Pagina 1
Gebruiksaanwijzing Camper VAN, VAN Exclusive, Siesta, Siesta Exclusive Version 03/2011...
Pagina 2
Inleiding Beste camperbezitter, Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw nieuwe HOBBY camper. Het in ons gestelde vertrouwen is voor ons aanleiding ernaar te streven onze campers voortdurend te verbeteren, met nieuwe ideeën, technische innovaties en subtiele details. Met compleet uitgeruste en geperfectioneerde modellen willen wij optimale voorwaarden creëren om te kunnen genieten...
00-1 Inleiding Profieldiepte ............04-2 Hoofdstuk 1: Inleiding Velgen ..............04-3 Algemeen ............... 01-1 Sneeuwkettingen ........... 04-3 Vóór het begin van de eerste rit ......01-1 Pechset ..............04-4 In deze handleiding gebruikte aanduidingen ..01-2 Wiel verwisseln ............04-7 Hoofdstuk 2: Veiligheid Remmen ..............
Pagina 4
Inleiding 00-2 6.12 Veiligheidsgordels in het woongedeelte ....06-28 10.3 Elektrische verwarming .......... 10-7 6.13 Overzicht van de zitplaatsen ........ 06-29 10.4 Standverwarming cabine ........10-8 6.14 Overzicht van de indeling overdag en ‘s nachts .. 06-32 10.5 Koelkast ..............10-9 10.6 Gastoestel ............
1.1 Algemeen Uw HOBBY camper is gebouwd volgens de modernste HOBBY geeft u via uw dealer 5 jaar garantie op dichtheid technische inzichten en met inachtneming van de erkende van de camper volgens de garantiebepalingen. Bij aankoop veiligheidstechnische voorschriften.
Inleiding 01-2 Neem de volgende aanwijzingen in acht alvorens het 1.3 In deze handleiding gebruikte aanduidingen voertuig in gebruik te nemen: • Controleer de bandenspanning. In deze handleiding wordt de camper op de volgende manier Zie hoofdstuk Bandenspanning aan u uitgelegd: •...
Inleiding 01-3 Handelingsinstructies Handelingsinstructies worden eveneens puntsgewijs weerge- geven, waarbij elke alinea wordt voorafgegaan door het teken (“•”). Aanwijzingen Aanwijzingen wijzen op belangrijke details die garanderen dat de camper en alle onderdelen naar behoren werken. Bedenk a.u.b. dat er op grond van verschillende uitvoerin- gen afwijkende beschrijvingen kunnen voorkomen.
02-1 Veiligheid Hoofdstuk 2: Veiligheid 2.2 Brandveiligheid Voorzorgsmaatregelen tegen brand 2.1 Algemeen • Laat geen kinderen zonder toezicht in de camper. • Houd brandbare materialen uit de buurt van alle verwar- • Zorg voor voldoende ventilatie. Dek ingebouwde ventila- mings– en kooktoestellen. tieroosters (dakluiken met ventilatierooster of dakventila- •...
02-2 Veiligheid 2.3 Verkeersveiligheid • Controleer voor het begin van de reis of de verlichting, de richtingaanwijzers, de stuurinrichting en de remmen goed functioneren. • Laat de remmen en de gasinstallatie door een erkend ga- ragebedrijf controleren als het voertuig langere tijd heeft stilgestaan (ca.
02-3 Veiligheid • Sluit de afvoerkraan van de vuilwatertank. • Bevestig de gasflessen. • Sluit alle kranen en snelsluitkleppen van de gasapparaten. • Klem de tafelbeveiliging vast. Een uitzondering vormen gaskranen voor verwarmingsap- • Sluit deuren (ook die van de koelkast), laden en kleppen goed af.
Veiligheid 02-4 Cabine Vergeet niet de volgende dingen: • Stel de binnen- en buitenspiegel en de zitpositie in. • Controleer de verlichting. Bovendien: • Controleer de bandenspanning. • Controleer vloeistoffen als olie, koelwater, remvloeistof en ruitenwisservloeistof, en vul deze zo nodig bij. •...
Pagina 13
02-5 Veiligheid • Zet deuren en kleppen vast. Veiligheid van de inzittenden • Controleer na belading het totaalgewicht en de asbelasting Tijdens de rit geldt: op een openbare weeginstallatie. • Alleen op plaatsen die zijn uitgerust met veiligheidsgordels, mogen personen zitten. Daklast (max.
02-6 Veiligheid Rijden Rijden door bochten Een camper raakt door zijn opbouwhoogte sneller aan het Maak vóór de eerste grote rit een proefrit om uzelf vertrouwd slingeren dan een personenauto. te maken met het rijgedrag van de camper. Oefen ook het achteruit rijden.
02-7 Veiligheid 2.6 Nooduitrusting Om goed op noodsituaties te zijn voorbereid, dient u de drie reddingsmiddelen steeds bij u te hebben en ermee vertrouwd te zijn. Verbanddoos De verbanddoos moet te allen tijde onder handbereik zijn en op een vaste plaats in de camper worden bewaard. Na gebruik van 100 m materialen uit de verbanddoos moet de inhoud ervan onmid- dellijk weer worden aangevuld.
Veiligheid 02-8 2.7 Na de rit Apparaten omschakelen Keuze staplaats Voor het omschakelen van de apparaten geldt: • Schakel de koelkast om van 12V op gas of 230V, omdat Voor de keuze van de staplaats geldt: de 12V-voorziening bij staande motor na korte tijd auto- •...
02-9 Veiligheid Energie besparen in de winter Op eenvoudige wijze kunt u in het woongedeelte energie be- sparen. Dit geldt vooral bij het verwarmen in de winter. M.b.t. energiebesparing geldt: • Doseer nauwkeurig de luchttoevoer en ontluchting in het voertuig resp. de verwarmingsklep. •...
1. Technisch toelaatbare maximummassa (TTM) De aanduiding van de technisch toelaatbare maximummassa Veranderingen mogen alleen worden doorgevoerd met vindt plaats volgens opgave van de Hobby caravanfabriek toestemming van de fabrikant. in samenwerking met de fabrikanten van de voorafgaande constructiefasen (FORD). Deze massa is vastgesteld op...
Pagina 20
Chassis 03-2 Siesta, Siesta Exclusive, Van Exclusive en Van Gewichtsverlaging T 650 ESC LE naar 3500 kg a) Vloeibaargasinstallatie Aantal ingebouwde gasregelaars: Gewicht van een 11 kg aluminium gasfles: Gewicht gasvulling voor 11 kg gasfles (90%): Totaal: 15,4 15,4 b) Vloeistoffen 200 l drinkwatertank (90%) 100 l drinkwatertank (90%) 10 l drinkwatertank (90%)
Pagina 21
03-3 Chassis 4. Laadvermogen 5. T 650 ESC LE met toelaatbare maximummassa 3500 kg Onder laadvermogen wordt verstaan het verschil tussen de Vóór elke rit moet het overloopventiel van de drinkwater- “technisch toelaatbare maximummassa” en “rijklaar gewicht”. tank worden geopend. Dit cijfer weerspiegelt het gewicht van de passagiers (con- ventionele belasting: 75 kg vermenigvuldigd met het aantal zitplaatsen –...
