HOOFDSTUK 6 AFDRUKKEN VIA TCP/IP EN APPLETALK (ETHERTALK)
HOOFDSTUK ZES
61
AppleTalk (EtherTalk)
Afdrukken via TCP/IP
Afdrukken vanaf Macintosh
Overzicht
Brother-afdrukservers ondersteunen het AppleTalk-protocol dat over Ethernet wordt
uitgevoerd (ook EtherTalk genoemd). Hiermee kunnen gebruikers van Macintosh
gelijktijdig met alle andere Ethernetnetwerkgebruikers afdrukken via het AppleTalk-
protocol (ook wel EtherTalk-protocol genoemd).
Met de introductie van System 8.6 en recenter introduceerde Apple de mogelijkheid
om af te drukken via TCP/IP. Zo kunnen Macintosh-gebruikers een afdruktaak
sturen via het TCP/IP-protocol.
Tips en hints:
1. De standaardnaam die zal verschijnen in de Kiezer van een Macintosh heeft
het formaat BRO_xxxxxx_P1_AT (waar xxxxxx verwijst naar de 6 laatste
tekens van het Ethernetadres).
2. De eenvoudigste manier om deze naam te wijzigen vanaf een Macintosh-
netwerk is om een IP-adres toe te kennen aan de printer en vervolgens de
webbrowser te gebruiken om de naam te wijzigen. Maak via een
webbrowser verbinding met de printer en klik vervolgens op "Administrator
Settings", "Network Board Settings", voer het wachtwoord in en selecteer
vervolgens "Configure AppleTalk". Klik op "BRO_xxxxxx_P1_AT",
vervolgens op de servicenaam, en voer de nieuwe naam in die u wilt laten
verschijnen in de Kiezer. Klik op "Submit".
3. System 8.6 of latere versies ondersteunen afdrukmogelijkheden via TCP/IP.
4. Het standaardwachtwoord voor de Brother-afdrukserver is "access".
5. Eén manier om alle netwerkinstellingen af te drukken, is door de
configuratiepagina af te drukken. Hiervoor houdt u de testtoets aan de
achterkant van de afdrukserver met een fijne balpen minder dan 5 seconden
ingedrukt.
Raadpleeg de Appendix in deze gebruikershandleiding voor nadere
informatie over het afdrukken van de configuratiepagina.
Sommige modellen kunnen geen configuratiepagina afdrukken. In dat geval
kunt u de netwerkconfiguratie van de printer controleren met behulp van
6
6-1