Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Emissiviteit Instellen - Fluke Ti200 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor Ti200:
Inhoudsopgave

Advertenties

Ti200, Ti300, Ti400, Ti450, Ti450SF6, Ti480
Gebruiksaanwijzing
Niveau/bereik wijzigen:
1. Selecteer Meting > Niveau/bereik > Handm..
2. Niveau/bereik instellen.
3. Druk op:
 om het temperatuurbereik te verkleinen.
 om het temperatuurbereik te vergroten.
 om het bereik naar een hoger temperatuurniveau te verplaatsen.
 om het bereik naar een lager temperatuurniveau te verplaatsen.
De schaal langs de rechterzijde van het display laat zien hoe het thermische meetbereik groter of
kleiner wordt en toont het bereik terwijl het zich verplaatst door de verschillende niveaus binnen het
totale bereik. Zie tabel 9.
Zie Gedetailleerde specificaties voor meer informatie over het minimale meetbereik.
De Imager start altijd op in dezelfde niveau-/bereikmodus (automatisch of handmatig) als waarin
de Imager werd uitgeschakeld.

Emissiviteit instellen

Alle objecten stralen infrarode energie uit. De werkelijke oppervlaktetemperatuur en emissiviteit van het
meetobject beïnvloeden de hoeveelheid uitgestraalde energie. De Imager neemt de infrarode energie
van het oppervlak van het object waar en gebruikt de gegevens om een geschatte temperatuurwaarde
te berekenen. Veelvoorkomende materialen zoals hout, water, huid, doek en gelakte oppervlakken,
waaronder metalen oppervlakken, stralen energie goed uit en hebben een hoge stralingsfactor van
90 % (of 0,90). De Imager meet temperaturen nauwkeurig van objecten met een hoge emissiviteit.
Glanzende oppervlakken of ongelakte metalen stralen energie niet goed uit en hebben een lage
stralingsfactor van <0,60. Om ervoor te zorgen dat de Imager een nauwkeurigere schatting van de
werkelijke temperatuur van objecten met een lage emissiviteit maakt, dient u de instelling van de
emissiviteit te wijzigen.
Raadpleeg de informatie over emissiviteit voor werkelijke temperaturen om persoonlijk
letsel te voorkomen. Reflecterende objecten leiden tot metingen van temperatuurwaarden
die lager zijn dan de werkelijke temperatuur. Deze objecten kunnen brandwonden
veroorzaken.
Stel de emissiviteit rechtstreeks in als een waarde, of maak voor sommige veelgebruikte materialen
een keuze uit een lijst met emissiviteitswaarden. Als de emissiviteitswaarde <0,60 is, wordt er een
waarschuwing op het display weergegeven.
Bij oppervlakken met een emissiviteit van
betrouwbaar en consistent te bepalen. Hoe lager de emissiviteit, hoe groter de kans op fouten
wanneer de Imager de temperatuurmeetwaarde berekent, omdat meer energie die de camera
bereikt, wordt gespecificeerd als achtergrondtemperatuur. Dit is zelfs het geval wanneer
aanpassingen aan de emissiviteit en de gereflecteerde achtergrond op de juiste manier zijn
uitgevoerd.
14
Opmerking
 Waarschuwing
Opmerking
<
0,60 is het lastig om werkelijke temperaturen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Ti300Ti400Ti450Ti450sf6Ti480

Inhoudsopgave