Chassis 03-4 3.3 Uitdraaisteunen Uitdraaisteunen inklappen • Ontspan de uitdraaisteunen met de kruk. • Draai met gelijkmatige bewegingen aan de kruk totdat de De optionele uitdraaisteunen bevinden zich aan de achterkant uitdraaisteun weer de horizontale uitgangspositie heeft op de onderstelverlenging van uw camper. bereikt.
03-5 Chassis 3.4 Opstapje Zorg er beslist voor dat het opstapje vóór het begin van elke rit wordt ingeschoven! Uw camper bezit een elektrisch opstapje Dit wordt bediend m.b.v. schakelaar binnen naast de toegangsdeur. Ga pas op het opstapje staan wanneer deze volledig is uitgeschoven! Let op de verschillende treehoogtes en zorg bij het uitstap- pen voor een vaste en egale ondergrond.
VIN zowel aangegeven op het typeplaatje van het basisvoer- komt. tuig als op het Hobby-typeplaatje (in de motorruimte vóór op Met de bedieningseenheid in de cabine wordt met de toets de steunbalk van de radiateur.
03-7 Chassis De optimale luchtdruk is bereikt als het voertuig horizontaal 3.7 Trekhaak staat. De minimumluchtdruk moet zo groot zijn dat de lucht- balg niet kan doorslaan. Bij een leeg voertuig bedraagt deze Uw camper is optioneel uitgerust met een trekhaak. De ma- waarde ca.
Chassis 03-8 3.8 Aanbouwelementen Registratie van accessoires in de kentekenpapieren • Laat aanbouwelementen monteren door uw HOBBY-dealer. • Rijd met uw camper naar een keuringsinstantie of tech- nische service (bijv. TÜV / DEKRA) voor een keuring. • De keuringsinstantie keurt de aanbouwelementen en maakt een keuringsrapport op.
4.1 Wielen Controleer tijdens de eerste rit met de camper na 50 km of Op uw HOBBY-camper zijn tubeless banden gemonteerd. In deze banden mogen absoluut geen binnenbanden worden de wielmoeren nog stevig vastzitten en draai ze zo nodig aan aangebracht! met een aanhaalmoment van 180 Nm voor 16”-velgen (staal...
Wielen, banden, remmen 04-2 Een te lage druk leidt tot oververhitting van de band. Dit kan leiden tot zware beschadiging van de band. De juiste bandenspanning kunt u vinden in de tabel in het hoofdstuk “Technische gegevens” resp. de gebruiksaan- wijzing van het basisvoertuig.
04-3 Wielen, banden, remmen 4.5 Velgen 4.6 Sneeuwkettingen Gebruik alleen de originele velgen. Als u andere velgen wilt gebruiken, moet u de volgende punten in acht nemen. Gebruik sneeuwkettingen uitsluitend op de vooras. Voor het gebruik van andere velgen geldt: Rijd niet sneller dan 50 km/h.
04-4 Wielen, banden, remmen 4.7 Pechset Schud de fles. Schroef de vulslang op de fles (hier- door wordt de folieafsluiting doorbroken). Maak geen gebruik van de bandenreparatieset als de band is beschadigd door het rijden zonder lucht. Kleine scheurtjes, vooral in het loopvlak van de band, kunnen met de bandenre- paratieset worden afgedicht.
Pagina 31
04-5 Wielen, banden, remmen Draai het ventieldopje van het bandventiel af. Verwijder de afsluitplug van de vulslang Draai het binnenventiel eruit met een ventieluitdraaier Schuif de vulslang op het bandventiel. . Leg het binnenventiel niet in zand of vuil. Houd de vulfles met de vulslang naar beneden en knijp erin.
Pagina 32
04-6 Wielen, banden, remmen Controleer na 10 minuten rijden de luchtdruk van de band. Als de luchtdruk onder deze minimumwaarde gezakt, mag niet meer worden doorgereden. Als de minimumwaarde nog wordt aangegeven , stel dan de bandenspanning bij volgens de bandenspanning- stabel in de gasfleskast.
04-7 Wielen, banden, remmen 4.8 Wiel verwisseln Plaats de krik alleen op de hiervoor bestemde krikpunten! Als de krik op andere plekken wordt geplaatst, kan dit leiden tot beschadigingen aan het voertuig of zelfs tot ongevallen door het wegglijden van het voertuig. De krik dient alleen voor het verwisselen van een wiel.
Wielen, banden, remmen 04-8 • Til het voertuig op totdat het wiel zich 2 tot 3 cm boven de 4.9 Remmen grond bevindt. • Verwijder de wielbouten en vervolgens het wiel. De onderdelen van de reminrichting maken deel uit van de •...
05-3 Opbouw buitenzijde 5.2 Luchttoevoer en ontluchting Voor de ventilatie geldt: Een goede luchttoevoer en ontluchting van de camper is een voorwaarde voor een aangenaam wooncomfort. In uw camper is een tochtvrije ventilatie geïntegreerd. De ontluchting vindt plaats via de dakluiken en mag niet worden belemmerd in zijn functioneren.
05-4 Opbouw buitenzijde Verwarming Bij zeer hoge buitentemperaturen is het raadzaam de ventilatieroosters te verwijderen. Daardoor wordt een De verwarming wordt van buitenaf voorzien van frisse lucht hogere luchtdoorvoer bij de koelkast bereikt en de koeling . Door deze ventilatieschuif wordt ook de afvoerlucht van versterkt.
05-5 Opbouw buitenzijde 5.3 Deuren en kleppen openen en sluiten Voertuigsleutel Met de camper worden de volgende sleutels geleverd: - twee sleutels, voor het openen van de volgende sloten van het basisvoertuig: - chauffeurs- en passagiersdeur en motorkapontgrendeling. Raadpleeg hiervoor a.u.b. de gebruiksaanwijzing van het basisvoertuig.
Pagina 40
05-6 Opbouw buitenzijde Toegangsdeur Sluiten • Trek de deur dicht totdat het slot vastklikt. Openen Vergrendelen • Draai de grendel naar beneden. • Draai de grendel naar boven. Zo kan de deur ook van binnen worden geopend als die De toegangsdeur is uw vluchtweg in noodgevallen. Blokkeer van buiten is afgesloten.
05-7 Opbouw buitenzijde Klep van de bergruimte Toiletluik Openen Openen • Open het slot met de sleutel. • Open het slot met de sleutel. • Duw het luik ter hoogte van het slot krachtig met de hand • Druk op beide knoppen en open het luik.
05-8 Opbouw buitenzijde Buitenaansluiting voor gas Optioneel kan de camper beschikken over een buitenaanslu- iting voor gas . Via deze aansluiting kunnen gasapparaten als gasbarbecue of gaslamp aan de buitenkant van de camper worden aangesloten op de gasvoorziening. Openen • Pak de klep bij het lipje en trek hem naar buiten open.
Pagina 43
05-9 Opbouw buitenzijde Watervuldop Tankdop Openen De tankdop bevindt zich achter de bestuurdersdeur in het • Open het slot met de sleutel. onderste gedeelte van de B-zuil achter een klep. • Draai het deksel krachtig open en verwijder hem. Openen •...
05-10 Opbouw buitenzijde • Houd bij belading rekening met de maximaal toelaatbare asbelasting. • Tel de hoogte van de daklast op bij de hoogte van de cam- per. • Breng in de cabine een aantekening met de totale hoogte goed zichtbaar aan. Dan hoeft u bij bruggen en viaducten niet meer te rekenen.
