7 Onderhoud
7
Onderhoud
7.1
Algemene instructies
7.2
Onderhoudshandleiding
7.3
Installatie bijvullen met water
7.4
Verwarmingsinstallatie ontluchten
30
AWHP-2 MIV-3
Onderhoudswerkzaamheden zijn belangrijk om de volgende redenen:
Om optimale prestaties te garanderen.
Om de levensduur van de apparaten te verlengen.
Om een installatie in een staat te houden die het beste comfort in de tijd
aan de klant biedt.
Opgelet
Een jaarlijkse servicebeurt van de warmtepomp is verplicht .
1. Controleer de waterdruk van de installatie.
Belangrijk
Als de waterdruk lager is dan 1 bar, moet water worden bijgevuld.
Vul zo nodig water bij in de verwarmingsinstallatie (aanbevolen
waterdruk tussen 1,5 en 2,0 bar (0,15 en 0,2 MPa)).
2. Controleer visueel op eventuele waterlekkages.
3. Draai meerdere malen per jaar de radiatorkranen open en dicht.
Dit helpt voorkomen dat de kranen vast gaan zitten.
4. Reinig de buitenzijde van de warmtepomp met een vochtige doek en
een mild reinigingsmiddel.
Opgelet
Alleen een vakman is bevoegd de binnenzijde van de
warmtepomp te reinigen.
Vul zo nodig water bij in de verwarmingsinstallatie (aanbevolen waterdruk
tussen 1,5 en 2 bar ofwel 0,15 en 0,2 MPa).
1. Open de kranen van alle op de installatie aangesloten radiatoren.
2. Stel de kamerthermostaat af op een zo laag mogelijke temperatuur.
3. Zet de warmtepomp in de modus uitstand/vorstbeveiliging
4. Open de vulkraan.
5. Sluit de vulkraan wanneer de manometer een druk van 1,5 bar (0,15
MPa) aangeeft.
6. Zet de warmtepomp in de verwarmingsmodus.
7. Als de pomp stilstaat, opnieuw ontluchten en water bijvullen
Belangrijk
Het vullen en het ontluchten van de installatie twee keer per jaar
zou voldoende moeten zijn om de juiste waterdruk te krijgen.
Neem contact op met de installateur indien u vaak water moet
bijvullen in de installatie.
Het is uiterst belangrijk dat u door ontluchten de eventueel aanwezige
lucht in de SWW-boiler, de leidingen en de kranen laat ontsnappen om
storende geluiden te voorkomen die tijdens het verwarmen of het
watertappen kunnen ontstaan.
7.4.1
Handmatige ontluchting
1. Open de kranen van alle op de installatie aangesloten radiatoren.
2. Zet de warmtepomp in de modus uitstand/vorstbeveiliging.
7611975 - v06 - 28082018