Bediening
nstelling
4. Bediening Instelling
4. Bedieningselementen
D P-schakelaar S1 t/m S10
De klepstandsteller wordt hoofdzakelijk be-
diend via de DIP-schakelaar, daarmee wor-
den de belangrijkste functies bepaald.
DIP-schakelaars met functies
S1
Veiligheidspositie van de aandrijving
S2/S3
Nom. slag van het regelventiel
DIP-schakelaar
Nulpuntinsteller
⋅
ig. 9
Bedieningselementen
22
B 8384-0 NL
Aandrijfsymbolen bij aanbouw pneumatische aansluitingen
Bereikinsteller
nsteller ZERO en SPAN
De potentiometers Zero en Span zijn be-
doeld voor het instellen van het aanvangsbe-
reik (nulpunt) en de eindwaarde (bereik)
van de gewenste waarde.
Volumesmoring Q
De volumesmoring is bedoeld voor het aan-
passen van de luchtaanvoer aan de grootte
van de aandrijving. Daarbij zijn twee vaste
S5
Steldruk op 2,4 bar begrenzen
S6
Versterking wijzigen
S7/S8
Bereik van de gewenste waarde
vastleggen
Aandrijfsymbolen bij aanbouw pneumatische aansluitingen
Volumesmoring