Controleer, voordat er opnieuw met de machine
gewerkt wordt, of er uit de slang, de benzinek-
raan en de carburateur geen benzine lekt.
5.5 GEBRUIK OP HELLINGEN (Afb. 5.15)
De aangegeven limieten in acht nemen
(max 10° - 17%).
LET OP!
Op hellingen dient het rijden
zeer zorgvuldig te gebeuren om het steige-
ren van de machine te voorkomen. Vertraag
de snelheid bij het beginnen van een helling,
vooral bij het afdalen.
GEVAAR!
Gebruik de achteruitversnel-
ling nooit om snelheid te minderen; dit kan
de macht over het stuur doen verliezen,
vooral op gladde terreinen.
Mechanische aandrijving
GEVAAR!
Rijd nooit een helling af
met de versnelling of de koppeling in de
vrije stand! Schakel altijd een lage ver-
snelling in voordat u de machine onbe-
heerd achterlaat.
Hydrostatische aandrijving
Het afdalen van een helling kan uitgevoerd
worden zonder het koppelingspedaal te be-
dienen (zie 4.22) om zoveel mogelijk ge-
bruik te maken van het remeffect van de hy-
drostatische aandrijving als de koppeling
niet is ingeschakeld.
5.6 TIPS OM ALTIJD EEN MOOI GAZON
TE HEBBEN
1. V oor een mooi, groen en zacht gazon is het
nodig dat het gras regelmatig en op de juiste
manier gemaaid wordt. Het gazon kan van
verschillende soorten gras zijn. Bij regel-
matige maaibeurten, groeit het gras sneller,
waardoor meer wortelgroei ontstaat en een
mooi dicht gazon bekomen wordt; indien min-
der vaak gemaaid wordt, wordt ook de groei
van hoog en wild gras bevorderd (klaver,
margrieten, enz.)
2. H et is beter het gras te maaien als het gazon
goed droog is.
3. D e snij-inrichtingen dienen geen gebreken
te vertonen en goed scherp te zijn, zodat het
gras op de juiste manier wordt afgesneden
zonder uitgerukt te worden. Dit kan namelijk
All manuals and user guides at all-guides.com
4. D e motor dient op volle toeren te draaien om
5. D e maaifrequentie wordt bepaald aan de
6. I n de warmste en droogste tijden van het jaar
7. D e optimale hoogte van het gras van een
8. H et gazon zal er mooier uitzien als het
9. A ls de afvoer zich telkens verstopt met gras
10. P as erg goed op bij het maaien langs strui-
Verkoper of een gespecialiseerd Centrum te
contacteren indien men onregelmatigheden
aantreft in de werking:
– van de rem,
– bij het inschakelen en stoppen van de snij-
– bij de inschakeling van de aandrijving
Het doel van de tabel is om uw machine een op-
timale conditie te laten behouden. Hierin staan
15
tot vergeling van de punten leiden.
zowel het gras op de juiste manier af te snij-
den als een goede afvoer van het gras naar
het uitwerpkanaal te verkrijgen.
hand van de groei van het gras, waarbij
vermeden moet worden dat het gras te hoog
wordt.
is het beter om het gras iets hoger te laten
worden zodat het gazon niet uitdroogt.
goed verzorgd gazon bedraagt ongeveer 4-5
cm en met een enkele maaibeurt
wordt het best niet meer dan een derde van
de volledig lengte gemaaid. Als het gras
erg hoog is, raden wij aan om het gazon,
met tussenpoos van één dag, in twee keer
te maaien, de eerste keer met de snij-
inrichtingen in de hoogste stand en smallere
grasstroken tegelijk maaiend en de tweede
keer met de snij-inrichtingen in de gewenste
stand. (Afb. 5.16)
maaien afwisselend, in de lengte– en in de
dwarsrichting uitgevoerd wordt. (Afb. 5.17)
is het beter om de snelheid te vertragen
zodat het maaien niet te snel gebeurt ten
opzichte van de toestand van het gazon;
mocht het probleem aanhouden dan kan het
ook zijn dat de snij-inrichtingen niet goed ge-
slepen zijn of dat het profiel van de vleugels
vervormd is.
ken en boorden. Deze kunnen de stand van
de snijgroep ontregelen en de zijkant van
de snijgroep en de snij-inrichtingen bescha-
digen.
6. ONDERHOUD
6.1 VEILIGHEIDSADVIEZEN
LET OP!
Men dient onmiddellijk de
inrichtingen,
vooruit of achteruit.
6.2 GEWOON ONDERHOUD