Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
Als u op speciaal materiaal afdrukt, wordt de afdruksnelheid automatisch lager om de uitvoerkwaliteit
voor dit materiaal te verbeteren.
Volg deze richtlijnen bij het afdrukken op speciaal afdrukmateriaal.
Afdrukken op enveloppen
Gebruik alleen enveloppen voor laserprinters. Zie
informatie.
●
Plaats één envelop in lade 1 of maximaal tien enveloppen in lade 2.
●
Plaats niet meer dan tien enveloppen in lade 2.
●
De envelop mag niet zwaarder zijn dan 90 g/m
●
Controleer of de enveloppen niet beschadigd zijn en of ze niet aan elkaar kleven.
●
Gebruik nooit enveloppen met klemmetjes, drukkers, vensters, gecoate voeringen, zelfplakkende
strips of ander synthetisch materiaal.
●
Wanneer u een envelop gebruikt met een afwijkend formaat, selecteert u de juiste envelop als
Type. Zie
VOORZICHTIG
optreden.
Zie
Specificaties voor het afdrukmateriaal
Afdrukken op enveloppen vanuit lade 1
1.
Stel de breedtegeleiders in.
NLWW
Afdrukken op afdrukmateriaal met aangepast formaat of kaarten
Wanneer u bovenstaande richtlijnen niet volgt, kunnen er papierstoringen
Specificaties voor het afdrukmateriaal
2
.
voor meer informatie.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
voor meer
voor meer informatie.
29