SCO UNIX configureren
Om een printer in versie 5.x van SCO Unix te configureren, gebruikt u het
programma SCOADMIN.
1. Selecteer de optie Printers en vervolgens Print Manager.
2. Selecteer in het menu Printer, vervolgens Add Remote, gevolgd door Unix...
3. Voer het IP-adres van de afdrukserver in en typ de naam van de printer
waarnaar u wilt spoolen.
4. Deselecteer "Use External remote Printing Protocol...".
5. Bewerk het bestand /etc/printcap om de form feed op te nemen en voeg de
tekst rp=lpaf toe.
SCO UNIX vereist TCP/IP V1.2 of een recentere versie om met Brother-
afdrukservers te kunnen werken. Eerst moeten de bestanden /etc/hosts en /etc/printcap
worden geconfigureerd (zie stap 2). Vervolgens voert u het sysadmsh-programma als
volgt uit:
1. Selecteer Printers.
2. Selecteer Configure.
3. Selecteer Add.
4. Voer de naam in van de wachtrij die u in het bestand /etc/printcap hebt
ingevoerd als printernaam.
5. Voer bij Comment en Class name iets in.
6. Selecteer bij Use printer interface de optie Existing.
7. Druk op F3 om een lijst van beschikbare interfaces op te vragen en selecteer
m.b.v. de cursortoetsen de gewenste interface als de Name of interface
("Dumb" is een goede keuze).
8. Selecteer bij Connection de optie Direct.
9. Voer bij Device name de naam van het gewenste apparaat in ( /dev/lp
werkt meestal).
10. Selecteer bij Device de optie Hardwired.
11. Selecteer bij het veld Require banner de optie No.
HOOFDSTUK 1 AFDRUKKEN VIA UNIX-SYSTEMEN
1-9