4. Wielen en banden
4.6 Het verwisselen van een wiel
Onderlegwiggen
1
Onderlegwiggen onder het wiel plaatsen
Schroefborging bij de reservewielhouder
Reservewielhouder in de langsligger
Het verwisselen van een wiel voorbereiden
• Zorg in de eerste plaats voor uw eigen veiligheid!
• Verwissel het wiel zo mogelijk bij een aangekoppeld trekkend voer-
tuig.
• Parkeer het voertuig op een zo vlak mogelijke en vaste ondergrond.
• Bij bandenpech op de openbare weg: beveilig het weggedeelte met
gevarendriehoek resp. knipperlicht.
• Trekkend voertuig: Trek de handrem aan, zet de motor in een
versnelling en de wielen recht naar voren; bij een automaat: kies
1
versnellingspook positie "P".
• Caravan: handrem aantrekken, neuswiel in rijdende stand laten
staan, stabilisatie-inrichting deactiveren (let op: niet helemaal
openen!).
• Pak de onderlegwiggen
1
• Plaats onderlegwiggen
om te voorkomen dat de caravan wegrolt.
Reservewiel *
Het reservewiel bevindt zich in een houder onder het voertuig..
Om het reservewiel te kunnen verwijderen moet het voertuig zijn
afgekoppeld en op de trekhaak worden geplaatst, zodat de achter-
kant van het voertuig omhoog komt.
1
Reservewiel verwijderen
• Koppel het voertuig los en zet hem neer.
• Draai de schroefborging
• Haal de reservewielhouder uit de langsligger
• Laat de houder voorzichtig zakken.
• Draai de borgschroef van het reservewiel los.
• Verwijder het reservewiel uit de houder.
2
j
.
Als de caravan beschikt over een disselbak
de onderlegwiggen zich rechts en links bij de disselbak.
j
vóór en achter onder de intacte wielen
j
los.
Als de caravan beschikt over lichtmetalen velgen, moet
er bij het monteren van een reservewiel op stalen velg
op worden gelet dat de bij de velg passende wielbouten
worden gebruikt.
Het verwijderen van het reservewiel vereist enige
handigheid en kracht. Roep zo nodig de hulp in van een
technische servicedienst (bijv. ANWB), die u behulp-
zaam kan zijn bij de (de)montage.
*
, bevinden
k
.
26