(VFK 135 VD en VFK 140 VD) in de installatie. ontwikkeld. De componenten in het zonne- ▶ Neem de betreffende nationale en inter- circuit werden voor het gebruik met Vaillant nationale wetten, normen en richtlijnen in collectorvloeistof ontwikkeld. acht.
Pagina 4
1 Veiligheid len (elektrische scheidingsinrichting met 1.3.6 Gevaar door slechte werking minstens 3 mm contactopening, bijv. zeke- Zorg ervoor dat het zonnesysteem en de CV- ring of vermogensveiligheidsschakelaar). installatie zich in een technisch perfecte staat ▶ Beveilig tegen herinschakelen. bevinden. ▶...
Veiligheid 1 1.3.11 Materiële schade door additieven in Vereisten aan de leidingen het verwarmingswater ▶ Gebruik voor de bedrading normale in de Ongeschikte antivries- en anticorrosiemidde- handel verkrijgbare leidingen. len kunnen pakkingen en andere componen- Minimale doorsnede ten van het CV-circuit beschadigen en daar- ≥...
2 Aanwijzingen bij de documentatie Aanwijzingen bij de documentatie Voorwaarden van het systeem De volgende voorwaarden moet het zonnesysteem voor een Aanvullend geldende documenten in acht perfecte werking vervullen: nemen – Het zonnelaadstation moet onder het collectorveld geïn- ▶ Neem absoluut alle bedienings- en installatiehandleidin- stalleerd zijn gen die bij de componenten van de installatie worden –...
4 Productbeschrijving Opbouw van het zonnelaadstation auroFLOW plus (basismodule en uitbreidingsmodule) Aanwijzing De functie-elementen van de basismodule zijn op de vorige pagina beschreven. 2. Voorraadreservoir collectorvloeistof 2. Zonnepomp Installatie- en onderhoudshandleiding auroFLOW plus 0020160584_04...
Montage 5 Montage Gegevens op het typeplaatje Het typeplaatje is af fabriek aan de achterkant van het pro- Opslagvoorwaarden duct aangebracht. Op het typeplaatje vindt u de volgende ▶ informatie: Bewaar het product in een droge en stofvrije ruimte. Gegevens op het type- Product uitpakken Betekenis plaatje...
5 Montage Productafmetingen en aansluitmaten Vrije montageruimtes 150 mm (beter: 200 mm 350 mm) 450 mm 200 mm ▶ Let bij het gebruik van het toebehoren op de minimumaf- standen/vrije montageruimtes. Aanwijzing Boven en onder het product moet u minstens 150 mm afstand in acht nemen.
Montage 5 5.11 Regels voor het plaatsen van de Maak de schroef los. buisleidingen voor het zonnecircuit in acht Trek de frontmantel er naar voren toe af. nemen 5.12.2 Basismodule van het zonnelaadstation ▶ Om energieverlies te vermijden, voorziet u alle buisleidin- ophangen gen van het zonne- en boilerlaadcircuit van een warmte- isolatie.
Aanwijzing ▶ Vermijd mechanische spanningen aan Als opvangbus is een lege bus van de Vaillant aansluitleidingen! collectorvloeistof geschikt. Opgelet! Kans op materiële schade door warmte- overdracht bij het solderen! ▶...
Boilerlaadventiel aansluiten Aanwijzing Als een boilerlaadventiel UV5 in het hydraulische schema voorhanden is, dan raden we aan om een driewegklep uit het Vaillant-accessoiregamma te gebruiken en het met de eveneens als toebehoren verkrijgbare aansluitkabel aan te sluiten. Voorafgaande werkzaamheden ▶...
6 Installatie ▶ Sluit het product via een vaste aansluiting en een schei- dingsinrichting met minstens 3 mm contactopening (bijv. zekeringen of vermogensschakelaars) aan, zie netaan- sluitkabel (→ Pagina 10). 6.2.3 Collectortemperatuurvoeler, boilertemperatuurvoeler en eBUS systeemthermostaat aansluiten Aanwijzing Voer de punten 6 en 7 alleen uit als een externe systeemthermostaat gewenst is.
