Samenvatting van Inhoud voor Canon Laser Shot LBP5200
Pagina 1
Laserprinter Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding...
Pagina 2
LBP5200 Laserprinter Gebruikershandleiding...
Pagina 3
Handleidingen voor de printer De instructiehandleidingen voor deze printer zijn als volgt ingedeeld. Lees de hoofdstukken die voor u relevant zijn, zodat u de printer ten volle kunt benutten. Handleidingen die worden aangeduid met dit symbool, zijn PDF-handleidingen die u kunt vinden op de begeleidende CD-ROM. CD-ROM •...
Al het mogelijke is gedaan om ervoor te zorgen dat er geen onnauwkeurigheden in deze handleiding staan en er geen informatie ontbreekt. Maar wij brengen voortdurend verbeteringen aan in onze producten en daarom verzoeken wij u contact op te nemen met Canon als u de laatste actuele...
Inhoudsopgave Inleiding ............viii Zo gebruikt u deze handleiding .
Pagina 6
Hoofdstuk 2 Papier inleggen en opvangen Eisen waar het papier aan moet voldoen ......2-2 Te gebruiken papier .
Pagina 7
Voor Windows XP/Server 2003 ........3-39 Installeren met behulp van de installatie-CD-ROM ....3-39 Installeren met Plug and Play .
Pagina 8
Tabblad [Geavanceerd] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) ..4-34 Tabblad [Kleurbeheer] ........4-35 Tabblad [Beveiliging] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) .
Pagina 9
Het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] weergeven ... . 5-5 Tonercartridges vervangen........5-7 Voorzorgsmaatregelen voor het hanteren van tonercartridges .
Pagina 10
Papierstoring achter de printer........7-13 Papierstoring in de drumcartridge ....... . .7-26 Onderhoudsbeurt .
Inleiding Wij danken u dat u de Canon LBP5200 hebt aangeschaft. Wij verzoeken u met klem, voordat u de printer in gebruik neemt, deze instructiehandleiding geheel door te lezen, zodat u de functies volledig begrijpt en een effectiever gebruik van de printer kunt maken. Berg deze handleiding na het lezen op een veilige plaats op.
® ® Microsoft Windows Millennium Edition-besturingssysteem: Windows Me ® ® Microsoft Windows 2000-besturingssysteem: Windows 2000 ® ® Microsoft Windows XP-besturingssysteem: Windows XP ® Microsoft Windows Server 2003-besturingssysteem: Windows Server 2003 ® ® Microsoft Windows -besturingssysteem: Windows LASER SHOT LBP5200: LBP5200...
Juridische kennisgevingen Modelnaam De volgende namen kunnen worden gegeven voor de veiligheidsvoorschriften in elk van de verkoopregio's van deze Laser Beam Printer (laserprinter). Model 110 - 127 V: L10981A Model 220 - 240 V: L10981E FCC (Federal Communications Commission) Laserprinter, model L10981A ■...
Canon U.S.A. Inc. One Canon Plaza, Lake Success, NY 11042, Verenigde Staten Tel. Nr. (516) 328-5600 EMC-richtlijn (model 220-240 V) "Dit apparaat is in een representatief systeem getest op de technische vereisten van de EMC-richtlijn." • Om aan deze vereisten te voldoen is het gebruik van een afgeschermde kabel verplicht.
De normen en logo's zijn uniform voor alle deelnemende landen. Handelsmerken Canon, het Canon-logo, LASER SHOT, LBP en NetSpot zijn handelsmerken van Canon Inc. ® Adobe Acrobat is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
Afwijzen van aansprakelijkheid De informatie in deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. CANON INC. BIEDT TEN AANZIEN VAN DIT MATERIAAL GEEN GARANTIE VAN WELKE AARD DAN OOK, NOCH EXPLICIET, NOCH IMPLICIET, MET UITZONDERING VAN HET IN DIT DOCUMENT BEPAALDE, INCLUSIEF...
Wettelijke beperkingen t.a.v. productgebruik en gebruik van afbeeldingen Het is mogelijk dat het gebruik van het product voor het scannen, afdrukken of anderszins reproduceren van bepaalde documenten, alsmede het gebruik van dergelijke gescande, afgedrukte of anderszins via dit product gereproduceerde beelden of afbeeldingen van rechtswege is verboden en kan leiden tot strafrechtelijke vervolging of andere, civielrechtelijke procedures.
Belangrijke veiligheidsinstructies Lees vooral, voordat u dit product in gebruik neemt, dit hoofdstuk (Belangrijke veiligheidsinstructies) aandachtig door en let erop dat u dit product op juiste wijze gebruikt. Het doel van de waarschuwingen en aanwijzingen in dit hoofdstuk is te voorkomen dat de gebruiker en andere personen zich bezeren of verwonden en te voorkomen dat goederen beschadigd raken.
LET OP • Zet de printer niet op een instabiele ondergrond, een ongelijk oppervlak, of een andere wankele ondergrond, of op een plaats waar de printer bloot staat aan trillingen. Als de printer valt of het blad waarop hij staat kantelt, kan iemand gewond raken.
• Rol het netsnoer niet op en leg er geen knopen in. Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. • Kijk goed of de stekker wel goed in het stopcontact is gestoken. Als de stekker niet goed in het stopcontact zit, kan dat leiden tot brand en een elektrische schok. •...
Pagina 21
• Als de printer vreemde geluiden laat horen, als er rook of een ongebruikelijke geur uitkomt of als de printer uitzonderlijk heet wordt, zet het apparaat dan onmiddellijk uit en koppel de USB-kabel los, als die is aangesloten. Trek hierna de stekker uit het stopcontact en neem contact op met de winkel waar u de printer hebt gekocht.
- Verwijder het waarschuwingslabel op de klep van de laser-aftasteenheid niet. - Als de laserstraal buiten de printer komt, kan blootstelling hieraan leiden tot ernstige beschadiging van uw ogen. - De LBP5200 is officieel ingedeeld bij de Klasse 1-laserproducten volgens IEC60825-1:1993.
LET OP • Pleeg nooit zelf enig ander onderhoud aan de printer dan het onderhoud dat wordt beschreven in deze handleiding. In de printer bevinden zich geen onderdelen waar de gebruiker onderhoud aan kan verrichten. Wijzig alleen de instellingen die in de bedieningsinstructies worden behandeld.
Pagina 24
LET OP Berg tonercartridges en andere benodigdheden op buiten het bereik van jonge kinderen. Als toner uit een tonercartridge wordt ingeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.
Voordat u deze printer in gebruik neemt HOOFDSTUK In dit hoofdstuk worden de belangrijkste kenmerken en de basisfuncties van de printer beschreven. Wat deze printer zo speciaal maakt ......... 1-2 Componentnamen en functies .
■ High Performance Printing System "CAPT" Dit is de eerste kleurenprinter die is voorzien van Canon's nieuwste high-performance printsysteem voor het Windows-besturingssysteem, CAPT (Canon Advanced Printing Technology). Met dit systeem kan de gegevensverwerking die voorheen tijdens het...
■ Ondersteuning voor diverse typen media De LBP5200 kan afdrukken op verschillende typen media, waaronder gewoon papier, zwaar papier, enveloppen, systeemkaartjes en transparanten (alleen zwart-wit). ■ Netwerkprinter U kunt, als u de als optie verkrijgbare netwerkkaart installeert, de LBP5200 gebruiken als een Ethernet-netwerkprinter.
Componentnamen en functies Dit deel van de handleiding geeft een beschrijving van de naam en functie van elk onderdeel van de printer zodat u de printer goed kunt gebruiken en het volledig rendement kunt halen uit de mogelijkheden van de printer. LET OP Omdat deze printer ventilatiesleuven heeft (sleuven voor inkomende en uitgaande lucht) is het belangrijk dat u erop let dat de printer zo wordt opgesteld...
c c c c Indicatielampjes en toets voor f f f f Hulpblad tonervervanging Trek dit blad naar buiten als u papier in de multifunctionele lade legt. Denk eraan dat u eerst dit De indicatielampjes duiden de status van de printer blad uittrekt en voordat u papier in de aan en de toets gebruikt u wanneer u de multifunctionele lade gaat leggen.
g g g g Uitbreidingssleuf h h h h Ventilatiesleuven (luchtuitlaat) Deze uitbreidingssleuf is bedoeld voor de als optie De luchtuitlaatsleuven zijn bedoeld om de verkrijgbare interne netwerkkaart. (Zie pag. 6-12) componenten binnenin de printer te koelen. Binnenin de printer a a a a Label met serienummer b b b b Sleuven voor de tonercartridges Het serienummer dat is bedoeld voor de identificatie...
Lampjes en toets voor tonervervanging OPMERKING U kunt ook gedetailleerde informatie over de status van de printer opvragen in het printerstatusvenster op de computer die u gebruikt. Zie "Printerstatusvenster," op pag. 4-74 voor nadere bijzonderheden over het printerstatusvenster. a a a a Tonerlampje (rood) c c c c Papierlampje (rood) Aan: De printer staat in de "Stand voor het Knippert: Het papier in de printer is op of het papier...
Het netsnoer aansluiten In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het netsnoer moet aansluiten aan de printer. Lees voordat u de printer aansluit "Belangrijke veiligheidsinstructies," op pag. xv. Het netsnoer aansluiten WAARSCHUWING • Breng geen krassen, beschadigingen of wijzigingen aan aan het netsnoer. Zet geen zware dingen op het snoer, trek er niet aan en breng er geen scherpe knikken in aan.
Pagina 34
- Wanneer u een verlengsnoer gebruikt, rol het snoer dan uit steek de stekker geheel in de contrastekker van het verlengsnoer zodat er een stevige verbinding ontstaat tussen het netsnoer en het verlengsnoer. - Controleer zo nu en dan of het verlengsnoer niet te warm wordt. LET OP •...
Pagina 35
Steek het meegeleverde netsnoer stevig in de stroomaansluiting op de printer. Steek de stekker in het stopcontact. 1-10 Het netsnoer aansluiten...
De printer Aan- en Uitzetten U kunt de printer aan- en uitzetten met de Aan-/Uit-schakelaar aan de linkerzijde van de printer-behuizing. Wen u een vaste manier van werken aan zodat u niet voor onverwachte problemen komt te staan. De printer aanzetten Zet, als u de printer wilt gaan gebruiken, de Aan-/Uit-schakelaar op On.
De indicatorlampjes op de printer gaan branden en de printer begint met een zelfdiagnose van de hoofd-unit en de accessoires (als optie verkrijgbaar). Als er geen onregelmatigheden worden gevonden tijdens de zelfdiagnose, gaat het Gereed-lampje (blauw) branden en is de printer gereed voor gebruik. Branden De printer uitzetten Ga als volgt te werk als u de printer wilt uitzetten.
Pagina 38
BELANGRIJK Wanneer de aan/uit-schakelaar niet is ingedrukt, gebruikt de printer geen stroom. De printer Aan- en Uitzetten 1-13...
• Deze printer gebruikt bi-directionele communicatie. Het is niet getest of de printer ook goed werkt met uni-directionele communicatie-apparatuur en daarom kan Canon niet een goede werking garanderen wanneer de printer is aangesloten via uni-directionele print-servers, USB-hubs en schakelapperatuur.
Pagina 40
- Windows 2000/XP/Server 2003: USB 2.0 Hi-Speed/USB Full-Speed (gelijk aan USB 1.1) • Wanneer u deze printer met een USB-kabel op een computer aansluit, let er dan op dat de fabrikant de werking van USB-poort garandeert. • Er wordt niet een USB-kabel bij deze printer geleverd. Schaf een USB-kabel aan die past bij de computer die u gebruikt.
Een LAN-kabel gebruiken Is de netwerkkaart (AXIS 1611, als optie verkrijgbaar) geïnstalleerd, dan kunt u de printer met een LAN-kabel op een netwerk aansluiten. Schaf apart eventueel benodigde kabels, hubs, enz. aan. OPMERKING • Zie voor nadere bijzonderheden over het installeren van de netwerkkaart "De netwerkkaart (AXIS 1611) installeren,"...
Pagina 42
• Kijk of er een poort beschikbaar is op de hub waarop u een aansluiting wilt maken. Zijn er geen poorten beschikbaar, dan moet de hub worden uitgebreid. OPMERKING Sluit u de printer aan op een 100BASE-TX Ethernet-netwerk, dan moeten alle hubs, LAN-kabels, computer-netwerkkaarten en andere apparaten die op het LAN worden aangesloten, 100BASE-TX ondersteunen.
Papier inleggen en opvangen HOOFDSTUK Dit hoofdstuk geeft uitleg over de papiersoorten die geschikt zijn voor deze printer en over het gebruik van de papierbron en de opvangbakken. Eisen waar het papier aan moet voldoen ........2-2 Te gebruiken papier .
Eisen waar het papier aan moet voldoen Te gebruiken papier Gebruik het juiste soort papier zodat u het maximale rendement haalt uit deze printer. Als u papier gebruikt van een slechte kwaliteit, gaat de afdrukkwaliteit achteruit en zal het papier gemakkelijk vast komen te zitten. BELANGRIJK •...
Papierbron Cassette 1 Papierformaat Afmetingen Multifunctionele (als optie lade verkrijgbaar) Envelop B5 176,0 mm x 250,0 mm Systeemkaart 76,2 mm x 127,0 mm Aangepast papierformaat Breedte: 76,2 - 215,9 mm Hoogte: 127,0 - 355,6 mm Papiersoorten U kunt in deze printer de volgende soorten papier gebruiken. Het symbool "O" duidt papiersoorten aan die u in de laden van de printer kunt leggen en de "X"...
Pagina 47
■ Normaal papier Deze printer kan afdrukken op gewoon papier met een breedte van 76,2 tot 215,9 mm, een lengte van 127,0 tot 355,6 mm en een gewicht van 64 tot 105 g/m , inclusief de standaardpapierformaten: A4, B5, A5, Legal, Letter en Executive. Normaal papier kunt u laden in de multifunctionele lade of in de papiercassette (alleen wanneer de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) is geïnstalleerd).
Pagina 48
BELANGRIJK • U kunt de volgende enveloppen niet gebruiken in deze printer. Het gebruik van deze enveloppen kan leiden tot papierstoringen die u mogelijk moeilijk kunt oplossen of die de printer beschadigen. - Enveloppen met sluitclips of druksluitingen - Enveloppen met adresvensters - Enveloppen met kleefstof op de te bedrukken zijde - Gevouwen of gekreukte enveloppen - Enveloppen van slecht fabrikaat met ongelijk gelijmde delen...
Afdrukgebied Deze printer heeft het volgende afdrukgebied. ■ Normaal papier/Zwaar papier/Transparanten Printen op minder dan 5 mm van de randen van het papier is niet mogelijk. 5 mm 5 mm 5 mm 5 mm ■ Envelop Printen op minder dan 10 mm van de randen van een envelop is niet mogelijk. Afhankelijk van de toepassing die u gebruikt voor het printen kan het tijdens het afdrukken nodig zijn de positie van de enveloppen aan te passen.
Papier dat u niet kunt gebruiken Gebruik geen van de volgende papiersoorten als u problemen, zoals papierstoringen en beschadiging van de printer, wilt voorkomen. BELANGRIJK • Papier dat snel blijft steken in de printer - Te dik of te dun papier - Papier met een onregelmatige vorm - Nat of vochtig papier - Gescheurd of beschadigd papier...
Opslag van blanco papier Zelfs van gewoon papier kan de kwaliteit achteruitgaan als het niet goed wordt bewaard. Papier waarvan de kwaliteit achteruit is gegaan, kan problemen geven bij het invoeren, kan papierstoringen veroorzaken en kan een mindere afdrukkwaliteit geven. Neem bij de opslag en behandeling van papier de volgende richtlijnen in acht: BELANGRIJK •...
Pagina 52
• Als u afdrukken lange tijd bewaart (2 jaar of langer), bewaar ze dan in een map/ordner (Na lange tijd kunnen de kleuren van de afdrukken vervaagd lijken als gevolg van de verkleuringen in het papier.) Eisen waar het papier aan moet voldoen...
Papierbronnen In de standaardconfiguratie van de printer wordt alleen de multifunctionele lade gebruikt. Als u de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) plaatst, kunt u uit in totaal twee papierbronnen papier aanvoeren. Type papierbron Deze printer heeft de volgende voorzieningen voor het aanvoeren van papier: ■...
Capaciteit papierbron Papierbron Papiersoort Multifunctionele lade Cassette 1 Normaal papier (64 g/m Ca. 125 vel 250 vel Zwaar papier (135 g/m Ca. 80 vel Transparant Ca. 60 vel (Alleen voor afdrukken in zwart-wit) Envelop Ca. 10 vel Selectie papierbron U kunt de papierbron kiezen in het tabblad [Papierbron] in het printerstuurprogramma.
Pagina 55
Naam Instelwaarde Toelichting instelling Gebruikt dezelfde papierbron voor de gehele afdruktaak. Als u echter de optie [Auto] hebt geselecteerd voor [Papierbron] en als u [Doorgaan met afdrukken bij Hetzelfde papier voor alle multifunctionele lade] hebt pagina's geselecteerd, schakelt de printer de papierbron automatisch over naar de multifunctionele lade Papierselectie...
Pagina 56
Naam Instelwaarde Toelichting instelling Bepaalt of de printer Doorgaan met automatisch papier moet afdrukken uit aanvoeren uit multifunctionele multifunctionele lade lade* wanneer cassette 1 tijdens een afdruktaak leeg raakt. * U kunt deze instellingen alleen kiezen wanneer de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) is geïnstalleerd.
