Hoofdstuk 13
Oplossing 2: controleer of uw computer aan staat
Oplossing: Schakel de computer in.
Oorzaak: De computer was niet ingeschakeld.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 3: Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer
Oplossing: Controleer de verbinding tussen het apparaat en de computer.
Oorzaak: Het apparaat en de computer stonden niet met elkaar in verbinding.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 4: controleer of de HP Photosmart-software op uw computer is
geïnstalleerd.
Oplossing: Plaats de installatie-cd van het apparaat en installeer de software.
Zie de installatiehandleiding voor meer informatie.
Oorzaak: De HP Photosmart-software werd niet op uw computer geïnstalleerd.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 5: controleer of de HP Photosmart-software op uw computer draait.
Oplossing: Start de software die u bij het apparaat hebt geïnstalleerd en probeer
nogmaals te scannen.
Opmerking
Monitor op de taakbalk om te zien of de software is gestart. Kies een apparaat
in de lijst en klik vervolgens op Status weergeven.
Oorzaak: De HP Photosmart-software draaide niet op uw computer.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
182
Een probleem oplossen
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram HP Digital Imaging