Plaats het laadstation niet op een eiland omdat het
hierdoor lastiger is om de begeleidingsdraad optimaal te
leggen. Als het laadstation echter toch op een eiland
moet worden geïnstalleerd, moet de begeleidingsdraad
ook met het eiland worden verbonden. Lees meer over
Grenzen binnen het werkgebied op pagina
eilanden in
15 .
3.3.2 Voeding aansluiten
Houd bij het bepalen van de locatie voor de voeding
rekening met de volgende punten:
•
Dicht bij het laadstation
•
Bescherming tegen regen
•
Bescherming tegen direct zonlicht
De voeding moet worden geplaatst op een goed
geventileerde locatie en onder een afdak. Wanneer de
voeding op een stopcontact buiten wordt aangesloten,
moet dit stopcontact zijn goedgekeurd voor gebruik
buitenshuis. We raden u aan om een aardlekschakelaar
(RCD) te gebruiken bij het aansluiten van de voeding op
het stopcontact.
WAARSCHUWING: De robotmaaier mag alleen
worden gebruikt met de voedingseenheid die
door Husqvarna wordt geleverd.
WAARSCHUWING: Van toepassing voor USA/
Canada. Als de voedingseenheid buiten is
opgesteld: Risico van elektrische schok. Alleen
aansluiten op een afgedekt GFCI-stopcontact
(RCD), klasse A, dat voorzien is van een
behuizing die waterdicht is, ongeacht of de kap
van de aansluitstekker is geplaatst.
12 - Installatie
Onderdelen van de voeding mogen niet worden
gewijzigd en er mag niet mee worden geknoeid. De
laagspanningskabel mag bijvoorbeeld niet worden
ingekort of verlengd. Laagspanningskabels met een
lengte van 3 m/10 ft of 20 m/65 ft zijn beschikbaar als
optionele accessoires.
De laagspanningskabel mag door het werkgebied
worden gelegd als deze is verankerd aan de grond of is
ingegraven. De maaihoogte moet zodanig zijn dat de
messen nooit in contact komen met de
laagspanningskabel.
De laagspanningskabel mag nooit in een rol worden
gelegd of onder de basisplaat van het laadstation omdat
dit interferentie kan veroorzaken met de signalen van
het laadstation.
WAARSCHUWING: Monteer de voeding nooit
op een hoogte waarbij het risico bestaat dat hij
onder water komt te staan (minimaal 30 cm/
12 inch vanaf de grond). Het is niet toegestaan
om de voeding op de grond te plaatsen.
758 - 001 - 25.05.2018