Papieruitvoer Type opvangbak Deze printer is uitgerust met twee opvangbakken, de "opvangbak" bovenop de printer en de "secundaire opvangbak" aan de achterzijde. ■ Opvangbak Pagina's komen in de opvangbak bovenop de printer terecht met de bedrukte zijde naar beneden. OPMERKING De maximale capaciteit van de opvangbak is ongeveer 125 vellen gewoon papier (64 g/m ■...
BELANGRIJK Verwijder papier dat in de secundaire opvangbak terecht komt, vel voor vel uit de bak wanneer het uit de printer komt. Capaciteit papieropvangbakken De papieropvangbak en de secundaire opvangbak hebben de volgende capaciteit. Papierbron Papiersoort Opvangbak Secundaire opvangbak Normaal papier (64 g/m Ca.
Selectie opvangbak Overschakelen naar de secundaire opvangbak Als u de secundaire opvangbak wilt gebruiken, hoeft u die maar te openen. LET OP De fuseereenheid bevindt zich in de secundaire opvangbak. Let erop dat u tijdens het printen niets aanraakt in de buurt van de fuseereenheid, de printer wordt hier heet.
Afdrukken uit de multifunctionele lade U kunt maximaal 125 vel papier (64 g/m ) met afmetingen van 76,2 tot 215,9 mm breed en 127,0 tot 355,6 mm lang in de multifunctionele lade leggen. U kunt ook transparanten, enveloppen en ander papier in deze cassette leggen, dat u niet in de papiercassette kunt leggen.
De multifunctionele lade openen en sluiten De multifunctionele lade openen Open de multifunctionele lade als volgt. Open de multifunctionele lade. Pak de handgreep die zich in het midden van printer bevindt, vast en open de multifunctionele lade. Trek het hulpblad uit. BELANGRIJK Let erop dat u eerst het hulpblad naar voren trekt voordat u papier in de multifunctionele lade legt.
Open het uitschuifblad bij het inleggen van langer papier, bijvoorbeeld A4. De multifunctionele lade sluiten Sluit de multifunctionele lade als volgt. Houd de multifunctionele lade gesloten wanneer u de lade niet gebruikt. Neem papier dat zich nog in de lade bevindt, uit de lade, sluit het uitschuifblad en breng het hulpblad weer in de oorspronkelijke stand.
Sluit de multifunctionele lade. Printen op gewoon papier, zwaar papier of transparanten Ga als volgt te werk als u gewoon papier, zwaar papier of transparanten in de printer wilt leggen. BELANGRIJK • Transparanten kunnen alleen in zwart-wit worden afgedrukt. • Waaier de transparanten goed uit voordat u ze in de lade legt, want ze plakken gemakkelijk aan elkaar.
Wanneer u transparanten inlegt, waaier dan kleine stapeltjes goed uit en laat geen bladen uit de stapel steken. Zorg dat er geen bladen uitsteken, Waaier een paar bladen tegelijk uit stoot de stapel een paar keer licht op een vlakke ondergrond LET OP Zorg er bij het inleggen van het papier voor dat u uw handen niet snijdt aan de randen.
Pagina 65
LET OP Zorg er bij het inleggen van het papier voor dat u uw handen niet snijdt aan de randen. BELANGRIJK • U kunt de volgende aantallen vellen papier in de multifunctionele lade leggen. - Normaal papier: Ongeveer 125 vel (64 g/m - Zwaar papier Ongeveer 80 vel (128 g/m - Transparant:...
OPMERKING Als u wilt printen op papier dat al is bedrukt met een briefhoofd of een logo, leg het papier dan zo in dat de bedrukte zijde boven ligt, zoals u hieronder kunt zien. : Richting papierdoorvoer : Richting papierdoorvoer Stel de papiergeleiders zo af dat zij beide zijden van de stapel raken.
Pagina 67
BELANGRIJK • Let er altijd op dat de papiergeleiders juist staan afgesteld op de breedte van het papier. Als de papiergeleiders te breed of te smal staan afgesteld, zal het papier niet goed worden doorgevoerd en dat geeft papierstoringen. • Bewaar een ongeopend pak transparanten bij een temperatuur tussen 0 en 35 °...
Het dialoogvenster Eigenschappen voor de printer wordt weergegeven. Open het tabblad [Pagina-indeling], stel het veld [Paginaformaat] in op het formaat van het document dat u hebt aangemaakt in de toepassing. Stel, als dat nodig is, het [Uitvoerformaat] in op het formaat van het papier dat u hebt ingelegd in de lade.
BELANGRIJK Als de instellingen [Paginaformaat] en [Uitvoerformaat] verschillen, vergroot of verkleint de printer automatisch de afdruk. Ga naar het tabblad [Papierbron] en stel de optie [Papierbron] in op [Multifunctionele lade]. Als u de instelling [Papierselectie] instelt op een andere waarde dan [Hetzelfde papier voor alle pagina's], wordt het veld [Papierbron] vervangen door [Eerste pagina], [Overige pagina's] en andere velden, maar worden deze allemaal op dezelfde wijze geconfigureerd als de instelling [Papierbron].
Wijzig de instelling [Papiersoort] in overeenstemming met het soort papier in de papierlade. Kies [Normaal papier] voor gewoon papier, [Zwaar papier] voor dik papier en karton en [Transparanten] voor transparanten. Sluit het dialoogvenster [Eigenschappen] door op [OK] te klikken. Afdrukken uit de multifunctionele lade 2-27...
U start het afdrukken met een klik op [OK]. Enveloppen afdrukken Ga als volgt te werk als u enveloppen in de multifunctionele lade wilt leggen. BELANGRIJK • U kunt de volgende enveloppen in deze printer gebruiken: Envelop DL Envelop Monarch Envelop B5 (110,0 mm x 220,0 mm) (98,0 mm x 191,0 mm)
- Gevouwen of gekreukte enveloppen - Enveloppen van slecht fabrikaat met ongelijk gelijmde delen - Enveloppen met een onregelmatige vorm • Voordat u de enveloppen inlegt, drukt u de stapel enveloppen in elkaar om alle nog aanwezige lucht eruit te persen en geen van de randen te laten uitsteken. •...
Pagina 73
LET OP Let goed op dat u bij het inleggen uw handen niet snijdt aan de randen van de enveloppen. Maak de stijve hoeken van de enveloppen wat los en strijk eventuele oneffenheden glad (zie afbeelding). Lijn de randen van de enveloppen uit op een vlak oppervlak. 2-30 Afdrukken uit de multifunctionele lade...
Leg de stapel enveloppen in de lade met de flap gesloten en geplaatst aan de linkerzijde, en met de adreszijde omhoog. Leg de stapel voorzichtig in de lade tot aan de achterzijde van de multifuncitionele lade (zie afbeelding). Let erop dat de ingelegde stapel papier niet boven de op de papiergeleiders aangeduide hoogte uitkomt.
Pagina 75
• Als u enveloppen van het type "Envelop B5" afdrukt, legt u deze in met gesloten flap en met de bovenrand het eerst in de printer. Stel de papiergeleiders zo af dat zij beide zijden van de stapel raken. BELANGRIJK •...
Pagina 76
Nu bent u zo ver dat u de instellingen van het printerstuurprogramma kunt opgeven. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van de toepassing. Selecteer de naam van deze printer in het veld [Naam] of [Printernaam] en klik op [Eigenschappen]. Het dialoogvenster Eigenschappen voor de printer wordt weergegeven. Open het tabblad [Pagina-indeling], stel het veld [Paginaformaat] in op het formaat van het document dat u hebt aangemaakt in de toepassing.
Pagina 77
OPMERKING Stelt u het paginaformaat in op [Envelop DL], [Envelop COM10], [Envelop C5], [Envelop Monarch] of [Envelop B5] dan wordt een melding weergegeven en wordt het papiersoort automatisch ingesteld op [Envelop]. Stel, als dat nodig is, het veld [Uitvoerformaat] in op het formaat van het papier dat u in de lade hebt gelegd.
Pagina 78
Sluit het dialoogvenster [Eigenschappen] door op [OK] te klikken. U start het afdrukken met een klik op [OK]. Afdrukken uit de multifunctionele lade 2-35...
Afdrukken uit de papiercassette In de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) kunt u maximaal 250 vel normaal papier (64 g/m ) van de formaten A4, B5, A5, Legal, Letter en Executive in de papiercassette (Cassette 1) leggen. Als de papierlade leeg raakt, gaat het lampje papier bijvullen (rood) knipperen en moet u meer papier inleggen.
Pagina 80
• Vul de lade pas weer wanneer al het papier is opgebruikt. Als u de cassette bijvult voordat deze leeg is, kan dat storingen bij het invoeren van papier tot gevolg hebben. • Raak het zwarte rubberen blok in de papiercassette niet aan. Dat kan storingen bij het invoeren van papier tot gevolg hebben.
Vergrendel de plaat in de papiercassette door deze naar beneden te drukken. LET OP Wanneer de plaat in de papiercassette vergrendeld is, raak dan niet het ontgrendelingsmechanisme aan de linker- en rechterzijde van de papiercassette aan. Als u het mechanisme aanraakt, springt de plaat met kracht omhoog en dat kan persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
Pagina 82
LET OP Zorg er bij het inleggen van het papier voor dat u uw handen niet snijdt aan de randen. BELANGRIJK • Controleer altijd of de papiergeleider in de stand staat die hoort bij het papier dat u inlegt. Als de papiergeleider niet in de stand staat die hoort bij het papier dat u inlegt, kunnen storingen bij het invoeren van het papier ontstaan.
Pagina 83
OPMERKING Als u wilt printen op papier dat al is bedrukt met een briefhoofd of een logo, leg het papier dan zo in dat de bedrukte zijde boven ligt, zoals u hieronder kunt zien. : Richting papierdoorvoer : Richting papierdoorvoer 2-40 Afdrukken uit de papiercassette...
Druk aan beide zijden op de stapel papier om er zeker van te zijn dat het papier goed wordt aangedrukt door de papiergeleiders aan de zijkant. Kijk of er wel voldoende ruimte is tussen de nokjes en de stapel papier. Als er geen ruimte tussen is, neem dan weer wat papier uit de lade.
Plaats de papiercassette in de printer. Druk de papiercassette stevig in de printer totdat de voorzijde van de cassette gelijk is met het voorzijdepaneel van de printer. ● Aanduiding papierniveau De papiercassette heeft een aanduiding voor het papierniveau die laat zien hoeveel papier er nog in de cassette zit.
Het papierformaat van de papiercassette wijzigen Ga als volgt te werk als u het formaat van het papier in de papiercassette wilt wijzigen. De papierformaten die in de papiercassette kunt leggen, zijn A4, B5, A5, Legal, Letter en Executive. BELANGRIJK Controleer altijd of de papiergeleider in de stand staat die hoort bij het papier dat u inlegt.
Pagina 87
Neem het papier dat nog in de cassette ligt, uit de cassette. Vergrendel de plaat in de papiercassette door deze naar beneden te drukken. LET OP Wanneer de plaat in de papiercassette vergrendeld is, raak dan niet het ontgrendelingsmechanisme aan de linker- en rechterzijde van de papiercassette aan.
Pagina 88
Knijp de hendel van het vergrendelingsmechanisme van de achterste papiergeleider in en schuif de geleider naar de positie die hoort bij het papierformaat dat u wilt gebruiken. Stel het op de papiergeleider aangegeven papierformaat in tegenover de markering met BELANGRIJK Gebruikt u papier van het formaat B5 (182 mm x 257 mm) stel de papiergeleider dan in op [B5-JIS].
BELANGRIJK Gebruikt u papier van het formaat B5 (182 mm x 257 mm), stel de papiergeleiders dan in op de stand die in de tabel wordt getoond ([B5-JIS]). Gebruik niet de stand [B5-ISO]. Stand [B5-ISO] Stand [B5-ISO] Leg het papier in de papiercassette en plaats de cassette terug in de printer.
Voor Windows XP Home Edition: Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Start] en klik vervolgens op [Printers en andere hardware] ➞ [Printers en faxapparaten]. Selecteer het pictogram [Canon LBP5200], selecteer vervolgens [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] (Voor Windows 2000/XP/Server 2003) of [Eigenschappen] (Voor Windows 98/Me) uit het menu [Bestand].
Het dialoogvenster [Eigenschappen] voor de printer wordt weergegeven. Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en klik op [ (Printerstatusvenster weergeven). Het Printerstatusvenster verschijnt. Selecteer [Papierformaat registreren] in het menu [Opties] van het Printerstatusvenster. Het dialoogvenster [Papierformaat registreren] wordt weergegeven. 2-48 Afdrukken uit de papiercassette...
Pagina 92
Selecteer bij [Cassette 1] het formaat van het papier in de papiercassette en klik vervolgens op [OK]. Afdrukken uit de papiercassette 2-49...
De afdrukomgeving instellen HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft het installeren van het printerstuurprogramma op uw computer en de instellingen van het printerstuurprogramma in een netwerkomgeving. Inleiding ............. . 3-2 Na de installatie van de printer .
Inleiding Na de installatie van de printer Voer de volgende taken uit nadat u de printer hebt geïnstalleerd: ■ Het printerstuurprogramma installeren Het printerstuurprogramma is een stuk software dat nodig is wanneer u print met toepassingssoftware. U kunt instellingen die verband houden met het printen configureren met behulp van het printerstuurprogramma.
Systeemvereisten Uw besturingssysteem moet voldoen aan de volgende eisen als u het printerstuurprogramma wilt gebruiken: ■ Besturingssysteem • Microsoft Windows 98 • Microsoft Windows Me • Microsoft Windows 2000 Server/Professional • Microsoft Windows XP Professional/Home Edition • Microsoft Windows Server 2003 (alleen versie voor 32-bit processor) - Werkomgeving Windows 98/Me Windows 2000/XP/Server 2003...
Pagina 97
• Deze printer gebruikt bi-directionele communicatie. Het is niet getest of de printer ook goed werkt met uni-directionele communicatie-apparatuur en daarom kan Canon niet een goede werking garanderen wanneer de printer is aangesloten via uni-directionele print-servers, USB-hubs en schakelapperatuur. Inleiding...
De CAPT-software installeren In dit gedeelte leert u de CAPT-software installeren op een computer die rechtstreeks met een USB-kabel op de printer is aangesloten. • Voor Windows 98/Me (Zie pag. 3-6) • Voor Windows 2000 (Zie pag. 3-23) • Voor Windows XP/Server 2003 (Zie pag. 3-39) BELANGRIJK •...
Voor Windows 98/Me De schermafbeeldingen die in dit hoofdstuk als voorbeeld worden getoond, zijn uit Windows Me. Installeren vanaf de installatie-CD-ROM Let erop dat de printer uitstaat en dat de computer en de printer niet op elkaar zijn aangesloten door middel van een USB-kabel.
Pagina 100
Controleer of de juiste taal is gekozen en klik op [Ja]. Nadat de voorbereidingen voor de installatie zijn voltooid, start het installatieprogramma voor CAPT (Canon Advanced Printing Technology) op en verschijnt het dialoogvenster van de [installatiewizard]. Klik op [Volgende].
Pagina 101
Lees en bevestig de inhoud hiervan, selecteer [Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst] en klik op [Volgende]. Selecteer het selectievakje [Printerstuurprogramma installeren via een USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Afhankelijk van uw systeem kan er een melding op uw scherm verschijnen waarin u wordt gevraagd uw computer opnieuw op te starten.
Sluit de printer met de USB-kabel op de computer aan wanneer het volgende venster op uw scherm verschijnt en zet de printer aan. Sluit de printer met de USB-kabel op de computer aan. Zet de printer aan door op de Aan/Uit-schakelaar te drukken. De installatie van het stuurprogramma voor de USB-klasse en van het printerstuurprogramma start automatisch.
Selecteer [Ja, ik wil de computer nu opnieuw opstarten.] en klik vervolgens op de knop [Afsluiten], wanneer het scherm verschijnt waarin wordt gemeld dat de installatie is voltooid. Windows start opnieuw op. Hiermee is de installatie van het printerstuurprogramma voor de USB-klasse en van het printerstuurprogramma voltooid.
● Voor Windows Me Ga door met stap 2, als het volgende dialoogvenster verschijnt. Ga door met stap 9, als het volgende dialoogvenster verschijnt. ● Voor Windows 98: Als het volgende dialoogvenster verschijnt, klikt u op [Volgende] en gaat u door met stap 2.
Pagina 105
Als het volgende dialoogvenster verschijnt, klikt u op [Volgende] en gaat u door met stap 9. Selecteer [De locatie van het stuurprogramma opgeven (geavanceerd)] en klik op [Volgende]. Voor Windows 98: Selecteer [Zoek naar het beste stuurprogramma. (aanbevolen)] en klik op [Volgende]. Een dialoogvenster wordt getoond waarin u kunt opgeven waar naar het stuurprogramma moet worden gezocht.
Pagina 106
Selecteer [Zoek naar het beste stuurprogramma. (aanbevolen).] en deactiveer [Verwisselbaar medium (diskette, cd-rom...)], selecteer vervolgens [Geef een locatie op]. Voor Windows 98: Deactiveer [Diskettestations] en [Cd-rom-stations] en selecteer [Een op te geven locatie]. Klik op [Bladeren] en selecteer een map. Voor Windows Me: Selecteer [D:\Dutch\USBPORT\WinMe] en klik op [OK].
Controleer of de juiste map wordt weergegeven in het veld [Geef een locatie op] en klik op [Volgende]. Klik op [Volgende]. De installatie van het stuurprogramma van de USB-klasse start. Klik op [Voltooien]. De computer vindt automatisch de printer. Een ogenblik geduld, a.u.b. 3-14 De CAPT-software installeren...
Pagina 108
Het dialoogvenster [Wizard Nieuwe hardware] verschijnt. Klik voor Windows 98 op [Volgende]. Selecteer [De locatie van het stuurprogramma opgeven (geavanceerd)] en klik op [Volgende]. Voor Windows 98: Selecteer [Zoek naar het beste stuurprogramma. (aanbevolen)] en klik op [Volgende]. Een dialoogvenster wordt getoond waarin u kunt opgeven waar naar het stuurprogramma moet worden gezocht.