Installatie 6 Installatie afsluiten 6.4.2 Voorraadreservoir demonteren 6.3.1 Elektrische installatie controleren ▶ Controleer na afsluiting van de installatie de elektrische installatie door de tot stand gebrachte aansluitingen op vastheid en voldoende isolatie te controleren. 6.3.2 Frontmantel monteren Plaats de frontmantel van voren tot aan de aanslag. Zorg ervoor dat er geen kabels ingeklemd worden of met hete componenten in aanraking komen en dat de zonneregelaar in de opening vergrendeld is.
6 Installatie 6.4.4 Thermostaathouder monteren ▶ Schuif de thermostaathouder (1) over de buizen tot deze vastklikt. Tweede zonnepomp installeren 6.5.1 Tweede zonnepomp hydraulisch aansluiten Snij op de daarvoor bestemde plaatsen twee openingen voor de verbindingsbuizen in de zijwand van de behui- zing van de basismodule.
Installatie 6 Verbind de tweede zonnepomp (6) en de buizenset (5, Maak de vier schroeven (1) los. 7) met platte afdichtingen. Open de thermostaatbehuizing. – De pijl op de pompbehuizing moet in de richting van Verwijder de blinde stop (2). de lange buis (5) wijzen.
7 Bediening 7.1.1 Installateurniveau oproepen 10. Bevestig de stroomkabel met de bijgeleverde klem aan de buis. Zorg ervoor dat de stroomkabel niet tegen de Opgelet! buis aanligt. 11. Steek de besturingskabel, die u voor de inbouw van de Gevaar voor beschadiging door ondes- tweede zonnepomp uitgezocht hebt, in de vrije bus aan kundige bediening! de aansluitkast van de tweede zonnepomp.
Het gebruik van ongeschikte collectorvloei- stof kan tot functiestoringen en tot schade aan het zonnesysteem leiden. ▶ Vul uitsluitend met Vaillant collectorvloei- stof. Aanwijzing Voor het makkelijk vullen van collectorvloeistof raden we aan om de verplaatsbare vulinrichting te gebruiken.
Aanwijzing U kunt het toepassingsbereik alleen instellen als Vul het voorraadreservoir tot markering 1 (1) met een systeemthermostaat aangesloten is. Vaillant collectorvloeistof. – Vang hierbij evt. aan de ontluchtingsklep lekkende collectorvloeistof op. Leid de gelekte collectorvloei- Kies het toepassingsbereik met stof opnieuw in de vulpomp.
Ingebruikneming 8 Aanwijzing Gevaar! Het ontluchtingsprogramma start op deze plaats Lichamelijk letsel door ondeskundige van de installatieassistent automatisch. Het drukvereffening! display geeft "Test actief" aan. De boilerlaad- Uit de ontluchtingsklep lekkende collector- pomp werkt vijf minuten lang met verschillende vloeistof of hete damp kunnen ernstig licha- vermogensstanden.
▶ aan het zonnesysteem veroorzaken. Vaillant Sluit een tot aan de grond reikende slang aan de ontluch- tingsklep (1) aan. kan in dit geval geen garantie voor de wer- ▶...
Ingebruikneming 8 ▶ Configuratie Stop het testprogramma Zonnecircuitvulling testen. ▶ Haal de slang van de ontluchtingsklep. Via het menu Configuratie kunt u de instellingen, die u via de installatieassistent uitgevoerd hebt, achteraf wijzigen. Testmenu – Taal Naast de installatieassistent kunt u voor de ingebruikneming, –...
9 Overdracht aan de gebruiker 8.5.3 Gewenste temperatuur 8.5.9 Vereffeningstijd verwarmingsaanvoer Menu → Installateurniveau → Configuratie → Compensa- tietijd Aanwijzing Als u een systeemthermostaat aangesloten hebt, Bij VPM 30 D: het is mogelijk dat de vereffening van de col- dan verschijnt dit menupunt niet. lectorvloeistof tussen de voorraadreservoirs niet snel genoeg gebeurt en de zonnepompen lucht aanzuigen.
