HOOFDSTUK 6 AFDRUKKEN VIA TCP/IP EN APPLETALK (ETHERTALK)
Werking
Nadat de afdrukserver is geïnstalleerd en de printer is ingeschakeld, zal de
AppleTalk-servicenaam van de Brother-afdrukserver in de Kiezer verschijnen
(standaard is dit BRO_xxxxxx_P1_AT, waar "xxxxxx" de laatste zes tekens zijn van
het Ethernetadres (MAC-adres).
U kunt de servicenaam en het MAC-adres vinden door de configuratiepagina van de
printer af te drukken. Als u de configuratiepagina wilt afdrukken, moet u de testtoets
aan de achterkant van de afdrukserver met een fijne balpen minder dan 5 seconden
ingedrukt houden.
Raadpleeg de Appendix in deze gebruikershandleiding voor nadere informatie over
het afdrukken van de configuratiepagina.
Sommige modellen kunnen geen configuratiepagina afdrukken. In dat geval kunt u
de netwerkconfiguratie van de printer met behulp van BRAdmin Professional
controleren, of door de printer via een webbrowser te beheren.
6-3