Pagina 109
Selecteer [Zoek naar het beste stuurprogramma. (aanbevolen).] en deactiveer [Verwisselbaar medium (diskette, cd-rom...)], selecteer [Geef een locatie op]. Voor Windows 98: Deactiveer [Diskettestations] en [Cd-rom-stations] en selecteer [Een op te geven locatie]. Klik op [Bladeren] en selecteer een map. Selecteer [D:\Dutch\USBPORT\Win98_Me] en klik op [OK]. In dit geval wordt aangenomen dat "D:"...
Pagina 110
Controleer of de juiste map wordt weergegeven in het veld [Geef een locatie op] en klik op [Volgende]. Klik op [Volgende]. Geef een nieuwe naam op in het veld [Printernaam] als u de naam van de printer wilt wijzigen. Als er al eerder een printerstuurprogramma op de computer is geïnstalleerd, verschijnt het bericht [Wilt u dat Windows-programma's deze printer als standaardprinter gebruiken?].
Klik op [Voltooien]. Windows begint bestanden te kopiëren. Klik op [OK] wanneer het dialoogvenster Installatie voltooid verschijnt. Klik op [Voltooien]. Hiermee is de installatie van het printerstuurprogramma van de USB-klasse en van het printerstuurprogramma voltooid. Installeren met behulp van de [Wizard Printer toevoegen] OPMERKING Wanneer u de CAPT-software installeert met de [Wizard Printer toevoegen] moet de USB-poort waar u de printer op aansluit al eerder zijn geïnstalleerd.
Pagina 112
OPMERKING Het dialoogvenster [Wizard Printer toevoegen] wordt ook weergegeven na de volgende stappen. - Dubbelklik op [Deze computer] ➞ [Configuratiescherm] ➞ [Printers] ➞ [Printer toevoegen] (alleen Windows Me). - Dubbelklik op [Deze computer] ➞ [Printers] ➞ [Printer toevoegen] (alleen Windows 98). Klik op [Volgende].
Pagina 113
Klik op [Diskette]. Leg de geleverde CD-ROM "LBP5200 User Software" ("Gebruikers-software LBP5200") in het CD-ROM-station en klik op [Bladeren]. Klik op [Afsluiten] als CD-ROM-installatie verschijnt. Selecteer [D:\Dutch\USBPORT\Win98_Me] en klik op [OK]. In dit geval wordt aangenomen dat "D:" het CD-ROM-station is. Wat de letter van het CD-ROM-station werkelijk is, kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt.
Pagina 114
[OK]. Bijvoorbeeld, [D:\Dutch\Win98_Me] wordt getoond wanneer [D:] het CD-ROM-station is. "Canon LBP5200" wordt weergegeven in het dialoogvenster [Wizard Printer toevoegen]. Selecteer deze printer uit de lijst [Printers] en klik vervolgens op [Volgende].
Pagina 115
Geef een nieuwe naam op in het veld [Printernaam] als u de naam van de printer wilt wijzigen. Als er al eerder een printerstuurprogramma op de computer is geïnstalleerd, verschijnt het bericht [Wilt u dat Windows-programma's deze printer als standaardprinter gebruiken?]. Selecteer naar wens [Ja] of [Nee]. Klik op [Voltooien].
Voor Windows 2000 Installeren vanaf de installatie-CD-ROM Let erop dat de printer uitstaat en dat de computer en de printer niet op elkaar zijn aangesloten door middel van een USB-kabel. BELANGRIJK Op een bepaald punt tijdens de installatieprocedure (Stap 11 ➞ pag. 3-26) sluit u •...
Pagina 117
Controleer of de juiste taal is gekozen en klik op [Ja]. Nadat de voorbereidingen voor de installatie zijn voltooid, start het installatieprogramma voor CAPT (Canon Advanced Printing Technology) op en verschijnt het dialoogvenster van de [installatiewizard]. Klik op [Volgende].
Pagina 118
Lees en bevestig de inhoud hiervan, selecteer [Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst] en klik op [Volgende]. Selecteer het selectievakje [Printerstuurprogramma installeren via een USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Het bericht [Kan het installatieprogramma niet annuleren nadat het is gestart. Weet u zeker dat u het installatieprogramma nu wilt starten?] verschijnt.
Sluit de printer met de USB-kabel op de computer aan wanneer het volgende venster op uw scherm verschijnt en zet de printer aan. Sluit de printer met de USB-kabel op de computer aan. Zet de printer aan door op de Aan/Uit-schakelaar te drukken. De installatie van het stuurprogramma van de USB-klasse (geleverd bij het besturingssysteem) en van het printerstuurprogramma start automatisch.
Selecteer [Ja, ik wil de computer nu opnieuw opstarten.] en klik vervolgens op de knop [Afsluiten], wanneer het scherm verschijnt waarin wordt gemeld dat de installatie is voltooid. Windows start opnieuw op. Hiermee is de installatie van het printerstuurprogramma van de USB-klasse (geleverd bij het besturingssysteem) en van het printerstuurprogramma voltooid.
Pagina 121
Klik op [Volgende]. Selecteer [Zoeken naar een geschikt stuurprogramma voor dit apparaat (aanbevolen)] en klik op [Volgende]. OPMERKING Mogelijk wordt als naam van het apparaat [Onbekend] weergegeven. 3-28 De CAPT-software installeren...
Pagina 122
Deactiveer [Diskettestations] en [Cd-rom-stations], selecteer [Een op te geven locatie] en klik op [Volgende]. Leg de geleverde CD-ROM "LBP5200 User Software" ("Gebruikers-software LBP5200") in het CD-ROM-station en klik op [Bladeren]. Klik op [Afsluiten] als CD-ROM-installatie verschijnt. De CAPT-software installeren 3-29...
Selecteer [D:\Dutch\Win2K_XP]. Selecteer [CNAC3STK.INF] en klik op [Openen]. In dit geval wordt aangenomen dat "D:" het CD-ROM-station is. Wat de letter van het CD-ROM-station werkelijk is, kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt. Kijk goed of het juiste pad wordt getoond in het veld [Bestanden van fabrikant kopiëren van] en klik op [OK].
Pagina 124
Klik op [Volgende]. Windows begint bestanden te kopiëren. Het dialoogvenster [Bezig met het voltooien van de wizard Nieuwe hardware gevonden] verschijnt. OPMERKING Klik op [Ja] als het dialoogvenster [Kan digitale handtekening niet vinden] verschijnt. Klik op [Voltooien]. Hiermee is de installatie van het printerstuurprogramma van de USB-klasse (geleverd bij het besturingssysteem) en van het printerstuurprogramma voltooid.
Installeren met behulp van de [Wizard Printer toevoegen] BELANGRIJK Als u een testpagina wilt afdrukken, controleer dan, vóórdat u de CAPT-software installeert, of de printer op de juiste wijze is aangesloten op de computer en of de printer is aanstaat. OPMERKING Wanneer u de CAPT-software installeert met de [Wizard Printer toevoegen] moet de USB-poort waar u de printer op aansluit al eerder zijn geïnstalleerd.
Klik op [Volgende]. Controleer of [Lokale printer] is geselecteerd en klik op [Volgende]. OPMERKING Selecteer niet de optie [Mijn Plug en Play-printer automatisch detecteren en installeren]. De CAPT-software installeren 3-33...
Pagina 127
Selecteer de USB-poort waar u de printer op gaat aansluiten en klik op [Volgende]. Klik op [Diskette]. Leg de geleverde CD-ROM "LBP5200 User Software" ("Gebruikers-software LBP5200") in het CD-ROM-station en klik op [Bladeren]. Klik op [Afsluiten] als CD-ROM-installatie verschijnt. 3-34 De CAPT-software installeren...
Pagina 128
Bevestig het pad dat wordt getoond in het veld [Bestanden van fabrikant kopiëren van] en klik vervolgens op [OK]. Bijvoorbeeld, [D:\Dutch\Win2K_XP] wordt getoond wanneer [D:] het CD-ROM-station is. "Canon LBP5200" wordt weergegeven in het dialoogvenster [Wizard Printer toevoegen]. De CAPT-software installeren 3-35...
Pagina 129
Klik op [Volgende]. Geef een nieuwe naam op in het veld [Printernaam] als u de naam van de printer wilt wijzigen en klik daarna op [Volgende]. Als er al eerder een printerstuurprogramma op de computer is geïnstalleerd, verschijnt het bericht [Wilt u dat uw Windows-programma's deze printer als standaardprinter gebruiken?].
Pagina 130
Klik op [Volgende]. OPMERKING Selecteer [Delen als] en klik op [Volgende], als u de printer wilt delen over het netwerk. In het scherm dat verschijnt kunt u voor de printer een [Locatie] en [Opmerking] opgeven. Voer deze informatie naar wens in en klik op [Volgende]. Selecteer [Ja] en klik op [Volgende], als u een testpagina wilt afdrukken.
Pagina 131
Klik op [Voltooien]. Windows begint bestanden te kopiëren. Als u een testpagina laat afdrukken, verschijnt er een dialoogvenster, wanneer de pagina klaar is. Sluit dit dialoogvenster met een klik op [OK]. OPMERKING Klik op [Ja] als het dialoogvenster [Kan digitale handtekening niet vinden] verschijnt.
Voor Windows XP/Server 2003 De schermafbeeldingen in dit gedeelte zijn ontleend aan Windows XP. Installeren met behulp van de installatie-CD-ROM Let erop dat de printer uitstaat en dat de computer en de printer niet op elkaar zijn aangesloten door middel van een USB-kabel.
Pagina 133
Controleer of de juiste taal is gekozen en klik op [Ja]. Nadat de voorbereidingen voor de installatie zijn voltooid, start het installatieprogramma voor CAPT (Canon Advanced Printing Technology) op en wordt het dialoogvenster van de [installatiewizard] weergegeven. Klik op [Volgende].
Pagina 134
Lees de inhoud van de overeenkomst, selecteer [Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst] en klik vervolgens op [Volgende]. Selecteer [Printerstuurprogramma installeren via een USB-verbinding] en klik op [Volgende]. Als u een besturingssysteem gebruikt dat is uitgerust met Windows Firewall, bijvoorbeeld Windows XP Service Pack 2, verschijnt het volgende venster.
Pagina 135
Klik op [Nee] als u Windows Firewall zo wilt configureren dat communicatie met cliënt-computers niet mogelijk is. Het bericht [Kan het installatieprogramma niet annuleren nadat het is gestart. Weet u zeker dat u het installatieprogramma nu wilt starten?] verschijnt. Klik op [Ja]. OPMERKING Klik op [Toch doorgaan] als het dialoogvenster [Software-installatie] verschijnt.
Zet de printer aan door op de Aan/Uit-schakelaar te drukken. De installatie van het stuurprogramma van de USB-klasse (geleverd bij het besturingssysteem) en van het printerstuurprogramma start automatisch. OPMERKING • Raadpleeg "Installatieproblemen," op pag. 7-41 als de computer niet automatisch de printer herkent nadat u de USB-kabel hebt aangesloten.
Installeren met Plug and Play BELANGRIJK Controleer, voordat u de CAPT-software installeert met Plug and Play, of de printer juist is aangesloten op de computer en of de printer is aanstaat. Zet de computer aan en start Windows XP/Server 2003. Log in als gebruiker die lid is van de groep Beheerders.
Pagina 138
Selecteer [Op de onderstaande locaties naar het beste stuurprogramma zoeken] en deactiveer het selectievakje bij [Op verwisselbare media zoeken (b.v. op een diskette of cd-rom)] en selecteer vervolgens [Ook op deze locatie zoeken]. Klik op [Bladeren] en selecteer een map. Selecteer [D:\Dutch\Win2K_XP] en klik op [OK].
Pagina 139
Kijk goed of het juiste pad wordt getoond in het veld [Ook op deze locatie zoeken] en klik op [Volgende]. Er verschijnt een scherm waarin de voortgang van de installatie wordt getoond. Hierna verschijnt het dialoogvenster [De wizard Nieuwe hardware gevonden]. OPMERKING Klik op [Toch doorgaan] als het dialoogvenster [Hardware-installatie] verschijnt.
Hiermee is de installatie van het printerstuurprogramma van de USB-klasse (geleverd bij het besturingssysteem) en van het printerstuurprogramma voltooid. Installeren met behulp van de [Wizard Printer toevoegen] BELANGRIJK Als u een testpagina wilt afdrukken, controleer dan, vóórdat u de CAPT-software installeert, of de printer op de juiste wijze is aangesloten op de computer en of de printer is aanstaat.
Pagina 141
Klik op [Een printer toevoegen]. Voor Windows Server 2003: Dubbelklik op [Printer toevoegen]. Het dialoogvenster [Wizard Printer toevoegen] wordt geopend. Klik op [Volgende]. 3-48 De CAPT-software installeren...
Pagina 142
Controleer of [Lokale printer die met deze computer is verbonden] is geselecteerd en klik op [Volgende]. OPMERKING Selecteer niet de optie [Mijn Plug en Play-printer automatisch detecteren en installeren]. Controleer of [Deze poort gebruiken] is geselecteerd, selecteer de USB-poort waar u de printer op gaat aansluiten en klik op [Volgende].
Pagina 143
Klik op [Bladeren]. Leg de geleverde CD-ROM "LBP5200 User Software" ("Gebruikers-software LBP5200") in het CD-ROM-station en klik op [Bladeren]. Klik op [Afsluiten] als CD-ROM-installatie verschijnt. 3-50 De CAPT-software installeren...
Pagina 144
Bevestig het pad dat wordt getoond in het veld [Bestanden van fabrikant kopiëren van] en klik vervolgens op [OK]. Bijvoorbeeld, [D:\Dutch\Win2K_XP] wordt getoond wanneer [D:] het CD-ROM-station is. "Canon LBP5200" wordt weergegeven in het dialoogvenster [Wizard Printer toevoegen]. De CAPT-software installeren 3-51...
Pagina 145
Klik op [Volgende]. Geef een nieuwe naam op in het veld [Printernaam] als u de naam van de printer wilt wijzigen en klik daarna op [Volgende]. Als er al eerder een printerstuurprogramma op de computer is geïnstalleerd, verschijnt "Wilt u dat uw Windows-programma's deze printer als standaardprinter gebruiken?".
Pagina 146
Klik op [Volgende]. OPMERKING Selecteer [Share-naam] en klik op [Volgende], als u de printer wilt delen over het netwerk. In het scherm dat verschijnt kunt u voor de printer een [Locatie] en [Opmerking] opgeven. Voer deze informatie naar wens in en klik op [Volgende]. Selecteer [Ja] en klik op [Volgende], als u een testpagina wilt afdrukken.
Pagina 147
Klik op [Voltooien]. Windows begint bestanden te kopiëren. Als u een testpagina laat afdrukken, verschijnt er een dialoogvenster, wanneer de pagina klaar is. Sluit dit dialoogvenster met een klik op [OK]. OPMERKING Klik op [Toch doorgaan] als het dialoogvenster [Hardware-installatie] verschijnt. Als de printer niet is aangesloten op de computer, sluit de printer dan aan met behulp van de USB-kabel en zet de printer aan.
Nadat de installatie is voltooid Wanneer de installatie van de CAPT-software is voltooid, wordt een pictogram en een map voor de printer aangemaakt. ■ Voor Windows 98/Me/2000 • Het pictogram voor de printer wordt getoond in de map [Printers]. • [Canan Printer De-installeerder] wordt toegevoegd aan [Programma's] in het menu [Start].
Pagina 149
■ Voor Windows XP/Server 2003 • Het pictogram voor de printer wordt getoond in de map [Printers en faxapparaten]. • [Canan Printer De-installeerder] wordt toegevoegd aan [Alle programma's] in het menu [Start]. 3-56 Nadat de installatie is voltooid...
Een testpagina afdrukken Vergeet niet een testpagina af te drukken, voordat u de printer voor het eerst gaat gebruiken. OPMERKING De schermafbeeldingen die hier worden getoond, zijn ontleend aan Windows XP Professional. Open de map [Printers] of de map [Printers en faxapparaten]. Voor Windows 98/Me/2000: Selecteer [Instellingen] ➞...
Pagina 151
Selecteer het pictogram voor de printer en selecteer [Eigenschappen] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster Eigenschappen voor de printer wordt weergegeven. Klik op [Testpagina afdrukken] op het tabblad [Algemeen]. De printer drukt automatisch een testpagina af. 3-58 Een testpagina afdrukken...
Pagina 152
Klik op [OK] of op [Ja] als de testpagina goed is afgedrukt. OPMERKING Zie Hoofdstuk 7, "Het oplossen van problemen" als de testpagina niet goed is afgedrukt. Een testpagina afdrukken 3-59...
Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer Als u de printer installeert als een gedeelde netwerkprinter, kunt u vanaf iedere computer in het netwerk rechtstreeks van de printer gebruik maken. Voer de volgende configuratie uit, als u de printer wilt delen over het netwerk. In dit hoofdstuk wordt de computer die rechtstreeks is aangesloten op de printer, de afdrukserver genoemd, terwijl de computers die de printer via het netwerk kunnen gebruiken, clients worden genoemd.
Pagina 154
Ga als volgt te werk als u een print-server wilt gebruiken. Items die moet configureren Installeer het printerstuurprogramma op de print-server • Als de printer en de print-server op elkaar zijn pag. 3-5 aangesloten door middel van een USB-kabel • Als de netwerkkaart (als optie verkrijgbaar) is De instructiehandleiding bij geïnstalleerd en de printer en de print-server zijn op elkaar aangesloten door middel van een LAN-kabel...
