3
Ga naar het tabblad [Afstemmen] en geef de gewenste
instellingen op.
[Afstemmingsmodus]:
[Afstemmingsmethode]:
[Monitorprofiel]:
[Gamma]:
[CanoFine gebruiken]
(alleen Windows 2000/XP/Server
2003):
[Versterkte verzadiging]
(alleen Windows 2000/XP/Server
2003):
[Batchverwerking per pagina]
(alleen Windows 2000/XP/Server
2003):
4
Controleer de instellingen en klik op [OK].
Het tabblad [Kwaliteit] verschijnt weer.
Bepaalt de methode voor de kleurcorrectie.
Bepaalt welke elementen prioriteit krijgen bij het
afstemmen.
Selecteer de juiste optie voor de monitor of de scanner
die wordt gebruikt.
Wanneer de [Afstemmingsmodus] [Uit] is gezet, worden
kleuren aangepast op helderheid zonder dat afstemming
wordt uitgevoerd.
Selecteer deze optie wanneer u CanoFine gebruikt.
Voor het uitvoeren van CanoFine-verwerking voor meer
levendigheid van het document. U kunt dit alleen kiezen
als [CanoFine gebruiken] is geselecteerd.
Voert CanoFine-verwerking uit door alle
bitmap-gegevens op een pagina te behandelen als een
afzonderlijke reeks gegevens. U kunt dit alleen kiezen
als [CanoFine gebruiken] is geselecteerd.
Werken met de afdrukfuncties
4
4-61