05-11 Opbouw buitenzijde 5.5 Fietsendrager De maximaal toelaatbare belasting van de fietsendrager bedraagt 50 kg (deels geïntegreerde modellen) resp. 60 kg Het rijgedrag van de voertuigcombinatie verandert aanzienlijk (alkoof). met een beladen fietsendrager. Pas de rijsnelheid aan deze omstandigheden aan: 5.6 Lastdrager •...
05-12 Opbouw buitenzijde • Het maximale draagvermogen bedraagt 130 kg. • De toelaatbare achterasbelasting mag in geen geval worden overschreden. • door het bagagerek wordt de achterste hellinghoek van het voertuig kleiner. Bij het rijden op een oneffen onder- grond kan het voorkomen dat het rek de grond raakt. •...
Pagina 47
05-13 Opbouw buitenzijde Uitdraaien • Steek de haak van de draaihendel in het oog van de aandrij- finrichting. • Houd de draaihendel met één hand aan de bovenste en met de andere hand aan de onderste draaigreep vast. Trek tijdens het uitdraaien de draaihendel enigszins naar u toe en houd hem zo mogelijk verticaal ten opzichte van het oog van de aandrijfinrichting.
06-1 Opbouw binnenzijde Hoofdstuk 6: Opbouw binnenzijde 6.1 Deuren en kleppen openen en sluiten Bergruimten en keukenbovenkasten Openen • Druk op toets voor het ontgrendelen van de klep. zum Entriegeln der Klappe drücken. • Trek aan de greep totdat de klep is geopend. Sluiten • Pak de klep bij de greep en duw hem dicht totdat de slui- ting hoorbaar vastklikt.
Opbouw binnenzijde 06-2 Bergruimten aan voorzijde Meubeldeuren met klink Openen Deur wasruimte • Trek aan de greep en draai de klep naar boven open. • Druk de klink naar beneden om de deur te openen en slui- ten. Sluiten • Duw de klep bij de greep dicht totdat de hij hoorbaar sluit. Berg in de bovenste bergruimten uitsluitend lichte voor- werpen op.
06-3 Opbouw binnenzijde Keukenlade Meubeldeuren met draaiknop Openen Kledingkast • Druk op knop om de lade te ontgrendelen. • Trek aan de greep totdat de lade is geopend. • Draai aan de knop om de deur te openen of te sluiten. Sluiten • Pak de lade bij de greep en duw hem dicht totdat de lade hoorbaar sluit en vastklikt.
Opbouw binnenzijde 06-4 Deuren met drukvergrendeling Deuren met pushlock Openen Afvalkast, keukenonderkast • Druk kort op de deurgreep totdat de deur openspringt. • Trek de deur open. Openen • Druk op de pushlock totdat de knop naar buiten springt. • Trek voorzichtig aan de knop en open de deur. Sluiten • Druk de deur bij de greep dicht totdat hij weer vastklikt. Sluiten • Duw de deur bij de knop dicht. • Druk op de pushlock totdat de knop vastklikt en de deur is vastgezet.
06-5 Opbouw binnenzijde Bar bij toegangsdeur (afhankelijk van het model) Roldeuren Openen Kast onder bed, deur wasruimte • Trek aan de greep en draai de deur open. Openen Sluiten • Pak roldeuren bij het tussenstuk vast en schuif ze naar • Duw de klep bij de greep dicht totdat de hij hoorbaar sluit. buiten. Sluiten • Pak deuren vast bij het tussenstuk en schuif ze dicht tot- dat ze in het midden goed aansluiten.
Opbouw binnenzijde 06-6 6.2 TV-houder voor plat beeldscherm Druk de metalen rail in om deze te ontgrendelen. Schuif vervolgens de TV-houder uit. 230V-contactdozen en de an- tenne-aansluiting voor TV of ontvanger bevinden zich vlakbij. Zet de TV-houder vóór elke rit vast.
06-7 Opbouw binnenzijde Tafel neerlaten Trek het tafelblad er naar boven toe af Draai het tafelblad los 6.3 Tafels Trek de tafelzuil eruit Zuiltafel Zet het tafelblad nu weer op De zuiltafel kan in neergelaten toestand tevens als bedonder- de tafelpoot bouw worden gebruikt. Bevestig het tafelblad Laten zakken weer • Zet het draaimechanisme van het tafelblad vast door de gekartelde knop stevig vast te draaien. • Trek het tafelblad er verticaal naar boven uit. • Trek het middenstuk van de zuil uit de poot en leg hem terzijde. • Plaats het tafelblad op de poot...
Pagina 56
Opbouw binnenzijde 06-8 Hangtafel Aanwijzingen De hangtafel kan in neergelaten toestand als bedonderbouw • Voor een betere doorgang naar de cabine kan een lange zijde van de tafel met behulp van een aan de onderkant worden gebruikt. bevestigde grendel naar beneden worden geklapt. Laten zakken • Bij de tafelzuil van model T 600 FC is het mogelijk om • Klap het uitdraaibare onderste tafelblad volledig in en – door aan de onderkant aan beugel trekken – het ta- zet hem vast met de borgpen felblad enigszins te verschuiven en zo een doorgang naar • Til het tafelblad aan de voorzijde ca. 30° op. de cabine te creëren. • Trek het onderste deel van de tafelpoot er naar beneden uit en leg hem terzijde. • Trek het tafelblad uit de bovenste wandhouder • Til het tafelblad aan de voorzijde op in een hoek van onge- veer 30° en haak het in de onderste wandhouder...
06-9 Opbouw binnenzijde • Zet het tafelblad aan de voorkant op de grond met de inge- Tafelverlenging korte steunvoet • Draai aan de draaiknop onder de tafel totdat de tafel Uitklappen los zit. • Trek aan de borgpen • Til de tafel enigszins op en trek hem zover uit dat het ver- • Draai het onderste tafelblad in de gewenste positie. lengstuk volledig zichtbaar is. • Klap het verlengstuk in de richting van de zijwand om- hoog.
Opbouw binnenzijde 06-10 • Schuif de tafel in de richting van het verlengstuk en steek Keukenverlenging hem in de daarvoor bestemde openingen. • Klap het sluitmechanisme omhoog en trek hem terug. • Klap de verlengsteun uit. • Klap de keukenverlenging omlaag.
06-11 Opbouw binnenzijde 06-12 6.4 Bedombouw Verlaging tafel middelste zitgroep De zitgroepen kunnen worden omgebouwd tot comfortabele bedden. • Schuif de schakelaar op de tafelpoot naar boven. Ombouw • Klap de onderste tafelpoot in totdat hij hoorbaar vastklikt. • Verwijder zit- en rugkussens. • Maak de tafel los en klik hem weer vast aan de onderste • Laat de tafel zakken. bevestiging. • Draai de vergrendeling van de bedverbreding los. • Leg het buitenste blad van de bedverbreding op de vloer. • Til het binnenste blad ca. 15° boven de horizontale positie • Zet het buitenste blad in een hoek van ongeveer 45° ter ondersteuning onder het binnenste blad vast. • Leg de kussens neer volgens de indeling aangegeven op onderstaande tekeningen...
