Geschreven tekst
Geschreven tekst is alleen beschikbaar in de bestandsindeling .is2. Geschreven tekst wordt bij het
beeld opgeslagen, zodat u niet later meerdere bestanden hoeft samen te voegen.
Geschreven tekst toevoegen:
1. Druk, met een beeld in de buffer, op om het menu Beeld bewerken te openen.
2. Selecteer Tekst toevoegen.
3. Druk op om een toetsenbord op het display te openen.
4. Voer met het toetsenbord een bericht in.
5. Druk op om het bericht op te slaan.
6. Druk op wanneer u klaar bent.
7. Druk op om het bericht bij het beeld op te slaan.
Geschreven tekst in het geheugen weergeven:
1. Open het menu Geheugen.
2. Selecteer een bestand om weer te geven. Bij alle bestanden met geschreven tekst wordt
weergegeven bij de voorbeeldweergave van het bestand.
3. Druk op om het menu Aantekeningen te openen.
4. Druk op om de geschreven tekst weer te geven.
Beeld wissen
Volg voor het verwijderen van beelden de onderstaande procedure voor de betreffende actie.
Actie
Eén bestand
verwijderen
Alle bestanden
verwijderen
1. Open het menu Geheugen.
2. Selecteer een voorbeeldweergave.
3. Druk op om het menu Wissen te openen.
4. Selecteer Gesel. beeld en druk op .
De Imager vraagt of u wilt doorgaan of wilt annuleren.
5. Druk nogmaals op om het bestand te verwijderen.
1. Open het menu Geheugen.
2. Druk op om het menu Wissen te openen.
3. Selecteer Alle beelden en druk op .
De Imager vraagt of u wilt doorgaan of wilt annuleren.
4. Druk op om alle bestanden uit het geheugen te verwijderen.
Procedure
Thermal Imagers
Menu's
29