8.4
Verwarmingsgrens instellen
Aanwijzing
Wanneer de gemiddelde waarde van de over en
bepaalde periode geregistreerde buitentempera-
tuur de ingestelde verwarmingsgrens (fabrieksin-
stelling: 15 °C) onderschrijdt/overschrijdt, schakelt
de verwarming aan/uit.
1.
Druk in de basisweergave op de draaiknop.
◁
Op het display worden de beschikbare CV-circuits
weergegeven.
2.
Draai de draaiknop, om een CV-circuit te selecteren.
3.
Druk op de draaiknop, om de keuze te bevestigen.
◁
In het display wordt het temperatuuroverzicht van
het CV-circuit weergegeven.
4.
Druk op de draaiknop om het menu te openen.
5.
Open met de draaiknop het menupunt Instellingen.
◁
Op het display wordt het submenu weergegeven.
6.
Open met de draaiknop het menupunt Nominale tem-
peratuur verwarmen.
◁
Op het display wordt het submenu weergegeven.
7.
Open met de draaiknop het menupunt Stookgrens.
8.
Draai aan de draaiknop om de grenstemperatuur te
wijzigen.
9.
Druk op de draaiknop, om de invoer te bevestigen.
10.
Druk op de toets, om het menu te verlaten.
8.5
Stooklijn aanpassen
1.
Druk in de basisweergave op de draaiknop.
◁
Op het display worden de beschikbare CV-circuits
weergegeven.
2.
Draai de draaiknop, om een CV-circuit te selecteren.
3.
Druk op de draaiknop, om de keuze te bevestigen.
◁
In het display wordt het temperatuuroverzicht van
het CV-circuit getoond.
4.
Druk op de draaiknop om het menu te openen.
5.
Open met de draaiknop het menupunt Instellingen.
◁
Op het display wordt het submenu weergegeven.
6.
Open met de draaiknop het menupunt Stooklijn.
◁
Op het display wordt het submenu weergegeven.
Voorwaarde: Verwarmen instellen
▶
Open met de draaiknop het menupunt Voetpunt aan-
voertemperatuur stooklijn / VLT bij norm. buitentem-
peratuur stooklijn.
▶
Draai aan de draaiknop om de temperatuur te wijzigen.
–
Voetpunt aanvoertemperatuur stooklijn: minimaal
mogelijke aanvoertemperatuur (= voetpunt van de
stooklijn) bij bijbehorende norm-buitentemperatuur
van 20 °C.
–
VLT bij norm. buitentemperatuur stooklijn: ge-
wenste aanvoertemperatuur bij bijbehorende norm-
buitentemperatuur.
–
Pas de temperaturen langzaam aan (2 K/dag).
0020316442_01 Installatie- en onderhoudshandleiding
8.6
Bedrijfsgegevens oproepen
1.
Selecteer het circuit, waarvoor u de Bedrijfsgegevens
wilt oproepen, bijv. Hoofdmenu → VERWARMINGS-
CIRCUIT 1.
2.
Druk de draaiknop in.
3.
Selecteer Bedrijfsgegevens .
4.
Selecteer het gewenste subitem.
Bedrijfsgegevens (→ Pagina 33)
8.7
Actuele temperaturen controleren
1.
Selecteer Hoofdmenu Warmtemanager.
◁
Het display geeft de actuele aanvoertemperatuur
weer.
2.
Druk de draaiknop in.
3.
Selecteer Nom. + eff.waarden .
◁
Het display toont een lijst met de actuele tempera-
turen, die door de temperatuursensoren worden ge-
meten.
8.8
Afwerklaagdroging
De afwerklaagdroging is met de brijn-warmtepompen niet
toegestaan!
9
Ingebruikname
9.1
Ingebruikneming voorbereiden
Aanwijzing
De ingebruiknemings-checklist is verkrijgbaar via
het serviceteam.
▶
Waarborg aan de hand van de ingebruiknemings-check-
list, dat de installatie gereed is voor gebruik.
9.2
Product inschakelen
Aanwijzing
Het product heeft geen aan-/uit-schakelaar. Zo-
dra het product wordt aangesloten op het elektrici-
teitsnet, is het ingeschakeld.
▶
Schakel het product via de ter plekke geïnstalleerde
scheidingsinrichting (bijv. zekeringen of contactverbre-
ker) in.
◁
Op het display verschijnt het startscherm.
9.3
Installatieassistent doorlopen
Aanwijzing
De instelmogelijkheden van de parameters is te
vinden in de bijlage. (→ Pagina 32)
1.
Houd in de basisweergave de linkertoets 5 seconden
ingedrukt.
2.
Selecteer Wachtwoordinvoer .
3.
Voer het wachtwoord voor de ingebruikneming in
(234).
◁
Het menu Instellingen MB wordt weergegeven.
4.
Selecteer Ingebruikname .
5.
Wacht de eBUS-scan af (IBN 1: eBUS-scan starten).
23