Pagina 60
Opbouw binnenzijde 06-12 Dwarse zitbank ombouwen Om de extra slaapgelegenheid aan de voorzijde te kunnen gebruiken moet de dwarse zitbank worden omgebouwd. Ombouw • Verwijder zit- en rugkussens. • Laat de hangtafel zakken. • Klap de plaat 180° naar voren om en leg hem op de hang- tafel.
06-17 Opbouw binnenzijde Bedverbreding Inschuifbaar bed Bij het model Van Exclusive L kunnen de twee eenpersoons- • Haal het matras uit de lattenbodem. Trek de lattenbodem er uit en leg het matras c.q. de matrassen neer. bedden boven de garageruimte achterin met behulp van een uitklapbare extra plank worden verbreed resp. met elkaar worden verbonden. • Open de klep onder de extra plank en pak het trapje. • Klap de extra plank naar voren om en klik het trapje in de daarvoor bestemde gaten stevig vast. • Leg de twee extra kussens op de planken.
Opbouw binnenzijde 06-18 6.6 Alkoof /F-bed achter, dwars De alkoofbodem kan voor een aangenamere zitpositie hy- draulisch omhoog worden geklapt. Daarvoor wordt hij met behulp van de gemonteerde greep omhoog geduwd resp. Ouders dienen erop toe te zien dat kleine kinderen niet uit de omlaag getrokken. bovenste bedden vallen. Als kleine kinderen zich in de alkoof, het bovenste kinderbed of in het verhoogde achterbed bevin- Denk bij gebruik van het bovenste bed door kleine kinderen den, moeten de aanwezige veiligheidsnetten worden opge- aan het risico van vallen! trokken en in de houders worden gehangen om te voorkomen dat er kinderen naar buiten vallen.
06-19 Opbouw binnenzijde Trapje garagebed/alkoof Bedladder inklapbaar • Haak het trapje vast aan de daarvoor bestemde greep. • Open de deur met pushlock. • Let erop dat het trapje niet kan gaan schuiven. • Schuif de bedladder uit over de railgeleider, traptreden klappen tegelijkertijd uit in de juiste positie.
Opbouw binnenzijde 06-20 6.7 Ramen Zonne- en insectenrolgordijn Zonne- en insectenrolgordijnen zijn in het raamkozijn geïnte- Uitzetraam met raamuitzetters greerd en kunnen afzonderlijk van elkaar worden bediend. Openen Insectenhor • Draai de grendel in verticale stand door de knop ingedrukt Sluiten te houden. • Trek het verbindingslipje omlaag totdat het rolgordijn hoor- • Duw het raam naar buiten totdat er een klik hoorbaar is. Het baar vastklikt. raam blijft automatisch in deze stand staan. Er zijn meerdere standen instelbaar. Openen • Trek het rolgordijn aan het verbindingslipje even voorzich- Sluiten tig omlaag totdat het rolgordijn losspringt. • Til het raam licht op zodat de uitzetter losspringt. • Laat de insectenhor langzaam naar boven glijden. • Klap het raam dicht. • Draai de grendel in horizontale stand.
Pagina 69
06-21 Opbouw binnenzijde Dakraam Zonnerolgordijn Sluiten Het dakraam kan niet worden geopend. Het beschikt over • Zet het zonnerolgordijn langzaam en gelijkmatig in de een geïntegreerd verduisteringsrolgordijn dat desgewenst kan gewenste stand. worden gesloten door eraan te trekken. Openen • Schuif het rolgordijn langzaam en gelijkmatig omhoog.
Opbouw binnenzijde 06-22 6.8 Verduisteringssysteem voor cabine Frontsysteem • Schuif de vergrendelingen naar buiten om het sluitme- Het verduisteringsgordijn mag uitsluitend worden uitgetrokken chanisme te openen. als het voertuig stilstaat en de motor is uitgeschakeld. Vóór het • Breng de beide greeplijsten in het midden samen. Ma- begin van een rit moet het systeem volledig worden samenge- gneetsluiting vergrendelt automatisch. vouwen en vergrendeld. Zijsysteem Als de camper niet wordt gebruikt moet het verduisteringssys- teem worden ingeklapt, omdat dit anders door warmte-inwer- • Trek de greeplijst tot aan de aanslaglijst. Magneetsluiting king en UV-straling permanent beschadigd raakt. vergrendelt automatisch. Het verduisteringssysteem mag nooit tijdens de rit worden gebruikt als zonnegordijn of worden gesloten.
06-23 Opbouw binnenzijde 6.9 Dakluik opbouw Veiligheidsaanwijzingen - Open het dakluik niet als het hard waait, regent, hagelt enz., of bij buitentemperaturen onder 20°C! - Verwijder sneeuw, ijs of vuil voordat u het dakluik opent. Houd rekening met de ruimte die het geopende daklu- ik inneemt als u het onder een boom of in een garage opent. - Ga niet op het dakluik staan. - Sluit en vergrendel het dakluik vóór het begin van iedere rit. Open insectenrolgordijn en plooigordijn (ruststand). Klein dakluik - Sluit bij sterke zonneschijn de verduistering slechts voor ¾ deel, omdat anders gevaar voor oververhitting dreigt. Openen Voordat u het luik opent, dient u zich ervan te vergewissen De ventilatieopeningen van de luchtroosters dat er boven de caravan voldoende ruimte is voor het luik moeten steeds open blijven. Luchtroosters nooit in geopende toestand. sluiten of afdekken! • Het dakluik kan tegen de rijrichting in worden opengezet in Vergewis u er vóór het begin van elke rit van dat het daklu-...
Pagina 72
Opbouw binnenzijde 06-24 Verduisteringsrolgordijn Trek het rolgordijn aan de onderste greeplijst omlaag tot in de gewenste positie of tot de sluiting inklikt in de greeplijst van het insectenrolgordijn. Insectenhor Schuif de greeplijst van de insectenhor en tegen de greeplijst van het verduisteringsrolgordijn totdat ze vastklikken. Groot dakluik Openen • Klap de draaihendel in de gebruikspositie. Door met de wijzers van de klok aan de hendel te draaien kunt u nu het luik openen tot de gewenste positie. Bij het bereiken van de max. openingshoek van 60° voelt u weerstand. Sluiten • Draai de draaihendel tegen de wijzers van de klok in totdat het luik is gesloten en u weerstand voelt. In gesloten positie kan de draaihendel weer in de uitsparing klappen. Voor een veilige vergrendeling moet de draaihendel in de uitsparing geklapt zijn. Controleer de vergrendeling door met de hand tegen het glas te drukken.
06-25 Opbouw binnenzijde Dakluik rond 6.10 Zittingen in de cabine Openen Aanwijzingen m.b.t. de bediening kunt u vinden in de • Trek alle drie de vergrendelingen aan de onderkant in gebruiksaanwijzing van het basisvoertuig. de richting van het midden van het raam en draai ze los. • Duw het dakluik tot aan de aanslag over het gehele op- • Zet de draaistoelen vóór elke rit vast in de rijrichting. • Laat de stoelen tijdens het rijden vergrendeld in de pervlak naar boven. rijrichting staan en draai ze niet. • Bij een stilstaand voertuig: Let er bij het draaien van Sluiten de chauffeursstoel op dat de handrem niet per ongeluk • Trek het dakluik dicht. wordt ontgrendeld. • Duw de vergrendelingen krachtig dicht totdat ze vast- klikken.
