Basisfuncties voor afspelen
Het volume aanpassen
Tijdens het afspelen wordt audio uitgevoerd vanuit de ingebouwde monoluidspreker. U kunt een
koptelefoon aansluiten op het ×-aansluitpunt (koptelefoon) om de audio in stereo te beluisteren.
1 Raak tijdens het afspelen het scherm aan om de afspeelknoppen op te roepen.
2 Selecteer [Ó/ ].
3 Selecteer [Ø]/[Ô] of [Ù]/[Õ] om het volume te regelen en selecteer vervolgens [K].
92
• U kunt ook uw vinger over de bijbehorende volumebalk slepen.
Clipinformatie weergeven
1 Selecteer in het clipindexscherm [I] en selecteer vervolgens de gewenste clip.
• Het scherm [Clip-info] wordt weergegeven.
• Selecteer [Ï]/[Ð] om de informatie voor de vorige/volgende clip te bekijken.
2 Selecteer [L] tweemaal om terug te gaan naar het indexscherm.
1
Bestandsnummer (A 106)
2
De informatie voor de vorige/volgende clip
weergeven
3
Clipnummer/Totaal aantal clips
4
Datum en tijd bij het begin van de opname
* Alleen wanneer de optionele GPS-ontvanger GP-E2 werd gebruikt bij het opnemen van de clip.
1
2
3
5
Clipduur
6
Beeldsnelheid (A 34) en filmindeling
7
Bestand met voorkeuze-instellingen (A 80),
resolutie en bitsnelheid (A 34)
8
GPS-informatie* (A 75)
(locatie bij de start van de opname)
4
5
6
7
8