De print-server configureren Voor Windows 98/Me OPMERKING De schermafbeeldingen die in dit hoofdstuk als voorbeeld worden getoond, zijn uit Windows Me. ■ De instellingen voor het delen van de printer voorbereiden Dubbelklik op [Deze computer] ➞ [Configuratiescherm] ➞ het pictogram [Netwerk]. Het dialoogvenster [Netwerk] wordt geopend.
Selecteer het pictogram [Service] en klik op [Toevoegen]. Selecteer [Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken] en klik op [OK]. Het dialoogvenster [Type netwerkonderdeel selecteren] verschijnt even en dan verschijnt het dialoogvenster [Netwerk]. Klik op [Bestanden en printers delen]. Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer 3-63...
Controleer of de optie [Ik wil anderen toegang kunnen geven tot mijn printer(s).] is geselecteerd en klik op [OK]. Ga naar het tabblad [Toegangsbeheer] en selecteer [Toegangsbeheer op shareniveau] of [Toegangsbeheer op gebruikersniveau]. Klik op [OK] en start Windows opnieuw. ■...
Rechtsklik op het pictogram voor de printer en selecteer [Delen] in het snelmenu. Selecteer [Gedeeld als]. Wijzig de naam bij [Sharenaam] en voer desgewenst een [Opmerking] en een [Wachtwoord] in. OPMERKING • Wanneer u [Toegangsbeheer op gebruikersniveau] hebt geselecteerd in stap 7 van "Netwerkinstellingen"...
Klik op [OK]. Het pictogram van de printer verandert en de nieuwe status als gedeelde printer wordt aangegeven. Voor Windows 2000/XP/Server 2003 OPMERKING De schermafbeeldingen in dit gedeelte zijn ontleend aan Windows XP Professional. ■ De instellingen voor het delen van de printer voorbereiden Selecteer [Configuratiescherm] in het menu [Start] en klik op [Netwerk- en Internet-verbindingen] ➞[Netwerkverbindingen].
Rechtsklik op het pictogram [LAN-verbinding] en selecteer [Eigenschappen] in het snelmenu. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor LAN-verbinding] wordt weergegeven. Controleer of [Bestands- en printerdeling voor Microsoft-netwerken] is geselecteerd en klik vervolgens op [OK]. Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer 3-67...
Pagina 161
■ Instellingen voor het delen van de printer OPMERKING In Windows XP kan het delen van de printer niet worden geconfigureerd met behulp van de standaardinstellingen (de instellingen die gelden direct na de installatie). U kunt alleen het delen van de printer configureren met behulp van de [Wizard Netwerk instellen] en als u het delen van de printer inschakelt.
Pagina 162
Selecteer [Deze printer delen]. Wijzig zo nodig de share-naam. Voor Windows 2000: Selecteer [Gedeeld als]. OPMERKING • U kunt ook de instellingen voor het delen van de printer opgeven bij de lokale installatie. • Gebruik geen spatie of speciale tekens in de share-naam. Klik op [Extra stuurprogramma's].
Activeer het selectievakje bij [Windows 95, 98 of Me] en klik op [OK]. Voor Windows 2000: Activeer het selectievakje bij [Windows 95 of 98] en klik op [OK]. Leg de meegeleverde CD-ROM "LBP5200 User Software" ("Gebruikers-software LBP5200") in het CD-ROM-station. Klik op [OK] als het dialoogvenster [Plaats CD-ROM] op het scherm verschijnt.
Klik op [Sluiten]. Het pictogram van de printer verandert en de nieuwe status als gedeelde printer wordt aangegeven. BELANGRIJK Selecteer [Deze printer niet delen] op het tabblad [Delen] als u de share-instellingen van de printer wilt wissen. Wist u de share-instellingen in een besturingssysteem dat is voorzien van Windows Firewall, zoals Window XP Service Pack 2, dan moet u met behulp van de software van de hulpprogramma's de instellingen wissen die eerder voor Windows Firewall zijn vastgelegd.
Pagina 165
Internet-verbindingen] ➞ [Windows Firewall]. 2. Plaats op het tabblad [Uitzonderingen] in het dialoogvenster [Windows Firewall] een vinkje bij [Canon LBP5200 RPC Server Process] en klik op de knop [OK]. • Als u de CAPT-software volgens een andere methode hebt geïnstalleerd dan van de installatie-CD-ROM Setup, moet u met behulp van de software van de hulpprogramma's Windows Firewall zo configureren dat de blokkering van de communicatie met de...
De clients installeren In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het installeren van het printerstuurprogramma op een client-computer. Er zijn twee manieren om het stuurprogramma te installeren: lokale installatie en download-installatie. ■ Lokale installatie (Zie pag. 3-74) Hiermee installeert u het printerstuurprogramma met behulp van de geleverde CD-ROM. ■...
2. Plaats op het tabblad [Uitzonderingen] in het dialoogvenster [Windows Firewall] een vinkje naast [Bestands- en printerdeling] en klik op de knop [OK]. OPMERKING • Clients kunnen zowel Windows 98/Me als Windows 2000/XP/Server 2003 gebruiken. • Als uw print-server draait onder Windows 98/Me, kunt u niet downloaden en installeren onder Windows 2000/XP/Server 2003.
Pagina 168
Controleer of de juiste taal is gekozen en klik op [Ja]. Nadat de voorbereidingen voor de installatie zijn voltooid, start het installatieprogramma voor CAPT (Canon Advanced Printing Technology) op en verschijnt het dialoogvenster van de [installatiewizard]. Klik op [Volgende].
Pagina 169
Lees de inhoud van de overeenkomst, selecteer [Ik ga akkoord met de voorwaarden van de licentieovereenkomst] en klik vervolgens op [Volgende]. Als het selectievakje voor [Printerstuurprogramma installeren via een USB-verbinding] is geactiveerd, deactiveer het selectievakje dan en klik op [Volgende]. OPMERKING Selecteer niet [Printerstuurprogramma installeren via een USB-verbinding].
Pagina 170
Stel [Instellingen poorten] in op [Netwerkprinter gebruiken] en klik op [Instellingen]. Selecteer de index van de print-server en klik op [OK]. Kies of u deze printer wel of niet als de standaardprinter wilt gebruiken en klik op [Volgende]. Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer 3-77...
Pagina 171
Klik op [Start]. Als u een besturingssysteem gebruikt dat is uitgerust met Windows Firewall, bijvoorbeeld Windows XP Service Pack 2, verschijnt het volgende venster. Klik op [Nee]. Kies alleen [Ja] als de computer die u aan het installeren bent, een print-server is. Het bericht [Kan het installatieprogramma niet annuleren nadat het is gestart.
Selecteer [Ja, ik wil de computer nu opnieuw opstarten.] en klik vervolgens op de knop [Afsluiten], wanneer het scherm verschijnt waarin wordt gemeld dat de installatie is voltooid. Windows start opnieuw op. Installeren met behulp van de Wizard Printer toevoegen Open de map [Printers] of de map [Printers en faxapparaten].
Pagina 173
Klik op [Volgende]. Selecteer [Netwerkprinter, of een printer die met een andere computer is verbonden] en klik op [Volgende]. Voor Windows 98/Me/2000: Selecteer [Netwerkprinter] en klik op [Volgende]. 3-80 Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer...
Pagina 174
Klik op [Volgende]. Voor Windows 98/Me: Klik op [Bladeren]. Selecteer de index van de print-server en klik op [Volgende]. Voor Windows 98/Me: Ga door naar Stap 8. Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer 3-81...
Pagina 175
Kies of u deze printer wel of niet als de standaardprinter wilt gebruiken en klik op [Volgende]. Klik op [Voltooien]. OPMERKING Klik op [Toch doorgaan] als het dialoogvenster [Hardware-installatie] verschijnt. 3-82 Met behulp van een Gedeelde printer afdrukken vanaf een netwerkcomputer...
Installeren met behulp van [Windows Verkenner] Selecteer in het menu [Start] [Alle programma's] ➞ [Bureau-accessoires] ➞ [Windows Verkenner]. Voor Windows Me/2000: Selecteer in het menu [Start] [Programma's] ➞ [Bureau-accessoires] ➞ [Windows Verkenner]. Voor Windows 98: Selecteer in het menu [Start] [Programma's] ➞ [Windows Verkenner].
• Configuratiescherm • Andere toepassingen Selecteer in het menu [Start] [Alle programma's] ➞ [Canon Printer De-installeerder] ➞ [Canon LBP5200 De-installeerder]. Voor Windows 98/Me/2000: Selecteer in het menu [Start] [Programma's] ➞ [Canon Printer De-installeerder] ➞ [Canon LBP5200 De-installeerder]. Het dialoogvenster [Printer verwijderen] wordt geopend.
Pagina 178
Klik op [Verwijderen]. Ter bevestiging wordt een melding weergegeven. Klik op [Ja]. Het proces van het ongedaan maken van de installatie begint. Een ogenblik geduld, a.u.b. Klik op [Afsluiten]. Het dialoogvenster [Printer verwijderen] wordt gesloten. OPMERKING Zie "Als het niet lukt de installatie van de software ongedaan te maken," op pag. 7-42 als het niet lukt de installatie van de CAPT-software ongedaan te maken.
Pagina 179
3-86 De installatie van de CAPT-software ongedaan maken...
Een document afdrukken HOOFDSTUK In dit hoofdstuk worden de afdrukprocedures en de functies van de printer beschreven. Printerinformatie instellen ..........4-2 Afdrukken vanuit een toepassing .
Printerinformatie instellen Configureer de papierbronopties voordat u gaat printen. Vergeet vooral niet iedere keer dat u één van de als optie verkrijgbare accessoires van de printer installeert de instellingen van de printer bij te werken. Open de map [Printers en faxapparaten] of de map [Printers]. Voor Windows 98/Me/2000: Selecteer [Instellingen] ➞...
Selecteer het pictogram van uw printer en selecteer [Eigenschappen] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] wordt weergegeven. OPMERKING Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] kan ook worden geopend door te rechtsklikken op het pictogram van uw printer en [Eigenschappen] te selecteren in het snelmenu.
Pagina 183
Ga naar het tabblad [Configuratie] (voor Windows 98/Me) of [Apparaatinstellingen] (voor Windows 2000/XP/Server 2003) en selecteer [Cassette met 250 vel] bij [Opties voor papierbron]. OPMERKING U kunt ook automatisch informatie over de printer krijgen, zoals over de opties voor het aanvoeren van papier (papierbron), door te klikken op [Apparaatstatus opvragen].
Afdrukken vanuit een toepassing Nu u de CAPT-software hebt geïnstalleerd is het tijd te beginnen met het afdrukken van documenten. Dit hoofdstuk beschrijft hoe u kunt afdrukken vanuit een toepassing en wij nemen Adobe Reader 6.0 als voorbeeld. Leg het papier in de multifunctionele lade of in de papiercassette.
Geef het papierformaat van het document en de afdrukstand op en klik op [OK]. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Afdrukken] verschijnt. Afdrukken vanuit een toepassing...
[Printers en faxapparaten] (voor Windows 98/Me/2000 is dit de map [Printers]). Klik op [Eigenschappen] als u uw voorkeuren voor het afdrukken meer in detail wilt opgeven. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor Canon LBP5200] wordt weergegeven. Afdrukken vanuit een toepassing...
Pagina 187
OPMERKING Wat u moet doen om het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] te openen, kan variëren afhankelijk van de toepassing die u gebruikt. Op de tabbladen [Pagina-indeling], [Afwerking], [Papierbron] en [Kwaliteit] kunt u uw voorkeursinstellingen voor het afdrukken opgeven. OPMERKING • De instelingen die u hier opgeeft, gelden alleen voor het bestand dat geopend is.
Pagina 188
Als u het document beter wilt afdrukken, klikt u op het tabblad [Kwaliteit] en selecteert u in de lijst [Doel] de optie [Foto's]. Het duurt langer dan in [Algemeen] voordat het document geprint is, maar het document zal wel beter worden afgedrukt. Klik op [OK].
Opties voor het afdrukken opgeven Met de CAPT-software kunt u diverse voorkeuren voor het afdrukken met de LBP5200 configureren. U kunt diverse functies van de printer configureren op de pagina's van het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] en het dialoogvenster [Eigenschappen voor document].
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] openen in een toepassing In dit hoofdstuk wordt Adobe Reader 6.0 gebruikt als voorbeeld in de beschrijvingen van de diverse procedures. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van de toepassing. Het dialoogvenster [Afdrukken] wordt geopend. OPMERKING De opdracht Afdrukken verschilt afhankelijk van de toepassing die u gebruikt.
Pagina 191
Selecteer de printer in het snelmenu [Naam] of [Printernaam] en klik op [Eigenschappen]. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] wordt weergegeven. 4-12 Opties voor het afdrukken opgeven...
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] openen in de map [Printers] Selecteer [Instellingen] ➞ [Printers] in het menu [Start]. De map [Printers] wordt geopend. Selecteer het pictogram van uw printer en selecteer [Eigenschappen] in het menu [Bestand]. Opties voor het afdrukken opgeven 4-13...
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] wordt weergegeven. OPMERKING U kunt het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] ook openen door te rechtsklikken op het pictogram van de printer en [Eigenschappen] te selecteren in het snelmenu. Voor Windows 2000/XP/Server 2003 Als u het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] opent in een toepassing, kunt u de instellingen alleen configureren voor die bepaalde printopdracht.
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] openen in de toepassing In dit hoofdstuk wordt Adobe Reader 6.0 gebruikt als voorbeeld in de beschrijvingen van de diverse procedures. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van de toepassing. Controleer of de printernaam klopt, en klik op [Eigenschappen].
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] wordt weergegeven. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] openen in de map [Printers en faxapparaten] of in de map [Printers] Open de map [Printers en faxapparaten] of de map [Printers]. Voor Windows 2000: Selecteer [Instellingen] ➞ [Printers] in het menu [Start]. Voor Windows XP Professional/Server 2003: Selecteer [Printers en faxapparaten] in het menu [Start].
Selecteer het pictogram van uw printer en selecteer [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] wordt weergegeven. OPMERKING U kunt het dialoogvenster [Eigenschappen voor document] ook openen door te rechtsklikken op het pictogram van uw printer en [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] te selecteren in het snelmenu.
Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] openen in de map [Printers en faxapparaten] of in de map [Printers] Open de map [Printers en faxapparaten] of de map [Printers]. Voor Windows 2000: Selecteer [Instellingen] ➞ [Printers] in het menu [Start]. Voor Windows XP Professional/Server 2003: Selecteer [Printers en faxapparaten] in het menu [Start].
Pagina 198
Selecteer het pictogram van uw printer en selecteer [Eigenschappen] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] wordt weergegeven. OPMERKING Het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] kan ook worden geopend door te rechtsklikken op het pictogram van uw printer en [Eigenschappen] te selecteren in het snelmenu.
Afdruktaak annuleren In het printerstatusvenster kunt u afdruktaken annuleren, onderbreken of hervatten. Start het afdrukken. Het Printerstatusvenster verschijnt. OPMERKING Het is mogelijk dat het printerstatusvenster niet verschijnt, afhankelijk van de instelling [Printerstatusvenster weergeven] in het menu [Voorkeuren]. (Zie "Voorkeuren instellen," op pag. 4-77) Klik op de knop op de werkbalk die hoort bij de verrichting die wilt uitvoeren.
Werken met de afdrukfuncties Diverse pagina's in het printerstuurprogramma De dialoogvensters [Eigenschappen voor printer] en [Eigenschappen voor document] bevatten de volgende tabbladen, die u kunt gebruiken om een uiteenlopende reeks van printerfuncties te configureren. Klik op de tab die hoort bij een tabblad en het tabblad verschijnt in het scherm.
Tabblad [Pagina-indeling] In het tabblad [Pagina-indeling] kunt u de volgende voorkeuren voor het afdrukken opgeven: ■ [Paginaformaat] Breid de lijst [Paginaformaat] uit en selecteer het gewenste formaat door erop te klikken. U kunt kiezen uit de volgende paginaformaten: • Standaard-papierformaten (Formaten van A3 tot A5 en van Legal tot Executive) •...
Pagina 203
• Wanneer u het [Paginaformaat] hebt ingesteld op A3 of B4 en [Uitvoerformaat] hebt ingesteld op [Hetzelfde als paginaformaat], wordt de afdruk automatisch verkleind en afgedrukt op het standaardpapierformaat A4. • Als u in de toepassing die u gebruikt het paginaformaat, het aantal kopieën en de instellingen voor de afdrukstand kunt opgeven, hoeft u deze instellingen niet op te geven in het tabblad [Pagina-indeling].
■ [Aangepast papierformaat] (alleen Windows 98/Me) (Zie pag. 4-48) Hier kunt u de papierlengte en –breedte invoeren wanneer u print op papier van een speciaal formaat dat niet overeenkomt met één van de standaard-papierformaten. U kunt voor de LBP5200 maximaal 30 aangepaste papierformaten toevoegen. ■...
■ [Indelingsopties] (Zie pag. 4-51) U kunt het onderstaande dialoogvenster openen door op [Indelingsopties] te klikken. In dit dialoogvenster kunt u opgeven of er op de pagina's randen, een datum en paginanummers moeten worden afgedrukt. Tabblad [Afwerking] In het tabblad [Afwerking] kunt u de volgende voorkeuren voor het afdrukken opgeven: ■...
Pagina 206
■ [Rugmarge] (Zie pag. 4-53) U kunt het onderstaande dialoogvenster openen door op [Rugmarge] te klikken. In dit dialoogvenster kunt u de breedte van de rugmarge opgeven en de opties voor het verwerken van afbeeldingen selecteren. ■ [Afwerking] U kunt voor de eigenschap Afwerking één van de volgende opties kiezen: •...