Pagina 74
Opbouw binnenzijde 06-26 Stoelen draaien • Zet de armleuningen omhoog. • Schuif de stoel in de middenstand. • Beweeg de hendel om de stoel te verdraaien. De stoel wordt uit de vergrendeling losgemaakt. • Druk de gordelsluiting naar beneden om deze niet te be- schadigen. • Draai de stoel in de gewenste positie.
06-27 Opbouw binnenzijde 6.11 Zitplaatsen in het woongedeelte Ombouw van de L-zitgroep/afzonderlijke zitplaats Om gebruik te kunnen maken van de buitenste zitplaats bij Bevestiging zitkussens modellen met een L-zitgroep resp. van de afzonderlijke zitplaats in de T 600 FC, moeten deze vóór elke rit worden omgebouwd. De zit- en rugkussens worden door een anti-slip mat op hun Ombouw plaats gehouden. • Verwijder zitkussens en rugleuningen. • Klap de plaat 180° naar achteren om en leg hem op de Zorg ervoor dat de zit- en rugkussens goed vast zitten. dwarsbank. • Open de grendel , draai de steunwand 90° en sluit de grendel weer veilig af. Hoogteverstelling van de hoofdsteunen • Leg zitkussen en rugleuning weer op de dwarse zitbank. • Pak het kussen van de hoofdsteun met de hand vast en Zorg ervoor dat de riemen en gordelsluitingen zichtbaar en schuif het in de gewenste stand.
Opbouw binnenzijde 06-28 • Leg het onderste deel van de gordel over de heupen heen. Gordel losmaken • Druk op de knop in het gordelslot voor het ontgrendelen van de slottong. • Maak voor het begin van de rit de veiligheidsgordel vast 6.12 Veiligheidsgordels in het woongedeelte en houd hem tijdens het rijden voortdurend om. • Beschadig de veiligheidsgordels niet en zorg ervoor dat De middelste zitgroepen zijn voorzien van veiligheidsgordels ze niet beklemd raken. Laat beschadigde veiligheidsgor- dels door een erkend garagebedrijf vervangen. en optioneel met extra veiligheidsgordels. • Verander niets aan de bevestigingen van de gordels, het Neem goede nota van het desbetreffende zitplaatseno- rolmechanisme en de sluitingen van de gordels. verzicht van uw voertuig. Op bepaalde zitplaatsen mogen • Gebruik elke veiligheidsgordel slechts voor één volwas- tijdens het rijden geen personen zitten! sen persoon tegelijk. Maak voorwerpen niet samen met personen vast door middel van een veiligheidsgordel. Veiligheidsgordel omdoen • Veiligheidsgordels zijn niet geschikt voor personen met De gordel mag niet worden verdraaid. een lichaamslengte van minder dan 150 cm. Gebruik in • Pak de tong die zich aan het uiteinde bevindt vast en steek voorkomende gevallen extra bevestigingssystemen. • Vervang veiligheidsgordels na een ongeval. hem in de gesp totdat hij hoorbaar vastklikt. • De veiligheidsgordel mag niet gedraaid worden, maar • Leg het bovenste gedeelte van de gordel over de schouder moet plat tegen het lichaam aan liggen.
06-29 Opbouw binnenzijde 6.13 Overzicht van de zitplaatsen T500 GFSC Van Classic TL 500 GESC Van Exclusive Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan T500 FSC Van Classic T 600 FC Siesta Exclusive Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 3: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaats 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan...
Pagina 78
Opbouw binnenzijde 06-30 T 650 FLC Siesta Exclusive T 555 AK GFSC Siesta Sitzplätze 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaatsen 5 - 7: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan T 650 ESC Siesta Exclusive T 600 AK KM Siesta Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: Alleen bij optie extra gordelsysteem tijdens het rijden toege- staan. Bij versie zonder extra gordelsysteem is het gebruik van deze zitplaatsen tijdens het rijden niet toegestaan.
Pagina 79
06-31 Opbouw binnenzijde T650 AK GFM Siesta Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: Alleen bij optie extra gordelsysteem tijdens het rijden toege- staan. Bij versie zonder extra gordelsysteem is het gebruik van deze zitplaatsen tijdens het rijden niet toegestaan.
07-1 Elektrische installaties Hoofdstuk 7: Elektrische 7.2 Elementen van de elektrische installatie De stroomvoorziening vindt plaats via het HOBBY Board installaties Control Panel in combinatie met een automatische acculader. 7.1 Veiligheidsinstructies Hoofdelementen van de elektrische installatie • CONTROLEPANEEL – Let op het volgende: aansturing van de apparaten en toestandsaanduidingen.
07-2 Elektrische installaties Adviezen en controle Ondanks een onderbroken accuhoofdschakelaar kan de accu door de acculader worden opgeladen (onderhoudslading). • Als de accu voor de apparaten wordt verwijderd, moet de Belangrijk pluspool worden geïsoleerd (om kortsluiting bij het inscha- • Eventuele veranderingen aan de elektrische installatie mo- kelen van de motor te vermijden).
07-3 Elektrische installaties Geeft aan dat voertuig- en huisaccu door de dynamo 9 10 11 12 13 14 15 worden opgeladen. LED geeft aan dat de voertuigaccu wordt getest, knip- peren duidt op een lege accu. LED geeft aan dat de huisaccu wordt getest, knipperen duidt op een lege accu.
07-4 Elektrische installaties Stroomindicatie rood = ontlading groen = oplading Stroom als getalswaarde Voorbeeld: stroomafname 0,1 A. Veroudering van de accu (SOH = State of Health) Voorbeeld: de oorspronkelijke accucapaciteit is al met 2% verminderd. Oplaadniveau (SOC = State of Charge) Het huidige oplaadniveau van de accu Voorbeeld: oplaadniveau 88% Intelligente accusensor (IBS)
07-5 Elektrische installaties 10A-zekering voor de stroomvoorziening van de verwar- ming/boiler 20A-zekering voor de verlichting 20A-zekering voor de verlichting 30A-zekering voor de stroomvoorziening van de 12V AES-absorptiekoelkast 20A-zekering voor de stroomvoorziening van de Aux-uit- gang (laadregelaar zonne-energie) 25A-zekering voor de stroomvoorziening van het elek- trische opstapje 3A-zekering 3A-zekering...
07-6 Elektrische installaties 7.3 Stroomvoorziening De camper wordt via de volgende aansluitingen voorzien van elektriciteit: - netaansluiting (wisselspanning 230V). - huisaccu (gelijkspanning 12V). Stroomvoorziening via netaansluiting De 230V-installatie is beveiligd d.m.v. een 2-polige scha- kelautomaat met FI-veiligheidsschakelaar en 2 x 13 A. De schakelautomaat bevindt zich ofwel in de zitgroep achter de chauffeursstoel of in de kledingkast (afhankelijk van het Bij kabelhaspels zonder oververhittingsbeveiliging moet...
07-7 Elektrische installaties 7.4 Werking van de voedingseenheid Installatieplaats van de acculader De acculader bevindt zich onder de bijrijdersstoel. Werking op netaansluiting 230V Na het aankoppelen van de netaansluiting worden huis- en voertuigaccu automatisch door de acculader in de camper opgeladen (ook als het controlepaneel niet is ingeschakeld).
