4
Woonopbouw buiten
Woonopbouw binnen
Gasinstallatie
Elektrische installatie
Voor het rijden
Nr.
Controles
12
Markies volledig opgerold
13
Dak sneeuw- en ijsvrij (in de winter)
14
Buitenaansluitingen afgekoppeld en leidingen opgeborgen
15
Externe steunen verwijderd
16
Kriksteunen en neuswiel volledig omhooggedraaid
17
Wielkeggen verwijderd en opgeborgen
18
Opstap veilig opgeborgen
19
Serviceluiken gesloten en vergrendeld
20
Oprijplaat ingeschoven en vergrendeld
21
Ingangsdeur gesloten
22
Voortentverlichting uitschakelen
23
Ramen en dakluiken gesloten en vergrendeld
24
Televisie in TV-kast bevestigd of van de drager verwijderd en vei-
lig opgeborgen
25
TV-antenne ingetrokken (voorzover ingebouwd)
26
Losse delen opgeborgen of bevestigd
27
Open bergruimtes opgeruimd
28
In de dakkast van de voortentverlichting geen gaspatronen of an-
dere licht ontvlambare materialen opgeslagen
29
Koelkastdeur vergrendeld
30
Koelkast omgeschakeld op 12 V-gebruik
31
Alle schuiflades en luiken gesloten
32
Binnendeuren en tafel vergrendeld
33
Woonruimtetafel in de onderste houderrail geplaatst
34
Heftafel neergelaten en aan de zitbanken bevestigd
35
Klapbare bedden of verstelbare bedden vergrendeld
36
Spoelafdekking veilig opgeborgen
37
Gasflessen in de gaskast tegen verdraaien vastbinden
38
Beschermkap op gasfles aangebracht
39
Hoofdafsluiter op de gasfles en gasafsluitkranen gesloten
40
Controleer de accuspanning van de woonruimteaccu (zie
hoofdstuk 9). Geeft het bedieningspaneel een te lage accuspan-
ning aan, dan moet de woonruimteaccu worden bijgeladen.
Neem de aanwijzingen in hoofdstuk 9 in acht
De reis met volgeladen woonruimteaccu beginnen.
42
Gecon-
troleerd
Caravan - 21-12 - NL