Tabblad [Papierbron] Op het tabblad [Papierbron] kunt u de volgende afdrukvoorkeuren opgeven. ■ [Papierselectie] (Zie pag. 4-56) Wanneer de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) in de printer is geïnstalleerd, kunt u een keuze maken uit de volgende opties voor het selecteren van de papierbron.
■ [Afdrukken onderbreken bij multifunctionele lade] Bepaalt of de printer het afdrukken zal onderbreken en een melding zal weergeven of ononderbroken zal afdrukken bij aanvoer van papier uit de multifunctionele lade. ■ [Doorgaan met afdrukken bij multifunctionele lade] Wanneer de optionele papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd, kunt u hier aangeven of de printer automatisch moet overschakelen op de multifunctionele lade als het papier in cassette1 tijdens een afdruktaak opraakt.
■ [Details] (Zie pag. 4-57) U kunt het onderstaande dialoogvenster openen door op [Details] te klikken. In dit dialoogvenster kunt u de afdrukinstellingen aan uw wensen aanpassen. BELANGRIJK • Het gebruik van de tonerspaarstand kan de afdrukdichtheid verminderen, waardoor de afgedrukte tekst er onregelmatig kan uitzien.
Pagina 210
• Tabblad [Kleurcorrectie] Op dit tabblad past u de instellingen voor de kleur, de helderheid en het contrast van de afdruk aan. • Tabblad [Afstemmen] In dit tabblad kunt u de procedures opgeven die bij het printen worden gebruikt voor de kleurcorrectie.
■ Kleurenvoorbeeld afdrukken (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) Wanneer u de instellingen in het tabblad [Kleurcorrectie] hebt bepaald, (deze verschijnen in het dialoogvenster [Kleurinstellingen]), kunt u een voorbeeld afdrukken van de gecorrigeerde afbeelding. De gecorrigeerde afbeelding wordt afgedrukt in het midden van de pagina en wordt omringd door afbeeldingen waarin de kleurtint 1 eenheid is gewijzigd in elk van de overeenkomende richtingen.
Tabblad [Details] (alleen Windows 98/Me only) In dit tabblad kunt u de instellingen voor de printerpoort opgeven, printerstuurprogramma's toevoegen, wachtrij-instellingen wijzigen, en andere opties configureren. Tabblad [Delen] In dit tabblad kunt u opgeven of u de printer wilt delen of niet. OPMERKING •...
Tabblad [Poorten] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) In dit tabblad kunt u printerpoorten toevoegen, verwijderen en configureren. Tabblad [Geavanceerd] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) In dit tabblad kunt u gedetailleerde printerinstellingen opgeven, zoals voor wanneer de printer beschikbaar is en wachtrij-instellingen. 4-34 Werken met de afdrukfuncties...
Tabblad [Kleurbeheer] Hier kunt u de instellingen voor het kleurenprofiel van de printer opgeven. Tabblad [Beveiliging] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) In dit tabblad kunt u de toegangsrechten voor de gebruikers bevestigen. Werken met de afdrukfuncties 4-35...
Tabblad [Configuratie]/[Apparaatinstellingen] In het tabblad [Configuratie]/[Apparaatinstellingen] kunt u de opties voor de papierbronnen voor de printer opgeven, wanneer het printerstatusvenster wordt weergegeven en kunt u andere instellingen opgeven. ■ [Opties voor papierbron] (Zie pag. 4-2) Wanneer de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) in de printer is geïnstalleerd, selecteert u [Cassette met 250 vel].
Tabblad [Profiel] (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) In dit tabblad kunt nieuwe "profielen" aanmaken en toevoegen en bestaande "profielen" bewerken. ■ [Profiellijst] Toont de beschikbare profielen. ■ [Naam] Hier wordt de naam weergegeven van het "profiel" dat is geselecteerd bij [Profiellijst]. ■...
Pagina 217
■ [Toevoegen] (Zie pag. 4-65) U kunt het onderstaande dialoogvenster openen door op [Toevoegen] te klikken. In dit dialoogvenster kunt u een naam, een pictogram, een commentaar en de afdrukinstellingen opgeven voor een nieuw of een te bewerken "profiel". ■ [Bewerken] (Zie pag. 4-68) U kunt het onderstaande dialoogvenster openen door op [Bewerken] te klikken.
■ [Exporteren] (Zie pag. 4-68) Hiermee kunt u een toegevoegd of bewerkt "profiel" opslaan als bestand. ■ [Profielselectie toestaan] Hiermee kunt u een "profiel" selecteren in het dialoogvenster [Eigenschappen voor document]. ■ [Instellingen bewerken toestaan] U kunt een nieuwe instelling voor een "Profiel" toevoegen die verschilt van de "profielen" die eerder zijn vastgelegd in het dialoogvenster [Eigenschappen voor document].
Open het tabblad [Page-indeling] en kies in [Pagina-opmaak] het aantal pagina's dat op een vel papier moet worden geprint. Voor het aantal pagina's kunt u kiezen tussen 1, 2, 4, 6, 8, 9 of 16 (Pagina's per vel papier). De instelling [Paginavolgorde] wordt weergegeven als het aantal pagina's per vel 2, 4, 6, 8, 9 of 16 is.
Controleer de instellingen en klik op [OK]. Printeruitvoer schalen U kunt uw document schalen als [Pagina-opmaak] is ingesteld op [1 Pagina per vel]. De schaalfactor wordt automatisch aangepast als de instellingen [Paginaformaat] en [Uitvoerformaat] niet overeenkomen. U kunt de schaalfactor ook handmatig opgeven. U kunt een schaalfactor opgeven van tussen 25 en 200%.
Een document handmatig schalen Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en stel [Paginaformaat] Geef het papierformaat op bij [Uitvoerformaat]. Schakel de optie [Handmatig schalen] in en geef de gewenste waarde op in het kringveld. Controleer de instellingen en klik op [OK]. 4-42 Werken met de afdrukfuncties...
Poster afdrukken U kunt één pagina uitvergroten en op meerdere vellen papier afdrukken. U kunt dan een grote afdruk op posterformaat maken door de vellen papier aan elkaar te plakken. Open in Windows 2000/XP/Server 2003 het tabblad [Apparaatinstellingen] en stel [Spooling bij host] in op [Auto]. Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en stel [Pagina-opmaak] in op [Poster (N x N)] (N = 2, 3, 4).
U kunt de indeling van de afdruk bekijken in het scherm Afdrukvoorbeeld. Controleer de instellingen en klik op [OK]. BELANGRIJK • Wanneer het papier uit de printer komt met de bedrukte zijde naar beneden, stelt u de afdrukvolgorde van de uitvoer (bestaande uit meerdere pagina's) in op "Links boven naar rechts".
Pagina 224
Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en schakel de optie [Watermerk] in. Selecteer de tekst die u als watermerk wilt afdrukken uit de lijst rechts van [Watermerk]. Controleer de instellingen en klik op [OK]. Werken met de afdrukfuncties 4-45...
Watermerken bewerken Open in Windows 2000/XP/Server 2003 het tabblad [Apparaatinstellingen] en stel [Spooing bij host] in op [Auto]. Ga naar het tabblad [Pagina-indeling], schakel [Watermerk] in en klik op [Watermerk bewerken]. 4-46 Werken met de afdrukfuncties...
Het dialoogvenster [Watermark bewerken] verschijnt. Geef de gewenste instellingen op: [Positie]: Hiermee kunt u de positie van het watermerk in het document opgeven. Voer waarden in voor de X- en de Y-as tussen -50 en 50. [Hoek]: Hiermee kunt u de hoek van het watermerk in het document opgeven.
Controleer de instellingen en klik op [OK]. Het tabblad [Pagina-indeling] verschijnt weer. Aangepast Papier opgeven (Niet-standaard papier) U kunt instellingen maken voor aangepaste papierformaten. OPMERKING Open het volgende dialoogvenster als u een aangepast papierformaat wilt opgeven. - Voor Windows 2000/XP/Server 2003 Open het dialoogvenster [Eigenschappen voor server] in de map [Printers en faxapparaten] (de map [Printers] in Windows 2000).
Pagina 228
Het dialoogvenster [Instellingen aangepast papierformaat] wordt weergegeven. Geef de gewenste instellingen op: [Papierlijst]: Toont de namen en afmetingen van standaard papierformaten en toegevoegde aangepaste papierformaten. [Naam aangepast Typ een naam in voor het nieuwe aangepaste papierformaat. U papierformaat]: kunt tot 31 tekens intypen. [Eenheid]: Selecteer de eenheden (millimeters of inches) die moeten worden gebruikt bij het opgeven van een aangepast...
Pagina 229
■ Voor Windows 2000/XP/Server 2003 Open de map [Printers en faxapparaten] (map [Printers] in Windows 2000) en selecteer [Eigenschappen voor server] in het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Eigenschappen voor Afdrukserver] verschijnt. Klik op het tabblad [Formulieren] en schakel het vakje [Nieuw formulier maken] in.
Randen en de datum afdrukken U kunt op ieder document randen, de datum van de afdruk en/of paginanummers afdrukken. Open in Windows 2000/XP/Server 2003 het tabblad [Apparaatinstellingen] en stel [Spooling bij host] in op [Auto]. Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en klik op [Indelingsopties].
Het dialoogvenster [Indelingsopties] verschijnt. Kies de gewenste instellingen: [Kader]: Selecteer het type van het kader dat u als rand wilt afdruken. [Datum afdrukken]: Drukt de datum af. Kies uit de lijst de positie waar de datum moet worden afgedrukt. [Gebruikersnaam Drukt de naam van de gebruiker af zoals die is vastgelegd in de afdrukken]: computer.
Rugmarges U kunt voor de documenten die u afdrukt, een rugmarge aanmaken. U kunt een breedte voor de rugmarge instellen tussen de 0 en 30 mm. Als u instellingen voor de rugmarge gebruikt, wordt de afdruk verschoven zodat een extra marge ontstaat langs de opgegeven zijde. U kunt kiezen of de afdruk op de pagina moet worden verkleind om rekening te houden met deze marge of niet.
Geef de gewenste waarde op in het kringveld. Kies de gewenste instellingen: [Afbeeldingsverwerking] Als u instellingen voor de rugmarge gebruikt, wordt de afdruk verschoven zodat een extra marge ontstaat langs de opgegeven zijde. U kunt kiezen of de afdruk op de pagina moet worden verkleind om rekening te houden met deze marge of niet.
Pagina 234
Het dialoogvenster [Afwerkingsdetails] verschijnt. Kies de gewenste instellingen: [Papierformaat negeren]: Geef de gewenste instelling op voor het afdrukken van pagina's in Letter-formaat op A4-papier of van pagina's in A4-formaat op Letter-papier. [Afdrukgegevens 180 graden draaien]: Roteert tijdens het afdrukken het document 180 graden.
De papierinvoermethode opgeven U kunt kiezen uit een uiteenlopende reeks opties voor het selecteren van de papierbron. Ga naar het tabblad [Papierbron]. Kies de gewenste instellingen: [Papierselectie]: U kunt de methode voor de papierselectie alleen kiezen als de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) is geïnstalleerd.
Controleer de instellingen en klik op [OK]. De afdrukkwaliteit opgeven U krijgt een optimale afdrukkwaliteit door de juiste optie te selecteren in de lijst [Doel] op het tabbad [Kwaliteit]. Open het tabblad [Kwaliteit] en selecteer de instelling [Doel]. Klik op de knop [Details] voor meer gedetailleerde instellingen. Het dialoogvenster [Detailinstellingen] verschijnt.
Pagina 237
Kies de gewenste instellingen: [Gradatie]: Hier kunt u de instellingen voor de gradatie selecteren voor het afdrukken van afbeeldingen in halftonen. [Halftonen (kleur)]: Hier kunt u een rasterpatroon selecteren voor het afdrukken van gegevens in halftonen (kleur). [Halftonen (zwart-wit)]: Hier kunt u een rasterpatroon selecteren voor het afdrukken van gegevens in halftonen (zwart-wit).
Kleurinstellingen De kleurenmodus selecteren Ga naar het tabblad [Kwaliteit]. Kies de geschikte instelling voor de [Kleurenmodus]. [Zwart-wit]: De gegevens worden zwart-wit afgedrukt, ook de gegevens in kleur. [Kleur]: Print in vier kleuren CMGZ (Cyaan, Magenta, Geel en Zwart). [Autodetectie]: Kiest automatisch afdrukken in kleur of in zwart-wit, afhankelijk van het type document.
Kleurinstellingen Ga naar het tabblad [Kwaliteit], schakel de optie [Handmatige kleurinstellingen] in en klik op [Kleurinstellingen]. Het dialoogvenster [Kleurinstellingen] verschijnt. Ga naar het tabblad [Kleurcorrectie] en geef de gewenste instellingen op. Aanpassingsraster: Pas de kleuren aan door het [Voorbeeld] in het midden van het aanpassingsraster omhoog, omlaag, naar links of naar rechts te schuiven.
Ga naar het tabblad [Afstemmen] en geef de gewenste instellingen op. [Afstemmingsmodus]: Bepaalt de methode voor de kleurcorrectie. [Afstemmingsmethode]: Bepaalt welke elementen prioriteit krijgen bij het afstemmen. [Monitorprofiel]: Selecteer de juiste optie voor de monitor of de scanner die wordt gebruikt. [Gamma]: Wanneer de [Afstemmingsmodus] [Uit] is gezet, worden kleuren aangepast op helderheid zonder dat afstemming...
Kleurenvoorbeelden afdrukken (alleen Windows 2000/XP/Server 2003) Wanneer u de instellingen in het tabblad [Kleurcorrectie] hebt aangepast, kunt u een voorbeeld afdrukken van de aangepaste afbeelding. De gecorrigeerde afbeelding wordt afgedrukt in het midden van de pagina en wordt omringd door afbeeldingen waarin de kleurtint 1 eenheid is gewijzigd in elk van de overeenkomende richtingen.
Pagina 242
Ga naar het tabblad [Kwaliteit], schakel de optie [Handmatige kleurinstellingen] in en klik op [Kleurinstellingen]. Geef de gewenste instellingen op in het dialoogvenster [Kleurinstellingen] en klik op [OK]. Ga terug naar het tabblad [Kwaliteit] en schakel de optie [Kleurenvoorbeeld afdrukken] in. Werken met de afdrukfuncties 4-63...
Pagina 243
Controleer de instellingen en klik op de knop [OK]. BELANGRIJK Wanneer u kleurvoorbeelden afdrukt, let er dan vooral op dat de [Pagina-opmaak] in het tabblad [Pagina-indeling] is ingesteld op de optie [1 pagina per vel]. Klik op [OK] of op [Afdrukken]. Het kleurenvoorbeeld wordt afgedrukt.
Werken met profielen Met behulp van profielen kunt alle eigenschappen die u hebt opgegeven op de tabbladen [Pagina-indeling], [Afwerking], [Papierbron] en [Kwaliteit] in één keer opslaan of importeren. U kunt ook profielen toevoegen en bewerken en een keuze maken tussen verschillende profielen. Ga als volgt te werk als u afdrukvoorkeuren wilt opslaan als een "profiel".
Een profiel toevoegen Klik op [ ] (Profiel toevoegen). Het dialoogvenster [Profiel toevoegen] verschijnt. Voer bij [Naam] de naam van het profiel in. U kunt met behulp van de instelling [Pictogram] een pictogram voor het profiel selecteren. Als u wat opmerkingen over het profiel wilt maken, doe dat dan in het veld [Commentaar].
● Profielinstellingen controleren ❑ Klik op [Instellingen weergeven]. ❑ Met een klik op [OK] keert u terug naar het dialoogvenster [Profiel toevoegen]. Klik op [OK]. Het dialoogvenster Eigenschappen verschijnt weer. Kijk of de naam van het profiel dat u hebt aangemaakt in de lijst [Profiel] staat. Werken met de afdrukfuncties 4-67...
Een profiel bewerken/verwijderen U kunt de gegevens van een profiel wijzigen of opslaan of een profiel verwijderen uit de [Profiellijst]. Klik op [ ] (Profiel bewerken). Het dialoogvenster [Profiel bewerken] verschijnt. Bewerk de profielgegevens. ● Een profiel bewerken ❑ U kunt de instellingen bij [Naam], [Pictogram] en [Commentaar] wijzigen. ❑...
❑ Klik op [Importeren] als u profielgegevens wilt importeren uit een profiel dat u eerder hebt opgeslagen. ❑ Klik op [Exporteren] als u de gegevens uit het geselecteerde profiel wilt exporteren naar een bestand. Als u een profiel opslaat op schijf, kunt u het, zelfs als u het uit de lijst van profielen hebt verwijderd, opnieuw gebruiken.
Afdruktaken bewerken met PageComposer In PageComposer kunt u twee of meer afdruktaken combineren tot één enkele afdruktaak of u kunt de printer-instellingen van gecombineerde afdruktaken wijzigen. U kunt in PageComposer zelfs afdruktaken uit verschillende toepassingen bewerken. Verder kunt u in PageComposer afdrukvoorbeelden van afdruktaken op het scherm bekijken.
Pagina 250
Het dialoogvenster [Canon PageComposer] wordt weergegeven en de afdruktaak wordt weergegeven in een lijst. Herhaal stappen 1 tot en met 4 voor elk van de afdruktaken die u wilt bewerken. Bewerk de afdruktaken in de lijst in het dialoogvenster [Canon PageComposer]. Werken met de afdrukfuncties 4-71...
OPMERKING • Raadpleeg de Help voor de Canon PageComposer als u meer wilt weten over hoe u de instellingen in het dialoogvenster [Canon PageComposer] kunt aanpassen. • Als in het dialoogvenster [Eigenschappen voor printer] de [Bewerken en voorbeeld] is geselecteerd en de optie [ ] (Vergrendelen) is ook geselecteerd, verschijnt het dialoogvenster [Canon PageComposer] telkens wanneer u iets afdrukt.