07-8 Elektrische installaties Werking van de acculader De acculader werkt alleen bij accu’s waarvan de polen juist zijn aangesloten. Apparaatbeveiliging Bij ingeschakelde 12V-apparaten duurt de minimale laad- Mocht de acculader door te hoge omgevingstemperaturen of tijd van 12 uur navenant langer. hoge laadstromen heet worden, dan schakelt een ingebouwde thermische schakelaar de acculader uit totdat de temperatuur in de acculader weer is gedaald.
07-9 Elektrische installaties Werking bij draaiende motor De spanning van de huisaccu moet toenemen, wanneer - het motortoerental boven het stationaire toerental ligt. Zodra de motor loopt, schakelt een relais de startaccu en de - de voertuigaccu niet volledig ontladen is. huisaccu parallel.
07-10 Elektrische installaties 7.5 Huisaccu Accu vervangen • A.u.b. niet roken tijdens het vervangen van de accu. Installatieplaats • Verbreek de verbinding met het 230V-net. - Onder de bijrijdersstoel of in een apart opbergvak, van • Vóór het af- of aankoppelen van de accu moeten alle 12V- buiten toegankelijk (bij SW extra accu).
Bij uitval van een apparaat geldt: • Controleer de zekering van de desbetreffende stroomkring. Het elektrische opstapje klapt bij een geopende hoof- • Vervang de zekering. dschakelaar niet automatisch in. • Als de zekering opnieuw doorbrandt, neem dan contact op met uw erkende Hobby-dealer.
07-12 Elektrische installaties Acculader met verdeelmodule 7.7 Mobiele navigatie Uw camper beschikt optioneel over een mobiel navigatie- Acculader en verdeelmodule met geïntegreerde systeem met geïntegreerde achteruitrijcamera, die aan een zekeringen bevinden zich voor de huisaccu onder de bijrij- speciale houder op het dashboard kan worden bevestigd en dersstoel.
07-13 Elektrische installaties 7.8 Achteraf geïnstalleerde apparaten • De houder is uitsluitend geschikt voor de bevestiging van het Blaupunkt navigatiesysteem TravelPilot 500. • Verwijder het apparaat uit de houder zodra u uw cam- Achteraf ingebouwde elektronische apparaten, die tijdens de per ergens laat staan, omdat het anders stroom blijft rit kunnen worden gebruikt (bijv.
08-1 Water Hoofdstuk 8: Water 8.1 Watervoorziening De complete waterinstallatie van uw camper voldoet aan 8.1 Algemene informatie de laatste stand der techniek 10/2009 [richtlijn 2002/72/EG]. • Gebruik in de omgang met levensmiddelen altijd water De camper is uitgerust met een vaste verswatertank. Een van drinkwaterkwaliteit.
Pagina 100
Water 08-2 Drinkwatertank leegmaken • Ontgrendel en open de afsluitdop • De aftapkraan bevindt zich naast de drinkwatertank in • Vul de tank met drinkwater. de zitgroep tegen de buitenwand, dan wel is toegankelijk • Schakel de 12V-hoofdschakelaar in. via een serviceklep. •...
08-3 Water Vuilwatertank De vuilwatertank is optioneel voorzien van een verwarmings- element (ca. 40 W) dat voorkomt dat het afvalwater bij lichte vorst bevriest. Nadat het afvalwater-verwarmingselement op het controlepaneel is ingeschakeld wordt deze geactiveerd zodra de afvalwatertemperatuur onder ca. 8°C daalt. Het afvalwater-verwarmingselement kan alleen worden ingeschakeld bij een 230V stroomvoorziening.
Water 08-4 • Schakel de 12V-stroomvoorziening via het controlepaneel uit. • Zet alle aftapkranen open. • Open zo mogelijk de afsluitdop van de drinkwatertank. • Draai alle kranen half open. • Hang de handdouche naar boven in de douchestand. • Controleer de waterafvoer. •...
08-5 Water 8.3 Warmwaterbereiding De verwarming van water vindt plaats m.b.v. een in het ver- warmingsapparaat geïntegreerde boiler met een inhoud van 10 l. Bij gebruik tijdens de zomer kan het water onafhanke- lijk van de werking van de verwarming worden verwarmd. Aanwijzingen over de bediening van de boiler vindt u in hoofdstuk 9.3 “Verwarming”.
Pagina 104
08-6 Water Doseer de toiletvloeistof zeer zuinig. Een overdosis is geen Doe nooit rechtstreeks toiletvloeistof in de toiletpot. waarborg voor het voorkomen van geurvorming! • Doe de aangegeven hoeveelheid toiletvloeistof in de toilet- • Schuif de toilettank weer op zijn plaats terug. tank.
08-7 Water Bediening Toilettank leegmaken • Draai de toiletpot in de gewenste positie. De toilettank moet geleegd worden uiterlijk als de LED gaat • Laat wat water in de toiletpot lopen door op de spoelknop branden. Aanbevolen wordt om de tank al te legen vóór het te drukken, of open de schuif door de schuifgreep onder zover is.
08-8 Water Wateraansluiting buitendouche (optie) Leeg de toilettank alleen bij een speciaal hiervoor be- stemd vuilwaterinzamelpunt, maar nooit in de vrije natuur! Openen • Breng de toilettank naar een speciaal hiervoor bestemd • Schuif de afdekklep na boven om de wateraansluiting vuilwaterinzamelpunt.
09-1 Hoofdstuk 9: Gas Als het vermoeden bestaat dat er gas vrijkomt, moeten onmiddellijk de volgende maatregelen worden genomen: • Sluit de hoofdafsluiter van de gasfles. 9.1 Algemene veiligheidsinstructies voor het • Ontstekingsbronnen als open vuur of roken zijn ten gebruik van vloeibaar-gasinstallaties strengste verboden.
09-2 Regelaars en ventielen Vóór ingebruikname • Drukregelinstallaties moeten een vaste druk van 30 mbar • De gasafvoerbuis moet dicht en vast zijn aangesloten aan hebben. Hiervoor gelden de eisen van EN 12864, bijlage D. verwarming en schoorsteen. Hij mag geen beschadigingen Het debiet van de drukregelinstallatie bedraagt 1,2 kg/h.
09-3 9.2 Gasvoorziening Gasfleskast De toegang tot de gasfleskast bevindt zich afhankelijk van de De camper is uitgerust met een propaangasinstallatie (gasfles uitvoering in de garageruimte achterin of apart in de zijwand. niet standaard meegeleverd). Deze installatie levert gas aan de De gasfleskast biedt plaats aan 2 x 11 kg propaangasflessen.
09-4 Voor de gasfleskast geldt: • Houd de slangbreukbeveiliging vast, open de kartelmoer • Controleer de bevestiging van de gasflessen vóór iedere (linkse schroefdraad) en verwijder de slangbreukbeveili- ging met de hogedrukslang van de gasfles. rit. De gasflessen moeten rechtop staan en ventielen moe- ten worden gesloten (behalve bij gebruik van de verwar- •...
09-5 DuoCo mfort Verwarming (Oven) Gasfornuis Koelkast Omschakelklep gasinstallatie met twee flessen Uw voertuig beschikt optioneel over een omschakelklep voor Voor afsluitkranen en ventielen geldt: de gasinstallatie. Zonder dat de gasvoorziening wordt onder- • Tijdens het rijden moeten alle kranen van gasapparaten broken wisselt het ventiel zonodig automatisch van gasfles.
