6.3
Installatie afsluiten
6.3.1
Elektrische installatie controleren
▶
Controleer na afsluiting van de installatie de elektrische
installatie door de tot stand gebrachte aansluitingen op
vastheid en voldoende isolatie te controleren.
6.3.2
Frontmantel monteren
1.
Plaats de frontmantel van voren tot aan de aanslag.
2.
Zorg ervoor dat er geen kabels ingeklemd worden of
met hete componenten in aanraking komen en dat de
zonneregelaar in de opening vergrendeld is.
3.
Beveilig de frontmantel met de schroef.
4.
Monteer de afscherming.
6.4
Uitbreidingsmodule installeren
Om de uitbreidingsmodule te installeren, moet u het voor-
raadresrevoir van de basismodule met het voorraadreservoir
van de uitbreidingsmodule verbinden en de tweede zonne-
pomp inbouwen. Om de beide voorraadreservoirs te verbin-
den, moet u eerst de thermostaathouder en het voorraadre-
servoir van de basismodule demonteren.
▶
Om de werkzaamheden te vergemakkelijken, voert u de
werkzaamheden aan de basismodule en aan de uitbrei-
dingsmodule uit als de modules op de grond liggen.
▶
Voer de werkzaamheden in dit hoofdstuk direct na elkaar
in de beschreven volgorde uit.
6.4.1
Thermostaathouder aftrekken
Voorafgaande werkzaamheden
▶
Haal de frontmantel eraf. (→ Pagina 11)
1.
Trek de thermostaathouder (1) naar voren.
2.
Klap de thermostaathouder opzij.
0020160584_04 auroFLOW plus Installatie- en onderhoudshandleiding
6.4.2
Voorraadreservoir demonteren
1
1.
Draai de beide wartelmoeren (1, 4) los.
2.
Maak de beide schroeven (2) los.
3.
Verwijder het voorraadreservoir (3).
6.4.3
Verbindingsbuizen aan het
voorraadreservoir van de basismodule
monteren
B
C
1
1.
Verwijder de afsluitkappen van de adapters.
2.
Monteer de verbindingsbuizen met platte afdichtingen
aan de adapters in het voorraadreservoir van de basis-
module.
3.
Haal de frontmantel van de uitbreidingsmodule (zie
Frontmantel (→ Pagina 11).
Installatie 6
2
3
4
A
15