Het dialoogvenster [Instellingen weergeven] verschijnt. Wanneer u op de tabbladen [Pagina-indeling], [Afwerking], [Papierbron], [Kwaliteit] of [Configuratie]/[Apparaatinstellingen] klikt, kunt u een lijst van de voorkeuren voor het afdrukken van elk van de tabbladen bekijken. Klik op [OK]. Het vorige tabblad verschijnt weer. De standaardwaarden herstellen Herstel de standaardwaarden door op [Standaardwaarden] te klikken.
Printerstatusvenster Het Printerstatusvenster laat statusinformatie zien van de LBP5200 (zoals, de bedieningsstatus en gegevens van de afdruktaken) en doet dat door middel van berichten, animaties, geluiden en pictogrammen. OPMERKING De geluiden kunnen alleen worden gebruikt als uw computer is uitgerust met een PCM-synthesizer en het stuurprogramma voor de PCM-synthesizer is geïnstalleerd.
■ Overige functies Pictogram Geeft een pictogram weer dat laat zien wat de huidige status van de printer is. Berichtenruimte Hier wordt in een kort bericht de huidige printerstatus weergegeven. Berichtenruimte (Aanvullend) Hier wordt aanvullende informatie weergegeven wanneer er een fout is opgetreden, enz.
Schakel het selectievakje in voor [Pictogram op taakbalk weergeven] in het tabblad [Configuratie]/[Apparaatinstellingen] in het dialoogvenster [Eigenschappen van de printer]. Er wordt dan een pictogram voor het printerstatusvenster getoond in de Windows-taakbalk en u kunt dan het venster openen door op dit pictogram en op [Canon LBP5200]te klikken. 4-76 Printerstatusvenster...
Het printerstatusvenster wordt automatisch weergegeven tijdens het afdrukken en als er iets fout gaat. Als [Printerstatusvenster weergeven] niet is ingesteld op [Bij het afdrukken] in de voorkeursinstellingen voor het printerstatusvenster, wordt het printerstatusvenster niet weergegeven tijdens het afdrukken. Voorkeuren instellen In het dialoogvenster Voorkeuren kunt u het printerstatusvenster automatisch weergeven, de geluidsinstellingen opgeven en de printerstatus laten controleren door het printerstatusvenster.
Pagina 257
Selecteer [Voorkeuren] in het menu [Opties]. Het dialoogvenster [Voorkeuren] wordt geopend. Controleer alle instellingen en klik op [OK]. OPMERKING Raadpleeg de Online Help als u meer wilt weten over het gebruik van het printerstatusvenster. 4-78 Printerstatusvenster...
Menu-item [Papierformaat registreren] Omdat de papiercassette van de printer niet automatisch papierformaten kan waarnemen, moet u de printer laten weten welk formaat papier in de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) ligt (Cassette 1). BELANGRIJK Controleer of de printer buiten werking is voordat u het papierformaat registreert, want u kunt het papierformaat niet wijzigen wanneer de printer in bedrijf is.
Menu-item [Benodigdheden/Tellers] Als u [Benodigdheden/Tellers] selecteert in het menu [Opties], verschijnt het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers]. Het dialoogvenster toont pictogrammen en berichten over de levensduur van elk van de kleuren-tonercartridges en van de drum-cartridge. U kunt het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] ook openen door te klikken op ] (Benodigdheden/Tellers) in het printerstatusvenster.
■ Kalibreren Kalibreren wordt automatisch uitgevoerd na elke 12 uur of na elke 800 afgedrukte pagina's (kleurenafdruk: 200 pagina's; zwart-wit: 800 pagina's).U kunt echter ook handmatig kalibreren wanneer de kleur is veranderd. U vindt nadere bijzonderheden in "De printer kalibreren," op pag. 5-31. De printerstatus weergeven wanneer u een print-server gebruikt De status van een netwerkprinter kan zowel worden weergegeven in het...
Geregeld onderhoud HOOFDSTUK In dit hoofdstuk leest u meer over onderhoudsmethoden voor de printer, zoals de vervanging van de cartridges en het reinigen van de printer. De tonercartridges vervangen ..........5-2 Wanneer er een bericht verschijnt .
De tonercartridges vervangen Dit deel van de handleiding beschrijft hoe u tonercartridges moet vervangen en behandelen en geeft aanwijzingen voor het opslaan ervan. Wanneer er een bericht verschijnt Tonercartridges zijn verbruiksartikelen. Wanneer een tonercartridge bijna leeg is, verschijnt er een bericht in het printerstatusvenster. Ga als volgt te werk afhankelijk van de inhoud van dit bericht.
Pagina 264
Toner Cartridge 701L Cyan (cyaan) OPMERKING De levensduur van de tonercartridges (Canon Genuine Parts) die in deze printer worden gebruikt, wordt hieronder gegeven. Aantallen pagina's gelden voor papier van A4- of Letter-formaat bij een dekking van 5% en de van fabriekswege bepaalde standaard-afdrukdichtheid.
Pagina 265
• Voor vervangings-tonercartridges - Zwart (Toner Cartridge 701 Black) Ca. 5 000 pagina's. - Geel (Toner Cartridge 701 Yellow) Ca. 4 000 pagina's. - Geel (Toner Cartridge 701L Yellow): Ca. 2 000 pagina's. - Magenta (Toner Cartridge 701 Magenta): Ca. 4 000 pagina's. - Magenta (Toner Cartridge 701L Magenta): Ca.
Dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] U kunt met behulp van het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] in het printerstatusvenster een schatting maken wanneer tonercartridges moeten worden vervangen. De status van een tonercartridge wordt voor elke kleur aangegeven in het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers]. Het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] weergeven Open het printerstatusvenster Zie "Het printerstatusvenster weergeven,"...
Pagina 267
Het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] verschijnt. De betekenis van de pictogrammen vindt u hieronder. (Dit voorbeeld heeft betrekking op een cartridge met zwarte toner.) Pictogram Betekenis Verder normaal gebruiken. De tonercartridge raakt op. Koop een tonercartridge ter vervanging. De tonercartridge is leeg. Vervang de tonercartridge. De tonercartridge is niet geïnstalleerd.
Tonercartridges vervangen Wanneer [Tonercartridge moet worden vervangen] verschijnt in het printerstatusvenster, moet u de tonercartridge met de aangegeven kleur vervangen door een nieuwe. WAARSCHUWING Gooi geen lege tonercartridges in het vuur. Toner die eventueel in de tonercartridges is achtergebleven, zou vlam kunnen vatten, wat brand of brandwonden zou kunnen veroorzaken.
Open de bovenste klep wanneer de printer geen geluiden meer maakt. Houd de handgreep aan de bovenklep vast en zet de klep helemaal open. Kijk of de tonercartridge die u wilt vervangen, in de juiste stand staat en kan worden uitgenomen. Als de tonercartridge die u wilt vervangen niet in de juiste stand staat en niet kan worden uitgenomen, sluit u de bovenklop van de printer, wacht tot de printer geen geluiden meer maakt en opent de klep opnieuw.
Pagina 270
Neem de tonercartridge uit de printer. Pak de greep op de tonercartridge beet en til de cartridge recht omhoog. Controleer de kleur van het etiket op de houder van de tonercartridge en haal vervolgens de tonercartridge van dezelfde kleur uit de speciale verpakking. Open de speciale verpakking met een schaar maar let erop dat u de tonercartridge niet beschadigt.
• Raak vooral kwetsbare onderdelen als de sensor of de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de tonercartridge of de printer kunnen beschadigen. Elektrische contacten Sensor Houd de tonercartridge vast zoals de afbeelding laat zien, en schudt de cartridge voorzichtig vijf of zes keer heen en weer , en naar voren en naar achteren zodat de toner a a a a...
Pagina 272
Verwijder de speciale afdekkap. Pak de afdekkap vast en verwijder hem zoals de afbeelding laat zien. Beschermkap BELANGRIJK • Raak de ontwikkelrol niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Schud het tonercartridge-geheugen niet en houd het uit de buurt van magnetische velden. Hierdoor zou u de tonercartridge kunnen beschadigen.
Pagina 273
Plaats de tonercartridge op een vlakke ondergrond, houd de tonercartridge stevig vast en trek de tape (ongeveer 45 cm lang) langzaam naar buiten. U kunt de afdichtingstape naar buiten trekken door de lip aan het einde ervan vast te pakken en de tape recht in de richting van de pijl naar buiten te trekken. LET OP Als u met al te veel kracht aan de afdichtingstape trekt of halverwege stopt met trekken, kan er zich langs de tape toner naar buiten verspreiden.
Houd de tonercartridge vast bij de handgreep en plaats hem in de printer. Plaats bij het inzetten het driehoekje op de tonercartridge tegenover het driehoekje op de printer. Als u de tonercartridge goed hebt ingezet, bevinden het etiket op de cartridge en dat op de houder van de tonercartridge zich op één lijn (zie afbeelding).
De houder voor de tonercartridge roteert automatisch in de juiste stand. BELANGRIJK Ook als u nieuwe tonercartridges gebruikt, kan er toner aan de cartridges en rond de cartridges blijven kleven wanneer u de bovenklep opent en sluit. Dit heeft geen gevolgen voor de werking van de printer, de afdrukkwaliteit of het tonerverbruik en u kunt de printer zo gebruiken.
Voorzorgsmaatregelen voor het hanteren van tonercartridges De tonercartridges zijn samengesteld uit lichtgevoelige componenten en fijnmechanische componenten. Als u de cartridges ruw behandelt, kunnen ze beschadigd raken en dat kan vermindering van de afdrukkwaliteit tot gevolg hebben. Wanneer u tonercartridges plaatst of uit de printer haalt, houd u dan vooral aan de volgende aanwijzingen voor de behandeling.
Pagina 277
• Raak vooral kwetsbare onderdelen als de sensor of de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de tonercartridge kunnen beschadigen. Elektrische contacten Sensor • Raak de ontwikkelrol niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Schud het tonercartridge-geheugen niet en houd het uit de buurt van magnetische velden. Hierdoor zou u de tonercartridge kunnen beschadigen.
Tonercartridges opslaan Neem de volgende punten in acht wanneer u een nieuwe tonercartridge opslaat of bij het hanteren van een tonercartridge die uit de printer is gehaald voor onderhoudswerk of voor het verplaatsen van de printer. BELANGRIJK • Haal een nieuwe tonercartridge pas uit de speciale verpakking als u hem gaat gebruiken. •...
LBP5200 Drum Cartridge 701 OPMERKING De levensduur van de drumcartridge die in deze printer wordt gebruikt (Canon Genuine Parts), wordt hieronder gegeven. Het aantal pagina's kan lager zijn afhankelijk van de instellingen van de printer en de ingestelde voorkeuren. - Kleurenafdrukken: Ca. 5 000 pagina's voor afdrukken op papier van A4- of Letter-formaat.
* Dit is het aantal pagina's op gewoon papier van A4-formaat dat is geprint onder de standaard-testcondities van Canon. Afhankelijk van de hoeveelheid afdrukken per afdruktaak, papiersoorten en papierformaten, kan het aantal ook wel afnemen tot de helft hiervan. (Met de hoeveelheid afdrukken per afdruktaak wordt bedoeld de hoeveelheid die wordt geprint in een bepaalde periode.)
Pagina 281
Het dialoogvenster [Benodigdheden/Tellers] verschijnt. De betekenis van de pictogrammen vindt u hieronder. Pictogram Betekenis Verder normaal gebruiken. De drumcartridge is aan vervanging toe. Koop een drumcartridge ter vervanging. De drumcartridge is aan vervanging toe. Vervang de drumcartridge. De drumcartridge is niet geïnstalleerd. 5-20 De drumcartridge vervangen...
De drumcartridge vervangen Vervang de drumcartridge door een nieuwe cartridge wanneer het bericht "Drumcartridge moet worden vervangen" in het printerstatusvenster verschijnt. WAARSCHUWING Gooi geen versleten drumcartridges in het vuur. Toner die eventueel in de drumcartridge is achtergebleven, zou vlam kunnen vatten, wat brand of brandwonden zou kunnen veroorzaken.
Verwijder de drumcartridge uit de printer. Druk de drumcartridge in de richting van de pijl a, til de cartridge recht omhoog b en neem hem uit de printer. Gebruik een zachte, droge doek om stukjes papier en tonerdeeltjes te verwijderen die zich hebben vastgehecht aan het transparante blad dat zich vóór de roller bevindt.
Pagina 284
BELANGRIJK • Maak geen krassen op het transparante blad en gebruik geen kracht bij het verwijderen van het blad. • Maak de doek niet nat met water of reinigingsmiddel. • Raak bij het reinigen geen onnodige delen in de printer aan. Haal de drumcartridge uit de speciale verpakking.
Pagina 285
• Stel de drumcartridge niet bloot aan direct zonlicht. Verwijder het verpakkingsmateriaal (7 delen). Verwijder verpakkingsmateriaal a en b door uw vingers in de opening te steken en het materiaal in de richting van de pijlen weg te trekken. Verwijder verpakkingsmateriaal c en d door het zover mogelijk in de richting van de pijlen te draaien en dan weg te trekken.
Pagina 286
Verwijder verpakkingsmateriaal e en f door de handgrepen vast te pakken en het in de richting van de pijlen weg te trekken. Pak verpakkingsmateriaal g vast en verwijder het (zie afbeelding). BELANGRIJK • Raak de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de drumcartridge kunnen beschadigen.
Pagina 287
• Raak de transfer-eenheid niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Schud het drumcartridge-geheugen niet en houd het uit de buurt van magnetische velden. Hierdoor zou u de drumcartridge kunnen beschadigen. Drumcartridge-geheugen Transfer-eenheid • Nadat u het verpakkingsmateriaal hebt verwijderd, plaatst u de drumcartridge zo snel mogelijk in de printer.
Pagina 288
Vergrendel de drumcartridge door hem omlaag en naar u toe te trekken b. BELANGRIJK Zet de drumcartridge stevig vast tot in de stand die de afbeelding laat zien. Sluit de bovenklep. Houd de bovenklep vast bij de handgreep en sluit de klep voorzichtig. De drumcartridge vervangen 5-27...
Voorzorgsmaatregelen bij het hanteren van de drumcartridge De drumcartridge is samengesteld uit lichtgevoelige componenten en fijnmechanische componenten. Als u de cartridge ruw behandelt, kan hij beschadigd raken en dat kan vermindering van de afdrukkwaliteit tot gevolg hebben. Wanneer u de drumcartridge plaatst of uit de printer haalt, houd u dan vooral aan de volgende aanwijzingen voor de behandeling.
Pagina 290
• Als u een drumcartridge uit de printer moet halen voor onderhoudswerkzaamheden, doe de cartridge dan onmiddellijk in de originele speciale verpakking. • Raak de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de drumcartridge kunnen beschadigen. Elektrische contacten Elektrische contacten •...
Drumcartridges opslaan Neem de volgende punten in acht wanneer u een nieuwe drumcartridge opslaat of bij het hanteren van een drumcartridge die uit de printer is gehaald voor onderhoudswerk of voor het verplaatsen van de printer. BELANGRIJK • Haal een nieuwe drumcartridge pas uit de speciale verpakking wanneer u deze in gebruik neemt.
De printer kalibreren Als de geprinte kleuren veranderen vergeleken met eerdere afdrukken, kalibreer de printer dan als volgt. Open de map [Printers en faxapparaten] of de map [Printers]. Voor Windows 98/Me/2000: Selecteer [Instellingen] ➞ [Printers] in het menu [Start]. Voor Windows XP Professional/Server 2003: Selecteer [Printers en faxapparaten] in het menu [Start].
Pagina 293
Selecteer het pictogram [Canon LBP5200], selecteer vervolgens [Voorkeursinstellingen voor afdrukken] (Voor Windows 2000/XP/Server 2003) of [Eigenschappen] (Voor Windows 98/Me) uit het menu [Bestand]. Het dialoogvenster [Eigenschappen] voor de printer wordt weergegeven. Ga naar het tabblad [Pagina-indeling] en klik op [ (Printerstatusvenster weergeven).
Pagina 294
Het Printerstatusvenster verschijnt. Selecteer [Hulpprogramma] ➞ [Kalibreren] in het menu [Opties]. De printer begint met het kalibreren. Dit neemt ongeveer 65 seconden in beslag. Een ogenblik geduld, a.u.b. De printer kalibreren 5-33...
De fuseerrol reinigen Als er stippen en verontreinigingen verschijnen op de voor- en achterzijde van geprint papier, moet de fuseerrol worden gereinigd. Als u de fuseerrol reinigt, voorkomt u problemen met het afdrukken. Het reinigen van de fuseerrol houdt allereerst in het afdrukken van een reinigingsblad (zie de afbeelding) op een vel A4. Dit reinigingsvel voert u in via de multifunctionele lade en de fuseerrol wordt hiermee gereinigd.
Pagina 296
Trek het hulpblad naar voren a a a a en open het uitschuifblad b b b b . Leg het vel A4 in de multifunctionele lade. Open het printerstatusvenster Zie "Het printerstatusvenster weergeven," op pag. 4-76 voor nadere bijzonderheden over het printerstatusvenster. De fuseerrol reinigen 5-35...
Selecteer [Hulpprogramma] ➞ [Reinigen] in het menu [Opties]. Het reinigingsblad wordt afgedrukt. Leg het reinigingsvel met de afgedrukte zijde naar beneden in de multifunctionele lade en met de pijl in de richting van de printer. Wanneer er al ander papier in de multifunctionele lade ligt, legt u de reinigingspagina voordat u klikt op [ ] (Hervatten).