09-6 Werking DuoC • Sluit de gasflessen aan en open de kranen van beide gas- flessen. Draai de draaiknop tot aan de aanslag naar links resp. rechts. Bij een flesdruk onder de 0,5 bar wisselt het ventiel automa- tisch van hoofdfles. Tijdens het verwisselen van gasflessen niet roken en geen open vuur ontsteken! Afstandsindicatie voor omschakelklep...
Door het aanbrengen van veranderingen aan inbouwappa- ratuur alsook door het niet naleven van de gebruiksvoor- schriften vervalt de garantie en aanvaart HOBBY geen enkele aansprakelijkheid meer. Bovendien vervalt de gebruiksvergun- ning voor het betreffende apparaat en daardoor in sommige...
10-2 Inbouwapparatuur 10.2 Heteluchtverwarming Combi De verwarming op vloeibaar gas in uw camper is zo ont- ° worpen dat het gebruik ervan tijdens de rit is toegestaan. Er is voldaan aan de eisen van de richtlijn m.b.t. verwar- ° mingsapparaten 2001/56/EG, zodat er in geval van een g, h ongeval geen vloeibaar gas onbedoeld kan ontsnappen.
10-3 Inbouwapparatuur Activeren • Druk de knop licht in stand (m) en draai tegelijkertijd de schakelaar 90° in stand (k). • Zolang de schakelaar in stand (k) staat, blijft de knop in stand Deactiveren • Draai de schakelaar vanuit stand (k) 90° in parallelstand naar Frost-Control.
Inbouwapparatuur 10-4 Combi Combi ° ° ° ° g, h g, h ° ° Gebruik tijdens de winter Gebruik tijdens de zomer Verwarmen met gecontroleerde watertemperatuur • Zet de draaischakelaar op het bedieningspaneel in stand • Zet de draaischakelaar in de bedrijfsstand (e). Zet de (c –...
Pagina 117
10-5 Inbouwapparatuur Verwarmen zonder gecontroleerde watertemperatuur De groene LED (b) voor ‘in bedrijf’ brandt en toont gelijktij- • Zet de draaischakelaar in de bedrijfsstand (d). dig de stand van de gekozen kamertemperatuur. De gele • Zet de draaiknop (a) op de gewenste thermostaatstand LED (g) brandt alleen bij temperaturen van het apparaat (1-5).
Inbouwapparatuur 10-6 Uitschakelen Schakel bij temperaturen onder ca. 7°C eerst de ver- • Schakel de verwarming uit met de draaischakelaar warming in om de inbouwruimte en de FrostControl bij (stand f). De groene LED (b) dooft. de aftapkraan te verwarmen. Na enkele minuten, als de temperatuur bij de FrostControl boven 7°C ligt, kan de aftapkraan worden gesloten.
10-7 Inbouwapparatuur a Draaischakelaar energiekeuze Combi E b Werking op elektriciteit 230 V, 1800 W c Werking op elektriciteit 230 V, 900 W d Werking op gas e Combifunctie* (werking op gas en elektriciteit 900 W) Combifunctie* (werking op gas en elektriciteit 1800 W) g Gele LED brandt “werking op elektriciteit”...
Inbouwapparatuur 10-8 10.4 Standverwarming cabine (accessoire) Met optionele uitrusting beschikt uw voertuig over een stand- verwarming voor cabine en motor. De verwarming is in de waterkringloop geïntegreerd, de stroomvoorziening vindt plaats via de 12V-huisaccu. Werking M.b.v. de schakelaar in de cabine wordt de verwarmingsfunc- tie handmatig bediend.
10-9 Inbouwapparatuur 10.5 Koelkast Bedrijfsmodi De koelkast werkt op drie manieren. - op 12V: elektriciteitsvoorziening via de accu van de camper - op 230V: elektriciteitsvoorziening van externe bron. - op vloeibaar gas: gasvoorziening uit de gasflessen van de camper. Neem a.u.b. vóór ingebruikneming goede nota van de aanwijzingen in de handleiding van de fabrikant.
Inbouwapparatuur 10-10 Werking op 230V • Zet de energiekeuzeschakelaar op netvoeding. • Regel de temperatuur met de thermostaat. • Uitschakelen: draai de energiekeuzeschakelaar in de 0-stand. Werking op gas • Zet de energiekeuzeschakelaar op ‘werking op gas’. • Open de hoofdafsluiter op de gasfles alsmede de gasafs- luiter voor de koelkast.
Pagina 123
10-11 Inbouwapparatuur Zet de koelkastdeur – als de koelkast niet in gebruik is – al- tijd vast in de ventilatiestand, om de vorming van schimmel en onaangename geurtjes te voorkomen. Vriesvak Bij hoge buitentemperaturen en een hoge luchtvochtigheid kunnen zich waterdruppels vormen op de metalen rand van het vriesvak.
Inbouwapparatuur 10-12 Kooktoestellen of andere toestellen die bij de verbranding lucht aan de binnenruimte onttrekken, mogen nooit voor verwarming van het voertuig gebruikt worden. Bij veron- achtzaming bestaat acuut levensgevaar door zuurstofge- brek en de mogelijke vorming van het reukloze koolmo- noxide.
Pagina 125
10-13 Inbouwapparatuur • Sluit de gasafsluiter van het gaskomfoor. Gebruik voor het vastpakken van hete potten, pannen en vergelijkbare voorwerpen kookhandschoenen of pannen- lappen. Gevaar voor verbranding! Laat de glasplaat na het koken nog zo lang openstaan als de branders hitte afgeven. De glasplaat zou anders kunnen barsten.
Inbouwapparatuur 10-14 • Als de brandervlam per ongeluk wordt gedoofd, zet dan de draaiknop in de nulstand en laat de brander minstens een minuut uitgeschakeld. Probeer pas daar- na opnieuw de oven te ontsteken. • Gebruik de oven nooit zonder inhoud (te verwarmen gerechten).
10-15 Inbouwapparatuur • Houd de draaiknop enkele seconden ingedrukt totdat het veiligheidsventiel van de ontsteking de gastoevoer open houdt. • Laat de draaiknop los en zet hem op de gewenste vermo- gensstand (alleen oven). • Sluit de ovendeur voorzichtig zodat de vlam niet uitgaat. Uitschakelen •...
Inbouwapparatuur 10-16 10.9 Dak-airconditioning (accessoire) Ventilatierichting instellen Optioneel beschikt uw voertuig over een klimaatinstallatie in • Draai eerst de draaiknop tegen de wijzers van de klok in. het woongedeelte i.p.v. een dakraam. • Zet de schuif in de gewenste ventilatierichting. Voor de juiste bediening en om het vermogen van de klimaa- •...
Een voldoende luchttoevoer en ontluchting van het interieur is • Laat de eerste onderhoudsbeurt 12 maanden na de eerste voor een behaaglijk binnenklimaat absoluut noodzakelijk. Tevens toelating uitvoeren bij een HOBBY-dealer. wordt corrosieschade door condenswater vermeden. • Laat alle verdere onderhoudsbeurten eens per jaar uitvoeren bij een HOBBY-dealer.