Verhelpen van storingen 10 10.3 Fouten herkennen en verhelpen 13. Leg de gebruiker uit welke maatregelen voor het bij- vullen en ontluchten van de CV-installatie indien nodig Een overzicht van de fouten, mogelijke oorzaken en oplos- vereist zijn. singen vindt u in de bijlage. 14.
(2). ▶ Zorg ervoor dat de slang aan het ontluchtingsventiel Vul uitsluitend met Vaillant collectorvloei- niet in de collectorvloeistof hangt en er geen lucht door stof. aangezogen kan worden. Open de kraan aan de vul- en aftapaansluiting.
11. Haal de slang van de vul- en aftapslang. Opgelet! 11.5.3 Collectorvloeistof bijvullen Beschadigingsgevaar door warmte-uitzet- ▶ Vul zoveel nieuwe Vaillant collectorvloeistof als u er afge- ting van het verwarmingswater! laten hebt (voorraadreservoir (→ Pagina 19) vullen). Omdat zich in het zonnelaadstation geen ex- 11.5.4 Drukvereffening uitvoeren...
▶ Voer vervangen, defecte componenten op een reglemen- taire manier af. ▶ Neem de geldende nationale voorschriften in acht. 14 Serviceteam N.V. Vaillant S.A. Golden Hopestraat 15 B-1620 Drogenbos Belgien, Belgique, België Kundendienst / Service après-vente / Klantendienst: 2 3349352 Installatie- en onderhoudshandleiding auroFLOW plus 0020160584_04...
Bijlage Bijlage Overzicht menustructuur installateurniveau Menu Informatie Basisinstellingen Installateurniveau Vorige Selectie Code invoeren Installateurniveau Fout Om foutenlijst Foutenlijst te wissen Testmenu F.01 op OK drukken Configuratie Vorige Vorige Vorige Selectie Vorige Wissen Zonnepomp Installateurniveau Testmenu Statistieken Foutenlijst Zonnepomp Statistieken bedrijfsuren Zonnepomp 2 Testmenu Testprogramma's...
Pagina 30
Bijlage Configuratie Tijd Taal Datum 16:40 Tijd Vorige Selectie Vorige Configuratie Zomer-/wintertijd Datum automatische Tijd tijdomschakeling Zomer-/wintertijd Vorige Selectie Vorige Configuratie Cascade Tijd Zonnemodulecascade Zomer-/wintertijd voorhanden? Cascade Vorige Selectie Vorige Configuratie Aantal collectoren Zomer-/wintertijd Cascade Aantal collectoren Vorige Selectie Vorige Configuratie Vultijdcorrectie Cascade...
Bijlage Bedradingsschema eBus flow STW1 STW2 eBus 230VAC Fouten herkennen en verhelpen Storing Mogelijke oorzaak Verklaring/oplossing Pompen starten met onregelmatige inter- Antiblokkeerfunctie Geen fout vallen, ook 's nachts Collectoren zijn warmer dan de boiler, Boiler is geladen Geen fout maar het zonnesysteem start niet of gedwongen pauze van 10 min.
Bijlage Storing Mogelijke oorzaak Verklaring/oplossing Vullen beëindigd, maar er komt geen vloei- Te groot drukverlies in het zonnecircuit Zonnecircuit op verstoppingen/knikken con- stof uit de collectoren terug troleren, collectorveld op verstopping con- troleren, aan de zonneregelaar de vultijd verlengen Zonnepomp loopt, maar de boilerlaadpomp Temperatuur van de collectorvloeistof te Geen fout loopt niet...
Pagina 34
Bijlage VPM 15 D ba- VPM 30 D (ba- sismodule sismodule met uitbreidingsmo- dule) Productafmeting, 340 mm 340 mm diepte ≤ 15 m² ≤ 30 m² Collectoroppervlak ≤ 6 ≤ 12 Aantal collectoren Installatie- en onderhoudshandleiding auroFLOW plus 0020160584_04...