Pagina 298
Het papier wordt langzaam de printer binnengevoerd en de printer begint met het reinigen van de fuseerrol. OPMERKING • Het reinigen van de fuseerrol duurt ongeveer 3 minuten. • Het reinigen van de fuseerrol kan niet worden onderbroken. Wacht totdat het reinigen is voltooid.
De printer reinigen Als u wilt dat de printer optimaal blijft werken, is het belangrijk dat u van tijd tot tijd de buitenkant van de printer en de luchtingang en luchtuitgang schoonmaakt. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het schoonmaken, om te voorkomen dat u de printer beschadigd en ter voorkoming van elektrische schokken.
Druk op de Aan/Uit-schakelaar en zet de printer uit a a a a , neem de USB-kabel los b b b b en trek de stekker uit het stopcontact c c c c . Wring een zachte, met water of met een in water opgelost mild reinigingsmiddel bevochtigde doek goed uit en veeg de printer schoon.
De printer verplaatsen Ga als volgt te werk als u de printer een andere plaats wilt geven of de printer verplaatst voor onderhoudswerkzaamheden. WAARSCHUWING Verplaatst u de printer, zet hem dan altijd uit, trek de stekker uit het stopcontact en neem de interface-kabel los. Als u de printer verplaatst zonder de kabels los te koppelen, kunnen het netsnoer en de interface-kabel beschadigd raken en dat zou brand of een elektrische schok tot gevolg kunnen hebben.
De printer verplaatsen Ga als volgt te werk als u de printer wilt verplaatsen. Zie "Wanneer de papierinvoerheid voor 250 vel is geïnstalleerd" in het volgende gedeelte van deze handleiding, als de papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd. Druk op de aan/uit-schakelaar en zet de printer uit , neem de a a a a USB-kabel los...
Zet de printer voorzichtig neer op de gewenste plaats. LET OP Zet de printer langzaam en voorzichtig neer. U kunt zich bezeren als bijvoorbeeld uw handen door de printer worden afgeklemd. BELANGRIJK Let erop dat er op de plaats van de printer genoeg ruimte is voor het installeren van de als optie verkrijgbare accessories en de aansluitkabels.
Wanneer de optionele papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd Ga als volgt te werk als de optionele papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd, en verwijder de papierinvoereenheid voordat u de printer verplaatst. LET OP • Verplaats de printer niet als de papierinvoereenheid voor 250 vel (als optie verkrijgbaar) nog is geïnstalleerd.
Pagina 305
Druk op de aan/uit-schakelaar en zet de printer uit a a a a , neem de USB-kabel los b b b b en trek de stekker uit het stopcontact c c c c . Koppel alle interfacekabels en het netsnoer los van de printer. Koppel de printer las van de papierinvoereenheid.
Pagina 306
Zet de printer op z'n plaats. Houd de handgrepen van de papierinvoer goed vast met beide handen (zie afbeelding). BELANGRIJK Denk eraan genoeg ruimte vrij te houden op de plaats waar de printer wordt geplaatst, voor het aansluiten van kabels, enz. Zet de printer voorzichtig op de papierinvoereenheid.
Pagina 307
Sluit de interface-kabels aan behalve de USB-kabel en sluit het netsnoer aan op de printer. Steek de stekker in het stopcontact. Sluit de USB-kabel aan. ● De printer vervoeren Wanneer u de printer moet vervoeren, bijvoorbeeld bij een verhuizing, neem dan de tonercartridges uit de printer en berg de printer en de onderdelen op in de originele verpakking en breng het beschermende materiaal aan om te voorkomen dat de printer en de onderdelen beschadigen tijdens het transport.
De printer hanteren Deze printer maakt gebruik van een uiteenlopende reeks van elektronische componenten en kwetsbare optische componenten. Lees het volgende gedeelte aandachtig door en behandel de printer met voorzichtigheid. BELANGRIJK Hoe u de printer moet hanteren, is ook beschreven in "Belangrijke veiligheidsinstructies," op pag.
• Open de bovenklep van de printer niet tijdens het printen. Hierdoor zou de printer beschadigd kunnen raken. • Open en sluit de multifunctionele lade, secundaire opvangbak en de bovenklep van de printer voorzichtig. Door een ruwe behandeling zou de printer beschadigd kunnen raken. •...
Als optie verkrijgbare accessoires HOOFDSTUK In dit hoofdstuk worden de als optie verkrijgbare accessoires en hun installatie op de printer beschreven. Als optie verkrijgbare accessoires ......... . 6-2 Netwerkkaart (AXIS 1611) .
Als optie verkrijgbare accessoires Met behulp van de volgende als optie verkrijgbare accessoires kunt u het volle rendement halen uit de functies van deze printer. Schaf deze producten aan als u denkt ze nodig te hebben. Neem contact op met de winkel waar u de printer hebt aangeschaft en vraag inlichtingen over de als optie verkrijgbare accessoires.
Netwerkkaart (AXIS 1611) Als u de als optie verkrijgbare netwerkkaart (AXIS 1611) plaatst, kunt u de LBP5200 direct over een netwerk gebruiken. Voor meer informatie over de AXIS 1611 kunt u terecht op de website van Axis Communications (http://www.axis.com/). Netwerkkaart (AXIS 1611) Als optie verkrijgbare accessoires...
De papierinvoereenheid voor 250 vel installeren Installatieruimte De volgende cijfers tonen de afmetingen van de onderdelen van de printer, de afmetingen van de benodigde ruimte om de printer heen, en plaats van de voeten wanneer de printer is uitgerust met de papierinvoereenheid voor 250 vel. •...
De inhoud van de verpakking controleren Controleer vooral of alle volgende artikelen in de verpakking zitten, voordat u de papierinvoereenheid voor 250 vel installeert. Neem, in het zeldzame geval dat er componenten ontbreken of beschadigd zijn, contact op met de winkel waar u de netwerkkaart hebt aangeschaft.
• Berg het verpakkingsmateriaal goed op want u zult het nodig hebben wanneer de papierinvoereenheid moet worden vervoerd. Druk op de Aan/Uit-schakelaar en zet de printer uit , neem a a a a de USB-kabel los en trek de stekker uit het stopcontact b b b b c c c c Koppel alle interfacekabels en het netsnoer los van de printer.
Pagina 316
• Pak, als u de printer verplaatst, hem nooit vast bij het voorpaneel, de ventilatiesleuven, het achterpaneel of ergens anders dan bij de handgrepen. Gebeurt dat wel, dan zou de printer kunnen vallen en zou u zich kunnen bezeren. • De achterkant van de printer is het zwaarst.
Trek de papiercassette uit de papierinvoer. Verwijder de tape die de achterste papiergeleider op z'n plaats houdt. Duw de plaat van de papiercassette omlaag en verwijder het a a a a verpakkingsmateriaal door dit naar links te draaien b b b b De papierinvoereenheid voor 250 vel installeren...
Pagina 318
Zet de papiercassette in de papierinvoereenheid. Zet de printer voorzichtig op de papierinvoereenheid. Plaats de printer zo dat de handgrepen aan de printer uitkomen bij de uitsparingen in de papierinvoereenheid. Handgrepen voor verplaatsing Uitsparingen LET OP Zet de printer langzaam en voorzichtig op de papierinvoereenheid. U kunt zich bezeren als bijvoorbeeld uw handen door de printer worden afgeklemd.
Sluit de USB-kabel aan. BELANGRIJK • In "Afdrukken uit de papiercassette," op pag. 2-36 vindt u meer over het inleggen van papier. • Vergeet niet de printer ten minste één keer aan te zetten voordat u, na het plaatsen van de papierinvoereenheid, voor de eerste keer papier inlegt. De papierinvoereenheid voor 250 vel verwijderen Verwijder de papierinvoereenheid als volgt.
Pagina 320
Steek de stekker in het stopcontact. Sluit de USB-kabel aan. De papierinvoereenheid voor 250 vel installeren 6-11...
De netwerkkaart (AXIS 1611) installeren Als u de als optie verkrijgbare netwerkkaart (AXIS 1611) plaatst, kunt u de LBP5200 direct over een netwerk gebruiken. Voor meer informatie over de AXIS 1611 kunt u terecht op de website van Axis Communications (http://www.axis.com/). Als de computers direct worden aangesloten op de netwerkkaart Client LBP5200...
De inhoud van de verpakking controleren Controleer vooral of alle volgende artikelen in de verpakking zitten, voordat u de netwerkkaart installeert. Neem, in het zeldzame geval dat er componenten ontbreken of beschadigd zijn, contact op met de winkel waar u de netwerkkaart hebt aangeschaft.
e e e e Label MAC-adres Laat zien wat het MAC-adres voor deze netwerkkaart is. De netwerkkaart installeren Installeer de netwerkkaart in de sleuf voor de netwerkkaart aan de achterzijde van de printer volgens de hieronder beschreven stappen. LET OP •...
Pagina 324
Druk op de Aan/Uit-schakelaar en zet de printer uit a a a a , neem de USB-kabel los b b b b en trek de stekker uit het stopcontact c c c c . Koppel alle interfacekabels en het netsnoer los van de printer. Als u meer ruimte nodig hebt om de netwerkkaart te kunnen installeren, verplaats de printer dan naar een plek waar u gemakkelijker kunt werken.
Pagina 325
Plaats de netwerkkaart in de uitbreidingssleuf. Houd de metalen delen van de netwerkkaart vast en zet de kaart in met behulp van de geleider in de uitbreidingssleuf. BELANGRIJK • Raak geen van de onderdelen of de bedrading en ook niet de connector op de netwerkkaart aan.
Pagina 326
Sluit de LAN-kabel aan. Gebruik vooral een LAN-kabel die compatibel is met de LAN-aansluiting op de netwerkkaart en die geschikt is voor het netwerk dat u gebruikt. OPMERKING Bij de als optie verkrijgbare netwerkkaart is geen LAN-kabel inbegrepen. Als u de netwerkkaart installeert met het doel de printer op een netwerk aan te sluiten, hebt u een twisted-pair-kabel (categorie 5) nodig.
Pagina 327
Zet de printer aan door op de Aan/Uit-schakelaar te drukken. BELANGRIJK Kijk in de gebruikershandleiding die bij de AXIS 1611 wordt geleverd als de netwerkkaart niet goed werkt, of als een foutmelding wordt weergegeven in het printerstatusvenster. Controleer of het voedingslampje op de netwerkkaart aan is. Voedingslampje Als de netwerkkaart niet goed werkt, zet de printer dan uit en controleer of de LAN-kabel goed is aangesloten, de hub goed werkt en de netwerkkaart goed is...
De netwerkkaart verwijderen Verwijder de netwerkkaart als volgt. Houd het beschermende plaatje voor de uitbreidingssleuf in gereedheid, dat u hebt verwijderd toen u de netwerkkaart plaatste. LET OP • Kijk of de printer uitstaat en alle interface-kabels en het netsnoer zijn losgekoppeld van de printer voordat u de netwerkkaart verwijdert.
Pagina 329
6-20 De netwerkkaart (AXIS 1611) installeren...
Het oplossen van problemen HOOFDSTUK Dit hoofdstuk beschrijft de oplossingen voor problemen, zoals papierstoringen en een slechte afdrukkwaliteit. Overzicht problemen oplossen ..........7-2 Alarmlampje .
Overzicht problemen oplossen Als er zich een probleem voordoet bij het gebruik van de printer, volg dan het onderstaande stroomdiagram en zoek de oorzaak van het probleem. Kan de Het printerstuurprogramma is niet goed printer-driver niet geïnstalleerd ➞Hoofdstuk 7: Installatieproblemen (pag. 7-41) gebruiken Het alarmlampje brandt of knippert Kan niet printen...
Alarmlampje Als er iets mis is met de printer, gaat het alarmlampje (rood) branden of knipperen. Wanneer het alarmlampje brandt, is er een servicefout opgetreden. Kijk in dat geval in "Onderhoudsbeurt," op pag. 7-28. Als het alarmpje knippert, volgt u de aanwijzingen die worden gegeven in het printerstatusvenster.
Papierstoringen De volgende berichten worden getoond in het printerstatusvenster wanneer er een papierstoring optreedt tijdens het afdrukken. Volg de instructies op het scherm en verwijder het vastgelopen papier. Procedure voor het verhelpen van Bericht papierstoringen Papierstoring in printer "Papierstoring in de printer," op pag. 7-6 "Papierstoring achter de printer,"...
Pagina 334
LET OP • Raak nooit de elektrische contacten of tandwielen binnenin de bovenklep aan. Dit zou een elektrische schok of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. • Pas goed op dat u tijdens het verhelpen van een papierstoring geen tonervlekken op uw handen of kleding krijgt. Als er toner op uw handen of op uw kleding komt, spoel het dan onmiddellijk af met koud water.
Papierstoring in de printer Als het bericht [Papierstoring in de printer] in het printerstatusvenster verschijnt, kunt u het papier als volgt verwijderen. Trek het papier los als het is vastgelopen in de opvangbak. Trek het papier los, als het is vastgelopen in de multifunctionele lade.
Pagina 336
Als een papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd, doet u het volgende. ● Trek de papiercassette naar voren. ● Trek het vastgelopen papier los. BELANGRIJK Als u het vastgelopen papier niet gemakkelijk kunt verwijderen, gaat u verder naar de volgende stap. Gebruik geen geweld bij het verwijderen van het papier. ●...
Pagina 337
Open de bovenklep. Houd de handgreep aan de bovenklep vast en zet de klep helemaal open. Verwijder de drumcartridge uit de printer. Druk de drumcartridge in de richting van de pijl a en til de cartridge recht omhoog b. Papierstoringen...
Pagina 338
Als het papier is vastgelopen in de drumcartridge, gebruik dan geen geweld bij het verwijderen van het papier maar raadpleeg "Papierstoring in de drumcartridge," op pag. 7-26. BELANGRIJK • Als u de binnenste drum met de hand aanraakt of er krassen op maakt, zal de afdrukkwaliteit achteruitgaan.
Pagina 339
• Raak de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de drumcartridge kunnen beschadigen. Elektrische contacten Elektrische contacten • Raak de transfer-eenheid niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Schud het drumcartridge-geheugen niet en houd het uit de buurt van magnetische velden.
Pagina 340
Druk op de groene ontgrendelingshendel en trek het vastgelopen papier uit Haal de drumcartridge uit de speciale verpakking. Papierstoringen 7-11...
Houd de drumcartridge met beide handen vast en zet hem in de printer. Breng het driehoekje op de drumcartridge tegenover het driehoekje op de printer en plaats de drumcartridge a. Vergrendel de drumcartridge door hem omlaag en naar u toe te trekken b. BELANGRIJK Zet de drumcartridge stevig vast tot in de stand die de afbeelding laat zien.
Sluit de bovenklep. Houd de bovenklep vast bij de handgreep en sluit de klep voorzichtig. Als er een bericht over papier dat is vastgelopen in de printer, blijft verschijnen in het printerstatusvenster, wanneer u de bovenklep hebt gesloten, kan het zijn dat er nog stukjes papier in de printer zijn achtergebleven.
Pagina 343
Open de secundaire opvangbak. Kantel de beide groene drukregelhendels aan de linker- en de rechterzijde van de fuseereenheid naar u toe en laat de druk ontsnappen uit de fuseereenheid. Trek het vastgelopen papier los. 7-14 Papierstoringen...
Pagina 344
Open de bovenklep. Houd de handgreep aan de bovenklep vast en zet de klep helemaal open. Verwijder de drumcartridge uit de printer. Druk de drumcartridge in de richting van de pijl a en til de cartridge recht omhoog b. Papierstoringen 7-15...
Pagina 345
Als het papier is vastgelopen in de drumcartridge, gebruik dan geen geweld bij het verwijderen van het papier maar raadpleeg "Papierstoring in de drumcartridge," op pag. 7-26. BELANGRIJK • Als u de binnenste drum met de hand aanraakt of er krassen op maakt, zal de afdrukkwaliteit achteruitgaan.
• Raak de elektrische contactpunten niet aan. Hierdoor zou u de drumcartridge kunnen beschadigen. Elektrische contacten Elektrische contacten • Raak de transfer-eenheid niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Schud het drumcartridge-geheugen niet en houd het uit de buurt van magnetische velden.
Druk op de groene ontgrendelingshendel en trek het vastgelopen papier uit BELANGRIJK Als het zo niet lukt het vastgelopen papier te vinden, kan het zijn dat het papier is vastgelopen in de fuseereenheid achterin de printer. Sla in dat geval stap 7 tot en met 9 over en ga naar stap 10 (➞...
Pagina 348
Houd de drumcartridge met beide handen vast en zet hem in de printer. Breng het driehoekje op de drumcartridge tegenover het driehoekje op de printer en plaats de drumcartridge a. Vergrendel de drumcartridge door hem omlaag en naar u toe te trekken b. BELANGRIJK Zet de drumcartridge stevig vast tot in de stand die de afbeelding laat zien.
Pagina 349
Sluit de bovenklep. Houd de bovenklep vast bij de handgreep en sluit de klep voorzichtig. Als het bericht nog steeds wordt weergegeven nadat u de bovenklep hebt gesloten, gaat u als volgt te werk. Als de melding van de papierstoring niet weg is, drukt u op de aan/uit-schakelaar en zet de printer uit , neemt u de USB-kabel los...
LET OP De printer wordt heet in de buurt van de fuseereenheid, wanneer de printer wordt gebruikt. Controleer eerst of de fuseereenheid wel helemaal is afgekoeld voordat u als volgt te werk gaat. Als u de fuseereenheid aanraakt terwijl zij nog heet is, kunt u zich verwonden. Zet de groene drukregelhendels op de fuseereenheid in hun oorspronkelijke stand.
Draai de ontgrendelingshendels aan de achterzijde van de printer in de richting van de pijlen en hef de vergrendeling op. Houd de fuseereenheid vast bij de handgreep en verwijder deze. LET OP De fuseereenheid weegt ongeveer 1,7 kg en het meeste gewicht zit aan de achterzijde.
