11.2
Berekening van de gewichtsverhoudingen
van aslasten aan de tractor en ballastwaarden
Machines met 3-punts montage veranderen het totale gewicht en de aslasten van de tractor. Deze
waarden mogen de toegelaten maat niet overschrijden. Respecteer daarbij ook de draagkracht van de
banden.
De vooras van de tractor moet met minimaal 20% van het eigengewicht belast zijn.
De nodige ballast en de werkelijke aslasten kunt u bepalen met de volgende formules:
Afbeelding 25
Gewichtsberekeningen
1.
Berekening van de minimale frontballast bij achteraanbouwmachines G
Dit resultaat vult u in de tabel op de volgende pagina in.
2.
Berekening van de minimale achterballast bij frontaanbouwmachines G
Ook dit resultaat vult u in de tabel op de volgende pagina in.
3.
Berekening van de werkelijke voorasbelasting T
Wanneer met de frontaanbouwmachine (G
bereikt, dan moet het gewicht van de frontaanbouwmachine worden verhoogd tot het gewicht van
de minimale frontballast!
Voer nu de berekende en de in de gebruiksaanwijzing van de tractor vermelde toegelaten
voorasbelasting in de tabel op de volgende pagina in.
Pagina 26
Specificaties:
T
L
T
V
T
H
G
H
G
V
a
b
c
d
v werk
) de benodigde minimale ballast (G
v
Vertaling handleiding APV vario-cultuureg
Eigen gewicht van de tractor
Voorasbelasting van de lege tractor
Achterasbelasting van de lege tractor
Totaal gewicht van de achterste
aanbouwmachine
Totaal gewicht van de
frontaanbouwmachine
Afstand van het zwaartepunt van de
frontaanbouwmachine tot het midden van
de vooras
Wielstand van de tractor
Afstand van midden achteras tot midden
trekstangkogel
Afstand van midden trekstangkogel tot
zwaartepunt achteraanbouwmachine
(d = 97 cm)
V min
H min
:
:
:
) niet wordt
Vmin