2 Aanwijzingen bij de documentatie
2
Aanwijzingen bij de documentatie
2.1
Aanvullend geldende documenten in acht
nemen
▶
Neem absoluut alle bedienings- en installatiehandleidin-
gen die bij de componenten van de installatie worden
meegeleverd in acht.
2.2
Documenten bewaren
▶
Gelieve deze handleiding alsook alle aanvullend gel-
dende documenten aan de gebruiker van de installatie
te geven.
2.3
Geldigheid van de handleiding
Deze handleiding geldt uitsluitend voor:
Producttypes en artikelnummers
VPM 15 D basismodule
Uitbreidingsmodule
VPM 15 D basismodule
landspecifiek
VPM 30 D basismodule
met uitbreidingsmodule
landspecifiek
3
Systeem
3.1
Eigenschappen van het systeem
In de gebruiksaanwijzing vindt u een beschrijving van het
zonnesysteem.
3.2
Combinatie met systeemthermostaat
Het product kunt u met de systeemthermostaat auroMATIC
VRS 620/3 of de thermostaat van de warmtepompen
geoTHERM combineren.
Als u het product met de systeemthermostaat auroMATIC
VRS 620/3 combineert, dan raden we u de installatie van
een drinkwaterstation VPM ../2 W aan.
3.3
Combinatie met boiler
U kunt het zonnelaadstation met de volgende boilers combi-
neren:
–
allSTOR
–
auroSTOR
In het boilerlaadcircuit moet u voor een veiligheidsinrichting
en een expansievat zorgen. Als een auroSTOR geïnstal-
leerd is, dan is ook tussen auroSTOR en zonnelaadstation
een veiligheidsinrichting en een expansievat vereist.
U kunt twee driewegomschakelkleppen aansluiten aan het
zonnesysteem.
1.
De UV4, die u aan de auroMATIC VRS 620/3 aansluit:
Eerste prioriteit: allSTOR
Tweede prioriteit: zwembad of andere boiler
2.
De UV5, die u aan het zonnelaadstation aansluit:
Schakelt voor verbeterde gelaagde lading tussen CV-
circuit en warmwaterciruit om
6
0020133195
0020133196
0010013688
0010013689
3.4
Voorwaarden van het systeem
De volgende voorwaarden moet het zonnesysteem voor een
perfecte werking vervullen:
–
Het zonnelaadstation moet onder het collectorveld geïn-
stalleerd zijn
–
Het hoogteverschil tussen de onderkant van het zon-
nelaadstation en de bovenkant van het collectorveld mag
maximaal 6 m (VPM 15 D) of 9 m (VPM 30 D) bedragen.
–
De zonneleidingen moeten met een verval geïnstalleerd
zijn
–
Het maximale aantal collectoren mag niet overschreden
worden
–
De buisdiameter en lengtes van de zonneleidingen moe-
ten in acht gehouden worden
Meer informatie en hydraulische schema's vindt u in de plan-
ningsinformatie.
4
Productbeschrijving
Het product brengt thermische zonne-energie over op een
boiler.
De volgende hoofdcomponenten zijn in het product geïnte-
greerd:
–
Voorraadreservoir voor collectorvloeistof
–
Zonnepomp voor het zonnecircuit
–
Boilerlaadpomp voor het boilerlaadcircuit
–
Zonneregelaar voor de werking van de pompen en voor
de registratie van de energieopbrengst
–
Warmtewisselaar tussen het zonne- en het boilerlaadcir-
cuit
Installatie- en onderhoudshandleiding auroFLOW plus 0020160584_04