Code Betekenis
Omgevingscircuit: doorstromingsbewaker
F.712
klemt
Omgevingscircuit: druk te laag
F.714
Omgevingscircuit: foutcontact pomp open
F.715
Afgiftecircuit: aanvoertemperatuur te laag
F.583
Afgiftecircuit: druk te laag
F.723
Afgiftecircuit: doorstroming te laag
F.532
Afgiftecircuit: blokkeercontact S20 open
F.086
0020130861_02 geoTHERM Installatie- en onderhoudshandleiding
Oorzaak
–
Doorstromingsbewaker gesloten voor
bronpompstart
–
Drukval in het milieucircuit door lek
of lucht
–
Omgevingscircuitdruksensor defect
–
De elektronica van de hoogefficiënte
pomp heeft een fout (bijv. droog lo-
pen, blokkering, overspanning, on-
derspanning) vastgesteld en is ver-
grendelend uitgeschakeld.
–
Vierwegklep is mechanisch geblok-
keerd
–
Temperatuurvoeler in de aanvoer is
defect
–
Lucht in het afgiftecircuit
–
Drukval in het afgiftecircuit door lek
of lucht
–
Afgiftecircuitdruksensor defect
–
Afsluitkraan werd niet geopend
–
Afgiftecircuitpomp defect
–
Alle afnemers in het CV-systeem zijn
gesloten
–
Doorstroming te gering voor de regi-
stratie met de volumestroomsensor
(< 120 l/h)
–
Contact S20 aan warmtepomphoofd-
printplaat (HMU) geopend
–
Verkeerde instelling van de maxi-
maalthermostaat
–
Aanvoertemperatuurvoeler (warm-
tepomp, gasketel, systeemvoeler)
meet naar onderen afwijkende waar-
den
Verhelpen van storingen 9
Oplossing
–
Functie doorstromingsbewaker
controleren
–
Omgevingscircuit op ondichthe-
den controleren
–
Medium (brijn/water) bijvullen,
ontluchten
–
Steekcontact op de printplaat en
aan de kabelboom controleren
–
Druksensor op goede werking
controleren
–
Druksensor vervangen
–
Warmtepomp gedurende min-
stens 30 sec. stroomloos scha-
kelen
–
Steekcontact op de printplaat
controleren
–
Pompfunctie controleren
–
Omgevingscircuit ontluchten
–
Doorstroming omgevingscircuit
controleren
–
Steekcontact op de printplaat en
aan de kabelboom controleren
–
Voeler op goede werking contro-
leren (weerstandsmeting aan de
hand van de voelerkenwaarden,
zie bijlage)
–
Voeler vervangen
–
Volumestroom van de milieucir-
cuitpomp controleren (optimale
spreiding 3 K)
–
Omgevingscircuit ontluchten
–
Afgiftecircuit op ondichtheden
controleren
–
Water bijvullen, ontluchten
–
Steekcontact op de printplaat en
aan de kabelboom controleren
–
Druksensor op goede werking
controleren
–
Druksensor vervangen
–
Afsluitkranen en thermostaatkra-
nen controleren
–
Minimale doorstroming van 150
l/h waarborgen
–
Afgiftecircuitpomp op werking
controleren
–
Maximale aanvoertemperatuur
voor HK2 via thermostaat VRC
470 aanpassen (bovenste uit-
schakelgrens van de CV-ketels
in acht nemen)
–
Instelwaarde van de maximaal-
thermostaat aanpassen
–
Voelerwaarden controleren
39