2
3
4
De afwerkingsmethode opgeven
U kunt een uiteenlopende reeks van opties voor de afwerking van de afdruk
opgeven.
1
4-54
Werken met de afdrukfuncties
Geef de gewenste waarde op in het kringveld.
Kies de gewenste instellingen:
[Afbeeldingsverwerking]
Als u instellingen voor de rugmarge gebruikt, wordt de afdruk
verschoven zodat een extra marge ontstaat langs de opgegeven
zijde. U kunt kiezen of de afdruk op de pagina moet worden
verkleind om rekening te houden met deze marge of niet. Als u
[Verkleinen en rangschikken op pagina] kiest, wordt de afdruk
automatisch wat verkleind zodat de afdruk niet buiten het
afdrukgebied komt wanneer de afdruk wordt verschoven. Als u
[Afbeelding met originele afmetingen gebruiken] kiest wordt de
afdruk op de pagina verschoven maar niet verkleind. Het
gedeelte van de afdruk dat buiten het afdrukgebied valt, wordt
niet afgedrukt.
Controleer de instellingen en klik op [OK].
Het tabblad [Afwerking] verschijnt weer.
Ga naar het tabblad [Afwerking] en klik op
[Afwerkingsdetails].