11-2 Onderhoud en verzorging 11.3 Verzorging Droog schijnwerpers en lamphouders grondig af, omdat zich daar water kan ophopen. Buitenreiniging Was het voertuig niet vaker dan nodig. Wassen met hogedrukspuit Was het voertuig alleen op speciaal hiervoor bestemde Richt de straal van de hogedrukspuit niet rechtstreeks op wasplaatsen.
Neem daarbij de door de fabrikant door corrosie te voorkomen. Maak hiervoor a.u.b. gebruik aanbevolen aanwijzingen voor het gebruik van de was in van de hulp van uw HOBBY-dealer. acht. Dakluiken, ramen en deuren Voor het glimmend poetsen van de oppervlakken geldt: De ramen moeten in verband met hun kwetsbaarheid bijzon- •...
Pagina 132
Onderhoud en verzorging 11-4 • Laat sterk vervuilde bekleding, bedspreien en gordijnen M.b.t. meubeloppervlakken geldt: reinigen en was ze niet zelf! • Reinig houten meubelfronten met een vochtige doek of • Voer de reiniging zo nodig voorzichtig uit met het schuim spons.
11-5 Onderhoud en verzorging Accessoires 11.4 Winterpauze voor de camper M.b.t. de verzorging geldt: Met het invallen van de winter eindigt vaak ook het cam- • Reinig kunststof onderdelen (bijv. bumpers, ommantelingen) pingseizoen. Voor de nu volgende winterpauze moet uw met water van maximaal 60°C en een mild huishoudelijk camper goed worden voorbereid.
Pagina 134
Onderhoud en verzorging 11-6 Voor de reservoirs geldt: • Zet luchtontvochtigers in de caravan en droog of vervang het granulaat regelmatig. • Leeg en reinig de drinkwatertank. • Leeg en reinig de vuilwatertank. • Open de accuhoofdschakelaar. Demonteer de accu zo mogelijk en/of controleer ongeveer eenmaal per maand •...
11-7 Onderhoud en verzorging 11. 5 Gebruik tijdens de winter Voor de ventilatie geldt: • Zet de verwarming op hoogste stand tijdens de opwarm- fase van het voertuig, en open plafondkasten, gordijnen en Voorbereidingen rolgordijnen. Hierdoor wordt een optimale luchttoevoer en Door het algehele voertuigontwerp is uw camper tot op zekere ontluchting bereikt.
Onderhoud en verzorging 11-7 • Laat ook bij afwezigheid en ’s nachts de binnenruimte niet Na afloop van het winterseizoen geheel afkoelen en laat de verwarming op een laag vermo- gen branden. M.b.t. de verzorging geldt: • Was het chassis en de motor grondig. Hierdoor worden cor- Verwarm het voertuig beslist ook ’s nachts bij bevriezings- rosiebevorderende ontdooimiddelen (zouten, loogrestanten) gevaar en bij overnachting in de camper!
12-1 Afvalverwerking en milieubescherming Hoofdstuk 12: Afvalverwerking en milieubescherming 12.1 Milieu en mobiel reizen Milieuvriendelijk gebruik Gebruikers van een camper of caravan dragen vanzelfsprekend een bijzondere verantwoordelijkheid voor het milieu. Daarom dient het voertuig altijd op milieuvriendelijke wijze te worden gebruikt.
Pagina 138
Afvalverwerking en milieubescherming 12-2 M.b.t. afvalwater geldt: M.b.t. fecaliën geldt: • Verzamel afvalwater aan boord alleen in ingebouwde vuil- • Voeg uitsluitend toegelaten toiletvloeistof aan de toilettank watertanks of desnoods in hiervoor geschikte reservoirs! toe. • Laat afvalwater nooit weglopen in de vrije natuur of in riool- Door het installeren van een systeem met een actieve-kool- putten! De riolering in dorpen en steden komt meestal niet filter (onderdelenhandel) kan het gebruik van toiletvloeistof...
Pagina 139
12-3 Afvalverwerking en milieubescherming Afvalverwerking • Laat de toilettank nooit te vol worden. Maak uiterlijk wanneer niveau-indicator gaat branden, de tank onmiddellijk leeg. • Laat fecaliën nooit in rioolputten weglopen! De riolering in dorpen en steden komt meestal niet uit op waterzuiveringsin- stallaties.
(op het moment van ter perse gaan) de fabrikant van het basisvoertuig verantwoordelijk voor de terugneming ervan. Uw HOBBY-camper moet dus gratis via het complete netwerk van Ford-dealers teruggenomen en vakkundig verwerkt wor- den.
13-1 Technische gegevens Hoofdstuk 13: Technische gegevens 13.1 Gewichten volgens 92/21/EG Model Bouwserie Gewicht Chauf- Diesel Basis- Rijklaar- Laadver- Zit- Conven- Overbel. Voertuig- Persoonlijke Rest- basisvoer- feur [kg] uitrusting gewicht mogen plaatsen tionele massa lengte uitrusting laad- tuig belasting verm. T 500 GFSC Van (A) 2420...
Pagina 142
Technische gegevens 13-2 13.2 Bandenspanning Band Spanning (bar) Basis Michelin XC Camping 215/75 R 16 C vo: 3,5 hi: 5,5 FORD Overige bandenfabrikanten* 185/75 R 16 C vo: 4,7 hi: 3,5 FORD 215/75 R 16 C vo: 3,5 hi: 4,75 FORD * Deze bandenspanningswaarden zijn alleen geldig voor standaard- banden van alternatieve merken (bijv.
Pagina 143
13-3 Technische gegevens 13.3 Technische gegevens Hobby Bouwserie Type Basis- Motor Chassis Onderstelverlenging Trekhaak model voertuig standaard Trekbok Kogelkop FORD Transit V347 (voorwielaandrijving) T 500 GFSC FORD Transit FT 350 M 2.2 TDCi (85 kW) Platte bodem 205914 verlaagd SAWIKO 30LF70003P...
13-5 Technische gegevens Gewichtsverlaging en -verhoging campers Motor Chassis Onderstelverlenging Trekhaak Hobby Bouwserie Type Basisvoertuig standaard Trekbok Kogelkop model FORD Transit V347 (voorwielaandrijving) T 500 GFSC FORD Transit FT 350 M 2.2 TDCi (85 kW) Platte bodem 205914 verlaagd SAWIKO 30LF70003P...
“extra uitrusting” alsmede de “persoonlijke uitrusting” te worden afgetrokken van de “technisch toelaatbare maximummassa”. Vul hiervoor a.u.b. de gegevens van uw persoonlijke droomcamper in onderstaande tabel in. Bij vragen of onduidelijkheden hieromtrent staat uw Hobby-dealer u graag met raad en daad terzijde. HOBBY caravanfabriek...
Pagina 154
Bijlage B-2 Model: Technisch toelaatbare maximummassa: Rijklaar gewicht (incl. gas, water, elektrische installatie, chauffeur en brandstof): Conventionele belasting (aantal zitplaatsen [behalve chauffeur] x 75 kg: Extra uitrusting: 10.) 11.) 12.) 13.) 14.) 15.) Persoonlijke uitrusting = (10 x N) + (10 x L): N - aantal geregistreerde zitplaatsen (inclusief chauffeur) L - lengte van het voertuig in meter Restlading:...