Pagina 352
Trek het vastgelopen papier los. BELANGRIJK Als het papier helemaal om de fuseerrol is gewikkeld en u het papier onmogelijk kunt verwijderen, neemt u contact op met uw Canon-leverancier. Papierstoringen 7-23...
Pagina 353
Zet de groene drukregelhendels op de fuseereenheid in hun oorspronkelijke stand. Sluit de secundaire opvangbak. Houd de fuseereenheid vast bij de handgreep en zet de eenheid stevig vast. 7-24 Papierstoringen...
Vergrendel de fuseereenheid door de twee ontgrendelingshendels in de richting van de pijlen te draaien. Sluit de interface-kabels aan behalve de USB-kabel en sluit het netsnoer aan op de printer. Steek de stekker in het stopcontact. Sluit de USB-kabel aan. Zet de printer aan door op de Aan/Uit-schakelaar te drukken.
Papierstoring in de drumcartridge Als het papier is vastgelopen in de drumcartridge, zoals de afbeelding laat zien, verwijdert u het als volgt. Draai de knop op de drumcartridge in de richting van de pijl. Til de klep omhoog en verwijder het vastgelopen papier 7-26 Papierstoringen...
BELANGRIJK Raak de transport-eenheid niet aan. De afdrukkwaliteit zal hierdoor achteruitgaan. Transfer-eenheid Plaats de klep terug in z'n oorspronkelijke stand en draai de knop in de richting van de pijl Ga verder met de volgende stap en verwijder het vastgelopen papier. Papier dat is vastgelopen in de printer, verwijderen ➞...
Onderhoudsbeurt Wanneer de printer niet goed werkt en het is niet mogelijk het probleem te verhelpen, gaat het (rode) alarmlampje branden en wordt de volgende oproep voor een onderhoudsbeurt in het printerstatusvenster getoond. Lampje Wanneer de oproep voor een onderhoudsbeurt op het scherm is verschenen, schakelt u als volgt de printer weer uit en in.
Pagina 358
Neem daarna contact op met een officiële Canon-dealer. Wanneer u contact opneemt met uw Canon-dealer, breng dan verslag uit van de problemen die u hebt ondervonden en geef de foutcode door die u hebt opgeschreven.
Als er zich iets voordoet dat in dit gedeelte van de handleiding niet wordt genoemd, of als geen van de oplossingen die hier worden gegeven het probleem verhelpen, neem dan contact op met de officiële Canon-dealer. De afdruk vertoont witte strepen.
Pagina 360
Er verschijnen resten van afdrukken op plaatsen waar niets is geprint. Oorzaak 1 Printpapier is niet geschikt. Oplossing Vervang het papier of de transparanten en maak opnieuw een afdruk. (Zie "Eisen waar het papier aan moet voldoen," op pag. 2-2.) Oorzaak 2 De laatste afgedrukte pagina is donker.
Pagina 361
Afdrukken zien er over het geheel genomen donker uit. Oorzaak 1 De [Tonerdichtheid] is niet goed ingesteld. Oplossing Sleep de schuifbalk voor de [Tonerdichtheid] in het printerstuurprogramma in de richting van [Licht]. Klik op [Details] in het tabblad [Kwaliteit] en stel [Tonerdichtheid] in het dialoogvenster [Detailinstellingen] in.
Pagina 362
BELANGRIJK Als geen van de hierboven genoemde handelingen het probleem verhelpt, is de fuseereenheid waarschijnlijk versleten. Het verdient aanbeveling de fuseereenheid te vervangen. De fuseereenheid kan bij het printen op A4 ongeveer 50 000 pagina's mee. Vlekken van gemorste toner verschijnen rond de tekst. Oorzaak 1 Papier is niet geschikt.
Pagina 363
De geschakeerde delen vertonen strepen wanneer een afbeelding met schakeringen wordt afgedrukt. Oorzaak In de grijze kleurpartijen van de "strepen" in de illustratie werd er grijs gebruikt. Oplossing Stel in het printerstuurprogramma [Puur zwart gebruiken] in op [Nooit]. Stel [Puur zwart gebruiken] in het dialoogvenster [Detailinstellingen] in. Klik hiervoor op [Details] in het [Kwaliteit].
Pagina 364
Oorzaak 2 "Bovenmarge" en "Papierpositie" zijn niet goed ingesteld in de toepassing. Oplossing Werk de instellingen [Bovenmarge] en [Papierpositie] bij in de toepassing. (➞ Raadpleeg de instructiehandleiding die bij uw toepassing is geleverd.) De volgende pagina is half over de pagina heen afgedrukt. Oorzaak [Regelafstand] of [Regels/Pagina] zijn niet goed afgesteld in de toepassing.
Pagina 365
Oplossing 2 Stel de [Speciale afdrukmodus] in het printerstuurprogramma in op [Speciale instellingen 5]. Als dat het probleem verhelpt, schakel dan de [Speciale afdrukmodus] weer [Uit]. Werk de [Speciale afdrukmodus] bij in het dialoogvenster [Afwerkingsdetails] door in het tabblad [Afwerking] op [Afwerkingsdetails] te klikken. BELANGRIJK Als geen van de hierboven genoemde handelingen het probleem verhelpt, is de fuseereenheid waarschijnlijk versleten.
Pagina 366
Oorzaak 3 De gegevens werden verzonden voordat de kalibratie was voltooid, bijvoorbeeld wanneer de printer voor het eerst werd aangezet. Oplossing Verzend de gegevens pas wanneer het Gereed-lampje brandt. De kleuren in dunne lijnen of ingevulde patronen worden anders afgedrukt dan ingesteld of worden helemaal niet afgedrukt.
Papierproblemen De afdruk is gekreukt. Oorzaak 1 Het papier is niet goed geladen in de papiercassette die in de optionele papierinvoereenheid voor 250 vel is geïnstalleerd. Oplossing Laad het papier correct in de papiercassette. (Zie "Afdrukken uit de papiercassette," op pag. 2-36.) Oorzaak 2 Papier is onder een hoek in de multifunctionele lade gelegd.
Pagina 368
Oorzaak 4 Het papier is te dun. Oplossing 1 Stel [Papiersoort] in het printerstuurprogramma in op [Normaal papier]. Open het tabblad [Papierbron] en wijzig de instelling [Papiersoort]. Oplossing 2 Stel de [Speciale afdrukmodus] in het printerstuurprogramma in op [Speciale instellingen 6]. Als dat het probleem verhelpt, schakel dan de [Speciale afdrukmodus] weer [Uit].
Wanneer er niets wordt afgedrukt Controleer de volgende zaken wanneer er niets op papier komt bij het printen uit een toepassing: Controleer of er foutberichten in het printerstatusvenster worden getoond. BELANGRIJK Als dat niet het geval is, verwijdert u de CAPT-software en installeert u deze nogmaals.
Installatie ongedaan maken met Het [Canon Printer De- [Canon LBP5200] vindt u in [Software] de Uninstaller (Programma om de installeerder] vindt u onder [Alle (in Windows 98/Me/2000 in installatie ongedaan te maken) programma's] (onder [Eigenschappen voor Software]).
[Eigenschappen voor Software] en klik op [Toevoegen/Verwijderen]. OPMERKING Als de [Canon LBP5200] niet wordt weergegeven in het dialoogvenster [Software] (het dialoogvenster [Eigenschappen voor Software] in Windows 98/Me), voer dan "De installatie van het stuurprogramma voor de USB-klasse ongedaan maken," op pag.
Pagina 372
Selecteer de naam van deze printer en klik op [Verwijderen]. Klik op [Ja]. Het proces van het ongedaan maken van de installatie begint. Een ogenblik geduld, a.u.b. Klik op [Afsluiten]. Het dialoogvenster [Printer verwijderen] wordt gesloten. Start Windows opnieuw op. Installatieproblemen 7-43...
Pagina 373
Vergewis u ervan dat [Canon LBP5200] niet wordt weergegeven in het dialoogvenster [Software] en klik op [ Voor Windows 98/Me: Vergewis u ervan dat [Canon LBP5200] niet wordt weergegeven in het dialoogvenster [Eigenschappen voor Software] en klik op Voor Windows 2000: Vergewis u ervan dat [Canon LBP5200] niet wordt...
Pagina 374
[Eigenschappen voor Software] in Windows 98/Me), kijk dan in "Als het niet lukt de installatie van de software ongedaan te maken," op pag. 7-42 en zie hoe u [Canon LBP5200] kunt verwijderen uit het dialoogvenster [Software] (het dialoogvenster [Eigenschappen voor Software] in Windows 98/Me).
Voor Windows 98/Me: Open het dialoogvenster [Systeem], klik op het tabblad [Apparaatbeheer] en dubbelklik op [USB-controllers]. Selecteer [Ondersteuning voor USB-afdrukken] en selectee [Installatie ongedaan maken] in het menu [Actie]. Selecter in Windows 98/Me [Canon LBP5200] en klik op [Verwijderen]. 7-46 Installatieproblemen...
U kunt niet goed installeren als het stuurprogramma voor de USB-klasse staat onder [Overige apparaten]. Selecteer, afhankelijk van uw besturingssysteem [Canon LBP5200] of [Onbekend apparaat] en verwijder het. • Verwijder niet andere apparaten of stuurprogramma's voor andere apparaten. Als u per ongeluk iets verwijdert wat u niet had mogen verwijderen, kan het zijn dat Windows niet goed kan opstarten.
Installatie is uitgevoerd door een gebruiker die geen lid is van de groep Beheerders. Oplossing CAPT (Canon Advanced Printing Technology)-software moet worden geïnstalleerd door een lid van de groep Beheerders. Laat een gebruiker met de juiste toegangsrechten de software installeren.
Diverse problemen De LBP5200 werkt niet naar behoren. Oorzaak 1 De LBP5200 is niet geconfigureerd als de standaardprinter. Oplossing Configureer de printer als de standaard-printer. Oorzaak 2 De CAPT-software is mogelijk niet goed geïnstalleerd. Oplossing U kunt controleren of de CAPT-software goed is geïnstalleerd of niet door te proberen te printen uit een toepassing.
Pagina 379
Wanneer u een gedeelde printer gebruikt vanaf uw computer, duurt het lang voordat de status is bijgewerkt in het printerstatusvenster. Oorzaak Us print-server is geïnstalleerd met een besturingssysteem dat is voorzien van Windows Firewall, bijvoorbeeld, Windows XP Service Pack 2 en Windows Firewall blokkeert de communicatie met client-computers.
Bijlage HOOFDSTUK In dit hoofdstuk worden de technische gegevens van de printer beschreven, alsmede verwante termen, index, onderhoudswerkzaanheden en de procedure voor het upgraden van de software. Technische gegevens ........... . 8-2 Hardwaregegevens .
Technische gegevens Hardwaregegevens Type Bureauprinter Afdruksysteem Elektrofotografische methode (on-demand fuseren) Bij continu afdrukken op A4 Zwart-wit 19 pagina's/min. Kleur 4 pagina's/min. Afdruksnelheid: * De afdruksnelheid neemt geleidelijk af afhankelijk van Normaal papier het papierformaat, de papiersoort, het geprinte aantal (64 - 105 g/m pagina's en de instellingen voor de fuseermethode.
Pagina 382
° ° Werkomgeving Temperatuur bedrijfsomgeving: 10 tot 30 C (50 tot 86 (alleen printer-unit) Luchtvochtigheid: 10 - 80% RV (geen condensatie) ° Temperatuur omstandigheden opslag: 0 tot 35 C (32 tot Omstandigheden voor opslag ° (alleen printer-unit) Luchtvochtigheid: 35 tot 85% RV (geen condensatie) USB-interface * Windows 98/Me: USB Full-Speed (gelijk aan USB 1.1) Host-interface...
Pagina 383
Canon Genuine Toner Cartridge 701 Black (zwart) Aantal af te drukken pagina's: Ca. 5 000 pagina's* * Voor papier van A4- of Letter-formaat bij een dekking van 5% en de van fabriekswege bepaalde standaard-afdrukdichtheid. Canon Genuine Toner Cartridge 701 Yellow (geel)
Info over afdrukken in kleur In dit gedeelte van de handleiding vindt u een beschrijving van de basisbegrippen van kleuren en van de manier waarop deze printer kleuren weergeeft. De drie primaire kleuren van licht en kleur De kleuren die u ziet op een computerscherm worden gereproduceerd uit de drie basiskleuren rood, groen en blauw.
De drie primaire kleuren van licht en kleurstof zijn complementair aan elkaar. Het rood in licht en cyaan in kleurstof, groen in licht en magenta in kleurstof, en blauw in licht en geel in kleurstof vullen elkaar aan. Rood Rood Complementaire kleuren Groen...
In het geval van een printer is het niet mogelijk de intensiteit van tonerkleuren te wijzigen. Daarom wordt er veel groter aantal stippen gebruikt dan op het computerscherm en worden de diverse kleuren gereproduceerd door Z (zwart) toe te voegen aan de C (cyaan), de M (magenta) en de G (geel). Dat betekent dat hoe kleiner deze stippen zijn des te hoger de resolutie van de afdrukken in kleur kan zijn.
Pagina 389
De gegevens worden voor iedere tonerkleur afzonderlijk gereproduceerd op de lichtgevoelige drum en de toner wordt overgebracht op een tussentijdse transfer-eenheid. Gegevens Lichtgevoelige drum Eenheid voor tussentijdse doorvoer C M G De toner-kleur verandert iedere keer dat de eenheid voor tussentijdse doorvoer roteert.
Achieving More Beautiful Color Printing Als de kleuren in de afdruk niet zijn zoals verwacht, of de afbeelding is van lage kwaliteit, of het duurt lang voordat een afdruktaak is voltooid, presteert de printer op halve kracht. Door wat kleine aanpassingen en een beetje zorg, kunnen wij weer alles uit de printer halen wat erin zit.
Controleer de omvang en de resolutie van printgegevens met behulp van een toepassing voor beeldverwerking en stel de resolutie in op 300 dpi of 200 dpi. 200dpi 600dpi 300dpi ■ Een op de documentinhoud afgestemde afdrukmodus selecteren Rapporten en presentatiemateriaal dat is gebaseerd op tekst en eenvoudige grafieken en zwart-wit documenten die geen kleur gebruiken, vragen niet om een hoge beeldkwaliteit en kunnen worden geprint met een normale gradatie.
Windows Firewall Windows Firewall is een functie van Windows XP Service Pack 2 en van andere besturingssystemen en beschermt uw computer door toegang zonder toestemming over het netwerk te blokkeren. Als er een besturingssysteem dat is voorzien van Windows Firewall, op uw print-server is geïnstalleerd, bijvoorbeeld Windows XP Service Pack 2, is communicatie tussen de print-server en client-computers alleen mogelijk als u Windows Firewall zo configureert dat deze communicatie is toegestaan.
Pagina 393
BELANGRIJK U kunt het hulpprogramma ook starten door [Uitvoeren] te selecteren in het menu [Start], "D:\Dutch\WF_UTIL\CNAC3FW.EXE" in te voeren en op [OK] te klikken. (In dit geval wordt aangenomen dat "D:" het CD-ROM-station is. Wat de letter van het CD-ROM-station werkelijk is, kan verschillen afhankelijk van de computer die u gebruikt.) Klik op [Deblokkeren].
[Start] - [Configuratiescherm] te selecteren en te klikken op [Netwerk- en Internet-verbindingen] ➞ [Windows Firewall]. Kijk of [Canon LBP5200 RPC Server Process] op het tabblad [Uitzonderingen] in het dialoogvenster [Windows Firewall] is aangevinkt. Windows Firewall is nu zo geconfigureerd dat communicatie met client-computers mogelijk is.
Pagina 395
Dubbelklik op [Dutch], dan op [WF_UTIL] en op [CNAC3FW.EXE]. Het [CAPT Windows Firewall-hulpprogramma] wordt gestart. BELANGRIJK U kunt het hulpprogramma ook starten door [Uitvoeren] te selecteren in het menu [Start], "D:\Dutch\WF_UTIL\CNAC3FW.EXE" in te typen en op [OK] te klikken. (In dit geval wordt aangenomen dat "D:"...
Pagina 399
Prioriteit voor gekleurde lijnen en tekst, 4-58 Stuurprogramma van de USB-klasse, 3-14 Problemen Systeem, 3-3 Afdrukkwaliteit, 7-30 Systeemvereisten, 3-3 Andere, 7-49 Installeren, 7-41 Papier, 7-38 Wanneer er niets wordt afgedrukt, 7-40 Problemen met afdrukkwaliteit, 7-30 Te gebruiken papier, 2-2 Profiel Technische gegevens Bewerken, 4-38 Hardwaregegevens, 8-2...
Pagina 400
Voeding Aan/uit-schakelaar, 1-5 De printer aanzetten, 1-11 De printer uitzetten, 1-12 Het netsnoer aansluiten, 1-8 Voedingslampje, 6-13 Voorkeuren voor het afdrukken, 4-10 Wanneer er niets wordt afgedrukt, 7-40 Watermerk, 4-25, 4-44 Watermerk bewerken, 4-25 Windows Firewall, 8-13 Wizard Printer toevoegen Windows 2000, 3-32 Windows 98/Me, 3-18 Windows XP/Server 2003, 3-47...
Een onderhoudsmonteur heeft de labels nodig om het serienummer te kunnen controleren bij service- of onderhoudswerkzaamheen. Haal de serienummer niet weg. ■ Aan de binnenzijde van het voorpaneel. Serienummer ■ Verpakking (aan de binnenzijde) LBP5200 9631AXXX [AA] XXXX000000 Serienummer CANON INC. Made in China 8-22 Plaats van het serienummer...