HOOFDSTUK 6 AFDRUKKEN VIA TCP/IP EN APPLETALK (ETHERTALK)
De afdrukserver selecteren
(AppleTalk / EtherTalk)
Nadat de afdrukserver verbinding heeft gemaakt met het netwerk en de printer is
ingeschakeld, zal de AppleTalk-servicenaam van de Brother-afdrukserver in de
Kiezer verschijnen (standaard is dit BRO_xxxxxx_P1_AT, waar "xxxxxx" de laatste
zes tekens zijn van het Ethernetadres (MAC-adres).
U kunt de servicenaam en het MAC-adres vinden door de configuratiepagina van de
printer af te drukken.
Raadpleeg de Appendix in deze gebruikershandleiding voor
nadere informatie over het afdrukken van de configuratiepagina.
1. Open de Kiezer in het Apple-menu van de Macintosh en klik op het
pictogram LaserWriter (indien nodig, selecteert u de juiste AppleTalk-zone
in het netwerkconfiguratiescherm).
Afbeelding 2 Macintosh Kiezer
2. Klik op de juiste afdrukserver en sluit de Kiezer. U kunt nu vanaf de
Macintosh afdrukken.
Als de afdrukserver niet vermeld wordt, controleert u eerst de bekabeling en of u
EtherTalk via het netwerkconfiguratiescherm van de Macintosh hebt geactiveerd.
Het kan nodig zijn om de afdrukserver in de juiste AppleTalk-zone te plaatsen met
behulp van BRAdmin Professional of via een webbrowser.
6-4