Inbedrijfstelling
Toestel voorbereiden voor start
Initiële procedures
Om de veiligheid en correcte wer-
king van het toestel te garanderen,
moet de ketel bedrijfsklaar worden
gemaakt door een gekwaliÞ ceerde
technicus die over de wettelijk ver-
plichte vaardigheden beschikt.
Stroomvoorziening
•
Controleer of de spanning en
frequentie van de stroomvoor-
ziening overeenstemmen met de
gegevens op het typeplaatje van
de ketel.
•
Zorg ervoor dat de aardverbin-
ding correct is uitgevoerd.
Het hydraulisch circuit vullen
Ga
als
volgt
•
Draai de koudwaterkraan open.
•
Open de klep onder de ketel ge-
leidelijk.
•
Open iedere ontluchtingskraan,
te beginnen met het laagste punt
en sluit ze pas wanneer er scho-
on en luchtvrij water uitstroomt.
•
Sluit de klep onder de ketel zodra
de drukmeter minstens 1,5 bar
aangeeft.
Gastoevoer
Ga als volgt te werk:
•
Zorg ervoor dat via de hoofdgasto-
evoer hetzelfde soort gas wordt
aangevoerd
als
op het typeplaatje van de ketel.
•
Zet alle deuren en ramen open.
•
Vermijd vonken of open vlam-
men in de ruimte.
•
Zorg ervoor dat er geen bran-
dstof uit het systeem lekt.
32
te
werk:
aangegeven
Legenda:
A
Aan/Uit toets
B
ESC-toets
C
Ruimtetemperatuur draaiknop
D
Bevestigingstoets (OK)
E
Handbedrijf-functietoets
F
Schoorsteenveger-functietoets
G
Infot-oets
Reset-toets
H
I
Bedrijfsmodustoets verwarming
L
Display
M
Functietoets tapwater
Toestel voorbereiden voor start
•
Open gaskraan;
•
Schakel hoofdschakelaar in voor
coedingsspanning;
•
Schakel toestel in via aan/
uitschakelaar (A);
•
Selecteer bedrijfsmodus „stand-
by" (K);
•
Controleer de draairichting van
de pomp;
•
Ontlucht de pomp, verwijder de
eindkap van de motorbehuizing.
Het wordt aanbevolen om het toestel
na de start een tijdje op 50% tbela-
sting te laten draaien ter stabilisatie
van de verbrandingswaarden. Dit
kan als volgt worden ingesteld:
•
Druk toets I >3 Sek, ketel wordt in
regelstop-functie ingeschakeld;
•
Druk Info-toets (G), de actuele
ketelbelasting (%) wordt weerge-
geven;
•
Via „instellen" (bevestigen met
OKtoets) kan nu de ketelbela-
sting worden veranderd, draai
met de draaischakelaar (C) en
bevestig de waarde 50% met de
OK-toets.
Na het controleren/corrigeren van de
verbrandingswaarden (zie volgende
pagina), kann de regelstop-functie
worden beëindigd door drukken van
debedrijfsmodus- toets (I) >3 sec.