4. Als u stap 3 hebt uitgevoerd, kunt u dit gedeelte overslaan, tenzij u een SCO
UNIX-systeem hebt.
Als u een HP/UX-systeem, een IBM RS/6000 AIX-computer, of Sun Solaris
2.xx hebt, dan is er geen printcap-bestand. Dit geldt tevens voor op AT&T
gebaseerde UNIX-systemen en voor vele op VMS gebaseerde TCP/IP-
softwarepakketten (bijvoorbeeld, UCX, TGV Multinet, enz.). Op SCO-systemen
is er wel een printcap-bestand, maar dat wordt automatisch geconfigureerd door
de opdracht rlpconf. Dergelijke systemen maken doorgaans gebruik van een
printerinstellingsprogramma voor het definiëren van de servicenaam (externe
printer), de naam van de afdrukserver (externe machine) of het IP-adres en de
naam van de locale wachtrij (spooldirectory). Raadpleeg de sectie die
overeenkomt met de Unix-versie op uw systeem.
Linux configureren
Als u uw Linux-distributie niet wilt configureren met de methode waar u de opdracht
achter de prompt typt, kunt u de toepassing Linux Printer System Manager op uw
GUI gebruiken. Hiertoe gaat u als volgt te werk:
1. Klik in het scherm Linux Printer System Manager op "Add".
2. U wordt nu gevraagd om te specificeren welk printertype u gebruikt;
selecteer de optie "Remote Unix (lpd) Queue" en klik op "OK".
3. Nu moet u de naam van de externe host, de naam van de externe wachtrij en
het te gebruiken invoerfilter specificeren.
4. De naam van de "externe host" is het IP-adres van de printer, of de naam in
het hosts-bestand die overeenkomt met het IP-adres van de printer.
5. De naam van de "externe wachtrij" is de servicenaam die de printer gebruikt
tijdens het verwerken van de gegevens. Doorgaans wordt de
naam"BINARY_P1" aanbevolen, maar als u van plan bent om
tekstdocumenten te verzenden die geen regelterugloop of nieuwe regels
bevatten, dient u "TEXT_P1_TX" te gebruiken.
6. Selecteer het gewenste "invoerfilter" in de lijst van beschikbare printers op
uw versie van Linux.
Selecteer de optie "Resart lpd" om uw instellingen te activeren. Nadat de lpd-server
opnieuw is opgestart, kunt u afgedrukte documenten vanaf uw server verzenden.
Vele Linux-systemen ondersteunen het CUPS (Common Unix Printing System).
CUPS maakt doorgaans gebruik van PPD-bestanden die worden geleverd met
Brother's BR-Script-machines (BR-Script is de Postscript-taalemulatie van Brother).
Als u een Brother-printer gebruikt die niet is voorzien van de BR-Script-
taalemulatie, dan moet u een andere driver gebruiken.
Nadere informatie over afdrukken via Linux vindt u op de Brother Solutions website
op: http://solutions.brother.com
HOOFDSTUK 1 AFDRUKKEN VIA UNIX-SYSTEMEN
1-5