
stroomvoorziening in de gehele installatie uit te schakelen.
Zekeringen
• Vervang een defecte zekering pas nadat de oorzaak van de sto-
ring door een erkend bedrijf is gevonden en verholpen.
• De nieuwe zekering moet dezelfde amperage hebben als de ver-
wijderde.